Voorgesteld 1 april 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Kamer in 2004 de motie-Rouvoet c.s. (21 501-20, nr. 270) aangaande de erkenning van de Armeense genocide heeft aangenomen;
overwegende dat ook de International Association of Genocide Scholars de Armeense genocide heeft erkend;
verzoekt de regering, de term «kwestie van de Armeense genocide» niet langer te gebruiken en slechts te spreken over de «Armeense genocide»,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voordewind
Omtzigt
Van der Staaij
Beertema