Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 december 2014
Op 10 december jl. heeft uw Kamer de reactie ontvangen op de amendementen en moties die zijn ingediend bij de behandeling van de novelle op het wetsvoorstel voor de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting op respectievelijk 8 en 9 december 2014 (Kamerstuk 33 966, nr. 66).
Bij de reactie op het amendement met Kamerstuk 33 966, nr. 20 van het lid Monasch (verplichte reductie van bedrijfslasten binnen drie jaar), heb ik abusievelijk gemeld dat de heer Monasch een maximum van € 600 per verhuureenheid voorstelt. Dit is inmiddels niet meer het geval.
Mijn reactie op dit amendement blijft evenwel dezelfde. Zoals ik in het debat aangaf, deel ik de achterliggende ambities bij dit amendement, maar acht ik de voorgestelde uitwerking vooralsnog te scherp. Ik wil de sector eerst de gelegenheid bieden de bedrijfslasten te beteugelen via de recent geïntroduceerde Aedes-benchmark. Zoals ik uw Kamer heb gemeld vind ik dit een prima stap van de sector in de goede richting. Deze benchmark laat een reële daling van de bedrijfslasten zien en een verdere daling ligt in de lijn der verwachting. Ik ontraad hierom de aanvaarding van dit amendement.
De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok