Vastgesteld 16 juni 2014
De vaste commissie voor Economische Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van bovengenoemd wetsvoorstel, heeft de eer als volgt een verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid.
Inhoudsopgave
Inleiding |
1 |
1. Strekking van het wetsvoorstel |
2 |
Inleiding
De leden van de fracties van VVD, PvdA, SP, CDA en SGP hebben aangegeven geen behoefte te hebben aan het stellen van nadere vragen. De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorstel tot wijziging van de Visserijwet 1963 en hebben nog een nadere vraag.
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie nemen vooralsnog een neutrale positie in ten opzichte van de voorgestelde wijziging, maar zijn wel benieuwd in hoeverre het stelsel van vergunningverlening is geëvalueerd sinds de invoering van de Visserijwet. Kan de regering toelichten aan de hand van welke criteria dit al dan niet is gebeurd?
De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Hamer
De adjunct-griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken, Van Bree