Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is om Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PbEU 2012, L 315) te implementeren in de Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie, de Elektriciteitswet 1998, de Gaswet en de Warmtewet;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie wordt gewijzigd als volgt:
A
Artikel 1, onderdelen b en c, komen te luiden:
alle vormen van energieproducten, brandstoffen, warmte, hernieuwbare energie, elektriciteit of elke andere vorm van energie;
geheel van tot elkaar behorende, met elkaar verbonden leidingen, bijbehorende installaties en overige hulpmiddelen dienstbaar aan het transport van koude, behoudens voor zover deze leidingen, installaties en hulpmiddelen zijn gelegen in een gebouw of werk van een verbruiker of van een beheerder van een koudenet en strekken tot toe- of afvoer van koude ten behoeve van dat gebouw of werk.
B
Na artikel 2, zesde lid, worden vier leden toegevoegd, luidende:
7. Een beheerder van een koudenet installeert een meter bij het leveringspunt.
8. Waar dat technisch haalbaar of kostenefficiënt is installeert een beheerder van een koudenet tevens een individuele meter om het koudeverbruik te meten in iedere eenheid in een appartementengebouw of iedere eenheid in een multifunctioneel gebouw die koude ontvangt uit een koudenet.
9. Als de installatie van een individuele meter niet technisch haalbaar of niet kostenefficiënt is, installeert een beheerder van een koudenet waar dat kostenefficiënt is individuele kostenverdelers.
10. Als de installatie van individuele kostenverdelers niet technisch haalbaar of niet kostenefficiënt is, hanteert een beheerder van een koudenet een andere kostenefficiënte methode voor de meting van het koudeverbruik.
C
Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt «een verbruiks- en indicatief kostenoverzicht» vervangen door: een energiekostenraming, een verbruiks- en indicatief kostenoverzicht en een factuur.
2. In onderdeel c vervalt «en».
3. De punt aan het slot van onderdeel d wordt vervangen door een komma.
4. Er worden drie onderdelen toegevoegd, luidende:
e. het op verzoek van een afnemer toesturen van facturen, factureringsinformatie en energiekostenramingen, eventueel langs elektronische weg,
f. de kosten van toegang tot meetgegevens en van facturatie en
g. degenen die om de informatie, bedoeld in onderdeel e, kunnen verzoeken.
D
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. In de aanhef van het eerste lid wordt «2, eerste lid en tweede lid, onderdeel a, 3, 4 en 5» vervangen door: 2, eerste, tweede en zesde lid, 4 tot en met 5.
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Artikel 2, zevende tot en met tiende lid, zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van warmte, voor zover die aan een aansluiting wordt geleverd die groter is dan 100 kW, met dien verstande dat in artikel 2, zevende lid, in plaats van leveringspunt, warmtewisselaar wordt gelezen.
De Elektriciteitswet 1998 wordt gewijzigd als volgt:
A
Artikel 1, onderdeel ab, komt te luiden:
installatie voor de opwekking van elektriciteit door middel van warmtekrachtkoppeling in de zin van artikel 2, punt 34, van richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PbEU 2012, L 315);.
B
Aan artikel 26ad wordt een lid toegevoegd, luidende:
11. Degene die een meetinrichting als bedoeld in artikel 95la, eerste lid, ter beschikking stelt, informeert een afnemer als bedoeld in artikel 95a, eerste lid, bij de installatie op niet-discriminatoire wijze over de mogelijkheden van de meetinrichting.
C
Aan artikel 26ae wordt een lid toegevoegd, luidende:
14. Degene die een meetinrichting als bedoeld in artikel 95la, eerste lid, ter beschikking stelt, informeert een afnemer als bedoeld in artikel 95a, eerste lid, bij de installatie op niet-discriminatoire wijze over de mogelijkheden van de meetinrichting.
D
Onder vervanging van «en» aan het eind van onderdeel g in een komma en onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 36, eerste lid, onderdeel h, in «en» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
i. artikel 15 van richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PbEU 2012, L 315).
E
In artikel 77i, onderdeel a, wordt «26ae, twaalfde lid» vervangen door: 26ad, elfde lid, 26ae, twaalfde en veertiende lid.
F
Artikel 95lb wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt «facturen» vervangen door: energiekostenramingen en facturen.
2. In onderdeel c wordt « en» vervangen door een komma.
3. De punt aan het slot van onderdeel d wordt vervangen door een komma.
4. Er worden drie onderdelen toegevoegd, luidende:
e. het op verzoek van een afnemer toesturen van facturen, factureringsinformatie en energiekostenramingen, eventueel langs elektronische weg,
f. de kosten van toegang tot meetgegevens en van facturatie en
g. degenen die om de informatie, bedoeld in onderdeel e, kunnen verzoeken.
De Gaswet wordt gewijzigd als volgt:
A
Aan artikel 13d wordt een lid toegevoegd, luidende:
11. Degene die een meetinrichting als bedoeld in artikel 42a, eerste lid, ter beschikking stelt, informeert een afnemer als bedoeld in artikel 43, eerste lid, bij de installatie op niet-discriminatoire wijze over de mogelijkheden van de meetinrichting.
B
Aan artikel 13e wordt een lid toegevoegd, luidende:
14. Degene die een meetinrichting als bedoeld in artikel 42a, eerste lid, ter beschikking stelt, informeert een afnemer als bedoeld in artikel 43, eerste lid, bij de installatie op niet-discriminatoire wijze over de mogelijkheden van de meetinrichting.
C
Artikel 42b wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt «facturen» vervangen door: energiekostenramingen en facturen.
2. In onderdeel c wordt «en» vervangen door een komma.
3. De punt aan het slot van onderdeel d wordt vervangen door een komma.
4. Er worden drie onderdelen toegevoegd, luidende:
e. het op verzoek van een afnemer toesturen van facturen, factureringsinformatie en energiekostenramingen, eventueel langs elektronische weg,
f. de kosten van toegang tot meetgegevens en van facturatie en
g. degenen die om de informatie, bedoeld in onderdeel e, kunnen verzoeken.
D
In artikel 60ad, onderdeel a, wordt «13e, twaalfde lid» vervangen door: 13d, elfde lid, 13e, twaalfde en veertiende lid.
De Warmtewet wordt gewijzigd als volgt:
A
In artikel 8, tweede lid, aanhef, wordt de zinsnede «aan verbruikers» vervangen door: aan verbruikers en voor iedere eenheid.
B
Na artikel 8a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over:
a. de inrichting van energiekostenramingen en facturen inzake het verbruik van warmte,
b. de frequentie van facturen inzake het verbruik van warmte,
c. het verstrekken van gegevens over het verbruik van warmte,
d. degenen die de informatie, bedoeld in de onderdelen a, b en c, verstrekken, welke regels kunnen verschillen per categorie van ontvangers van de informatie, bedoeld in de onderdelen a, b en c,
e. het op verzoek van een afnemer toesturen van facturen, factureringsinformatie en energiekostenramingen, eventueel langs elektronische weg,
f. de kosten van toegang tot meetgegevens en van facturatie en
g. degenen die om de informatie, bedoeld in onderdeel e, kunnen verzoeken.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Economische Zaken,