Ontvangen 7 juni 2016
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel F, wordt na onderdeel 2 een onderdeel ingevoegd, luidende:
2a. Na het vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
4a. De termijn, bedoeld in het eerste lid, onder c, wordt op vijf jaren gesteld voor de verzoeker die in het Europese deel van Nederland, Aruba, Curaçao, Sint Maarten of de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba toelating en hoofdverblijf heeft als vluchteling in de zin van het Verdrag van Genève van 1951 betreffende de status van vluchtelingen (Trb. 1954, 88).
Dit amendement regelt dat vluchtelingen uitgezonderd worden van de verlengde naturalisatietermijn. Zowel artikel 34 van het VN-Vluchtelingenverdrag als artikel 6(4)(g) van het Europees Verdrag inzake Nationaliteit stellen dat de naturalisatie van erkende vluchtelingen bespoedigd en vergemakkelijkt moet worden. Het verlengen van de naturalisatietermijn voor erkende vluchtelingen druist in tegen deze verdragen waar Nederland zich aan gecommitteerd heeft.
Sjoerdsma Voordewind Gesthuizen