Kamerstuk 33780-3

Amendement van het lid Van Meenen c.s. dat een herschikking van het extra vrijgekomen budget van 650 miljoen euro regelt

Dossier: Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2013 (wijziging samenhangende met de incidentele suppletoire begroting)


74,7 %
25,3 %

SGP

CDA

VVD

Bontes

CU

D66

PvdA

GL

50PLUS

PvdD

SP

PVV


Nr. 3 AMENDEMENT VAN HET LID VAN MEENEN C.S.

Ontvangen 30 oktober 2013

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

I

In artikel 1 Primair onderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 61.000 (x € 1.000).

II

In artikel 3 Voortgezet onderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 44.000 (x € 1.000).

III

In artikel 4 Beroepsonderwijs en volwasseneducatie worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 36.000 (x € 1.000).

IV

In artikel 6 Hoger beroepsonderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 27.000 (x € 1.000).

V

In artikel 7 Wetenschappelijk onderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 42.000 (x € 1.000).

Toelichting

Dit amendement regelt een herschikking van het extra vrijgekomen budget van 650 miljoen euro.

De extra budgetten voor het primaire onderwijs en voortgezet onderwijs worden verhoogd met respectievelijk 61 miljoen euro en 44 miljoen euro, en de extra budgetten voor het beroepsonderwijs en volwasseneducatie, hoger beroepsonderwijs en wetenschappelijk onderwijs worden verlaagd met respectievelijk 36 miljoen euro, 27 miljoen euro en 42 miljoen euro.

Van Meenen Duisenberg Straus Mohandis Ypma Voordewind Schouten Bisschop