Voorgesteld 4 december 2013
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat na vijf jaar onafgebroken groei van het aantal afspraken over duurzame inzetbaarheid in cao's er nu sprake is van een lichte afname;
overwegende dat ook de Stichting van de Arbeid heeft aangegeven dat er nog flinke stappen op het gebied van duurzame inzetbaarheid gezet moeten worden;
overwegende dat de demografische ontwikkeling het noodzakelijk maakt om de inzetbaarheid van werknemers, onder wie zeker ook ouderen, op de arbeidsmarkt te bevorderen;
van mening dat de verantwoordelijkheid van duurzame inzetbaarheid bij zowel werknemers als werkgevers ligt;
verzoekt de regering, in gesprek te gaan met sociale partners over duurzame inzetbaarheid en een leeftijdsbewust personeelsbeleid;
verzoekt de regering tevens om cao's die geen concrete bepalingen bevatten over duurzame inzetbaarheid, niet meer algemeen verbindend te verklaren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Nieuwenhuizen-Wijbenga
Van Weyenberg