Voorgesteld 2 juli 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het merendeel van de in Nederland werkende imams nog steeds uit het buitenland wordt aangetrokken;
van mening dat het van belang is dat er ook imams in Nederland werken die zijn opgeleid aan een in Nederland gevestigde imamopleiding en die onze samenleving «van binnenuit» kennen;
constaterende dat er op dit moment geen imamopleiding meer bestaat Nederland;
constaterende dat er animo lijkt te bestaan voor het volgen van een deeltijdopleiding,
verzoekt de regering voorts zo snel mogelijk met betrokkenen om de tafel te gaan zitten om het animo voor een deeltijdopleiding te peilen en de mogelijke vormgeving van een dergelijke imam-opleiding te bespreken,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Meenen
Van Weyenberg