Kamerstuk 33692-29

Amendement van het lid Ouwehand over het versterken van de onafhankelijke positie van de dierexperimentencommissies

Dossier: Wijziging van de Wet op de dierproeven in verband met implementatie van richtlijn 2010/63/EU


73,2 %
26,8 %

SGP

CDA

CU

Bontes

PvdD

50PLUS

SP

D66

PvdA

PVV

GL

VVD


Nr. 29 AMENDEMENT VAN HET LID OUWEHAND

Ontvangen 14 november 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel FF, wordt voor het zinsdeel «de vergunninghouder aan wie advies wordt uitgebracht» ingevoegd: «ten minste twee leden» vervangen door: «ten minste de helft van het aantal leden» en wordt.

Toelichting

Dit amendement versterkt de onafhankelijke positie van dierexperimentencommissies die belast zijn met de advisering omtrent de beoordeling van projectvoorstellen ten opzichte van de aanvrager van een projectvergunning. De wet bepaalt nu dat slechts de voorzitter en ten minste twee leden niet in een arbeidsverhouding staan tot een instelling over de beoordeling van wiens projectvoorstel advies wordt uitgebracht. Dat betekent dat een meerderheid van de leden van een dierexperimentencommissie in dienst kan zijn bij de instelling over wiens projectvoorstellen zij moeten oordelen. Indiener wijst erop dat zulks op gespannen voet kan staan met de in de wet bedoelde onafhankelijke advisering die belegd is bij de DEC.

Ouwehand