Vastgesteld 25 juni 2013
De vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet heeft de eer als volgt verslag uit te brengen. Onder het voorbehoud dat de hierin gestelde vragen en gemaakte opmerkingen voldoende zullen zijn beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van het voorstel van wet genoegzaam voorbereid.
De voorzitter van de commissie, Paulus Jansen
De griffier van de commissie, Tijdink
1.
Kunt u in een tabel aangeven welke mutaties precies het gevolg zijn van de bezuinigingen uit het regeerakkoord?
In de jaren 2016 en verder is een deel van de taakstelling op het apparaat uit het Regeerakkoord Rutte II ten laste van het Deltafonds gebracht; zie onderstaande tabel (bedragen x € 1.000). Dit is echter nog niet het gehele bedrag dat ten laste van het Deltafonds moet worden gebracht. Op basis van een nadere uitwerking in concrete maatregelen zal in een later stadium nog een herverdeling tussen het Deltafonds en het Infrastructuurfonds plaats vinden van de bedragen die nu tijdelijk alleen ten laste van het Infrastructuurfonds (artikelonderdeel 18.08) zijn gebracht.
Art.ond/Omschrijving |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
05.01 Apparaat |
– 25 |
– 50 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
||
Totaal |
0 |
0 |
– 25 |
– 50 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
– 76 |
2.
Wat zijn de financiële en beleidsmatige gevolgen van het omboeken van de programmaruimte naar de investeringsruimte?
De bedoelde programmaruimte (welke onderdeel was van het planuitwerkingsprogramma) was een overblijfsel van de oude begrotingssystematiek van de investeringsfondsen IenM. Door het overboeken van de resterende programmaruimte binnen het planuitwerkingsprogramma naar de investeringsruimte staat – vanaf deze Voorjaarsnota – alle resterende investeringsruimte in het Deltafonds tot en met 2028 op één artikelonderdeel (05.03). Dit heeft geen financiële en/of beleidsmatige gevolgen en heeft enkel tot doel om de transparantie te vergroten.
3.
Waarom is de bijdrage van € 5,9 mln. vanuit het Verbeterprogramma Waterkwaliteit Rijkswateren aan het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO), die verwerkt was in de ontwerpbegroting van 2013, niet meer nodig?
Het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) maakt geen onderdeel uit van het Verbeterprogramma Waterkwaliteit Rijkswateren. Abusievelijk was de financiering ten laste van het Verbeterprogramma gekomen. Dit is nu bij Voorjaarsnota gecorrigeerd.
4.
Waardoor zijn de meevallers ontstaan in artikel 1 Investeren in waterveiligheid (Nederland leeft met water (€ 3,4 mln), de reservering Deltaprogramma (€ 0,8 mln) en veiligheid (€ 0,5 mln))?
Uit campagne-effectonderzoek is in 2010 gebleken dat een massamediale campagne gericht op de «waterbewustwording» van een breed publiek, zoals Nederland Leeft Met Water (NLMW) jarenlang was, zijn doel heeft bereikt. Daarom is het logisch om de campagne stop te zetten. Daartoe is dan ook besloten. Er komt een nieuwe, meer op specifieke groepen gerichte communicatiestrategie. Het geld dat gereserveerd was voor NLMW was met name bedoeld voor postbus-51 spotjes en andere massamediale communicatie-uitingen. Dit is in de nieuwe opzet niet meer aan de orde.
Bij de reservering Deltaprogramma is er geen sprake van een meevaller, maar vanuit de reservering worden onder andere de onvoorziene kosten voor het Deltaprogramma gefinancierd. Bij het deelprogramma Veiligheid is de consultatie bij de regionale partijen omtrent normeringssystematiek niet doorgegaan, waardoor de middelen terugvloeien naar de reservering Deltaprogramma. De middelen zijn vanuit de reservering Deltaprogramma overgeheveld naar het deelprogramma overstijgend voor de financiering van het Delta-instrumentarium. Zie ook het antwoord op vraag 5.
5.
Waaruit bestaat de tegenvaller op artikel 1 Investeren in waterveiligheid (deelprogramma overstijgend) van € 1,2 mln?
Vanuit de reservering Deltaprogramma is budget overgeheveld naar het deelprogramma-overstijgend ten behoeve van het Delta-instrumentarium. Het Delta-instrumentarium is de «toolbox» voor het Deltaprogramma. De tegenvaller ontstaat door niet in de begroting voor 2013 geraamde kosten voor het rekenwerk (inclusief rekenen aan kosten en baten).
6.
Waardoor zijn de meevallers ontstaan in artikel 2 zoetwatervoorziening (regeling bestrijding regionale wateroverlast (€ 23,4 mln), SUBBIED (€ 3,9 mln) en de inrichting IJsselmonding (€ 0,2 mln)? Blijven deze bedragen behouden voor het Deltafonds?
Met de eindafrekening van de subsidieregeling Regeling bestrijding regionale wateroverlast zijn de laatste subsidies vastgesteld en de kosten in rekening gebracht. De vrijval in de Regeling bestrijding regionale wateroverlast heeft verschillende oorzaken. Zo zijn er projecten goedkoper uitgevoerd wegens gunstige aanbesteding. In andere gevallen zagen subsidieaanvragers af van een rijksbijdrage krachtens de regeling omdat andere regelingen voor hen interessanter waren. Verder zijn er projecten niet tijdig volledig gerealiseerd.
SUBBIED betreft een subsidie regeling voor het baggeren in bebouwd gebied. Jaarlijks worden beschikte subsidie bedragen niet opgehaald. De subsidieregeling is beëindigd. De meevaller is het ontstane kasoverschot van ca. € 3,9 mln.
Het project Inrichting IJsselmonding is beëindigd. Na de laatste betalingen is er een summier overschot ontstaan van € 0,2 mln.
Deze meevallers zijn binnen het Deltafonds behouden gebleven en worden aan de programmaruimte toegevoegd waaruit tegenvallers en projecten waterveiligheid/zoetwatervoorziening worden gefinancierd.
7.
Waardoor is de meevaller ad € 6,5 mln. op het project Veiligheid Nederland in Kaart ontstaan?
Het project is afgerond. De meevaller is veroorzaakt door een positief gunningsresultaat op één van de deelprojecten.
8.
Welke bedragen zijn gemoeid met de omzetting van 174 fte's inhuur naar 250 ambtelijke fte’s? Hoeveel van deze ambtelijke medewerkers zullen werkzaam zijn binnen het Deltaprogramma? Waarom wordt de verrekening van ambtelijke fte's bij het Infrastructuurfonds verrekend met het Deltafonds? Om wat voor bedrag gaat dat?
Met de 174 fte’s inhuur was een bedrag gemoeid van ca. € 32 mln. per jaar. De 250 fte’s eigen medewerkers kosten ca. € 22 mln. per jaar.
Voor de dekking van de inhuur was ca. € 6 mln. afkomstig uit het Deltafonds, wat ongeveer overeenkomt met 32 fte’s. Afhankelijk van de fase waarin het Deltaprogramma zich bevindt, wordt gekeken naar de benodigde kennis en kunde en de bijbehorende capaciteitsbehoefte.
Op basis van de huidige werkzaamheden zijn de middelen verdeeld over het Infrastructuurfonds en het Deltafonds. Mocht blijken dat de verdeling aanpassing behoeft, dan zal dit worden bijgesteld.