Voorgesteld 25 april 2013
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er voor het volgen van een tweede studie bedragen tot € 32.000 per studiejaar worden gevraagd door hoger onderwijsinstellingen en dat de hoogte van deze bedragen het volgen van een tweede studie voor ambitieuze studenten ernstig kan bemoeilijken;
overwegende dat de hoogte en opbouw van deze bedragen door hoger onderwijsinstellingen niet nader worden verduidelijkt en daarmee onduidelijk is of de hoogte van deze bedragen gerechtvaardigd is;
overwegende dat er een brede wens leeft in de Kamer om, vooruitlopend op de uitkomsten van de evaluatie, afspraken met de instellingen te maken over maximering van het instellingscollegegeld voor het komende collegejaar;
overwegende dat de minister dit najaar met een evaluatie komt van onder andere de hantering van het instellingscollegegeld voor de tweede studie door onderwijsinstellingen, omdat hier al geruime tijd brede onvrede bestaat;
verzoekt de regering om bij deze evaluatie inzichtelijk te maken:
1. hoe transparantie met betrekking tot de hoogte en opbouw van het instellingscollegegeld voor de tweede studie wordt bewerkstelligd;
2. wat de mogelijkheden én effecten van maximering van het instellingscollegegeld voor de tweede studie zijn.
en gaat over tot de orde van de dag.
Mohandis
Rog