Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2012 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.
Wetsartikel 3
Artikel 5, vierde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 schrijft voor dat een meerjarige begrotingsreserve kan worden aangehouden ten laste van een beleidsartikel. De begrotingreserve is bestemd als budgettaire voorziening voor de garantstelling door het Ministerie van OCW voor ontstane restschuld bij onderwijsinstellingen die in gebreke blijven om gesloten leningen en kredieten, bedoeld in de artikelen 48, eerste lid, en 49, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2001 terug te betalen.
De begrotingsreserve inzake garantiestelling restschuld speelt een rol voor zowel het universitair onderwijs, het hoger beroepsonderwijs, het middelbaar onderwijs, het voortgezet onderwijs als het primair onderwijs. Uit een oogpunt van administratieve doelmatigheid is het niet gewenst dat er vijf aparte begrotingsreserves worden aangehouden ten laste van de betrokken beleidsartikelen (1, 3, 4, 6 en 7). Om die reden wordt door middel van dit wetsartikel bepaald dat de begrotingsreserve gekoppeld kan worden aan het niet-beleidsartikel Apparaat Kerndepartement (artikelnummer 92). Inhoudelijk is de begrotingsreserve bestemd om het begrotingsbeheer met betrekking tot de betrokken beleidsartikelen op een doelmatige wijze vorm te geven.
De geest van artikel 5, vierde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt daarmee geen geweld aangedaan. In het kader van de voorgenomen herziening van de Comptabiliteitswet zal een algemene wettelijke voorziening worden getroffen. Zolang die voorziening er nog niet is, zal jaarlijks in de begrotingswet van OCW deze afwijkingsbepaling worden opgenomen.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker
1. |
Leeswijzer |
2 |
|
2. |
Het beleid |
2 |
|
2.1. |
Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties |
2 |
|
2.2. |
Beleidsartikelen |
5 |
|
2.3. |
Niet-beleidsartikelen |
21 |
Allereerst is de begrotingsstaat voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten voor de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap opgenomen. Hierin wordt inzicht gegeven in de financiële wijzigingen die op beleidsartikelniveau worden voorgesteld in de begroting voor het jaar 2012.
In paragraaf 2 «Het beleid» wordt de aansluiting gemaakt met de Najaarsnota 2012. In paragraaf 2.1 wordt allereerst een toelichting gegeven op de belangrijkste begrotingsmutaties uit dit wetsvoorstel. In paragraaf 2.2 en 2.3 wordt inzicht gegeven in de financiële mutaties op artikelniveau voor de beleidsartikelen respectievelijk de niet-beleidsartikelen. Mutaties groter dan € 2,2 miljoen worden toegelicht.
In de 2e suppletoire begroting van OCW wordt een verdere uitwerking gegeven aan de besluiten van het demissionaire kabinet over de Najaarsnota voor het begrotingshoofdstuk van OCW (VIII). Als gevolg hiervan wordt in de OCW-begroting in 2012 een uitgavenpeil van circa € 34,2 miljard geraamd. Het geraamde ontvangstenniveau is circa € 1,2 miljard.
In tabel 1 wordt de aansluiting getoond van de uitgaven en ontvangsten tussen de suppletoire begroting Voorjaarsnota en de suppletoire begroting Najaarsnota. Een deel hiervan is al gepresenteerd in de Miljoenennota 2013 en de hiermee samenhangende OCW-begroting 2013.
Artikel |
Uitgaven |
Ontvangsten |
||
---|---|---|---|---|
Stand begroting 2012 |
33 694,0 |
1 197,6 |
||
Stand suppletoire begroting Voorjaarsnota 2012 |
34 026,4 |
1 148,0 |
||
Belangrijkste mutaties: |
||||
1 |
Ramingsbijstelling studiefinanciering, WTOS en lesgeld |
11, 12 |
-80,0 |
5,0 |
2 |
Rentemutatie (generaal) |
11 |
– 20,0 |
|
3 |
Langstudeerders |
6, 7 |
62,0 |
|
4 |
Versnelde betaling frictiekosten |
14 |
45,6 |
|
5 |
Mee- en tegenvallers |
diversen |
7,1 |
43,4 |
6 |
Overlopende verplichtingen |
diversen |
– 57,1 |
|
7 |
Beleidsmatig overig |
diversen |
1,6 |
|
8 |
Prijsbijstelling tranche 2012 |
diversen |
159,7 |
|
9 |
Technisch overig |
diversen |
58,5 |
30,3 |
Stand suppletoire begroting Najaarsnota 2012 |
34 223,9 |
1 206,8 |
Toelichting op de belangrijkste mutaties
1) Ramingsbijstelling studiefinanciering en WTOS
De ramingsbijstelling studiefinanciering en WTOS heeft verschillende oorzaken:
– de kaderrelevante uitgaven voor mbo/bol niveau 1 en 2 vallen lager uit. Aan beurs (voor deze groep geen prestatiebeurs maar direct gift) wordt minder dan geraamd toegekend, omdat er minder bol'ers in het giftregime zijn dan geraamd;
– de uitgaven voor de prestatiebeurs vallen lager uit, omdat er in 2012 minder prestatiebeurs (basis- en aanvullende beurs) dan geraamd wordt omgezet in een gift;
– ook bij de reisvoorziening (onderdeel prestatiebeurs) worden minder uitgaven verwacht;
– bij de tegemoetkoming schoolkosten (WTOS) wordt vooral door minderjarige deelnemers bol minder dan verwacht gebruik gemaakt van de regeling.
2) Rentemutatie (generaal)
De ontvangsten aan rente op studieleningen vallen lager uit dan geraamd. Ten opzichte van de raming worden in 2012 minder termijnontvangsten en extra (niet verplichte) ontvangsten verwacht. De stijgende trend bij de ontvangsten van de afgelopen jaren heeft zich niet voortgezet.
3) Langstudeerders
In het Deelakkoord voor de begroting 2013 is de afschaffing van de langstudeerdersmaatregel opgenomen. Omdat het afschaffen van de maatregel al in 2012 financiële consequenties heeft voor de universiteiten en hogescholen wordt reeds in 2012 een bedrag beschikbaar gesteld. Het gaat in totaal om € 62 miljoen.
4) Versnelde betaling frictiekosten
De afbouw van de cultuursubsidies gaat gepaard met frictiekosten en een deel van deze frictiekosten (€ 45,6 miljoen) wordt versneld betaald. Dit is bedoeld voor instellingen waarvan de subsidie met ingang van januari 2013 geheel of gedeeltelijk wordt beëindigd en die daarom nu al bezig zijn met het ontmantelen van hun organisatie.
5) Mee- en tegenvallers
Dit betreft een saldering van diverse mee- en tegenvallers. De belangrijkste zijn:
• Een meevaller bij de experimenten in het po/vo/mbo in het kader van het Actieplan LeerKracht (€ 6,0 miljoen) doordat niet alle projecten in 2012 van start zijn gegaan.
• Het achterblijven van de uitgaven 2012 op het budget «Kwaliteitsagenda voor leraren» bij de geraamde uitgaven voor een bedrag van € 9,6 miljoen. De oorzaken hiervan zijn:
– projecten rondom de ontwikkeling, afname, onderhoud en borging van de kennisbases en -toetsen en de implementatie van het advies «Een goede basis» van de commissie Meijerink kunnen vanwege de complexe uitwerking ervan eerst in 2013 goed worden opgestart. De voorziene middelen voor 2012 (€ 6,5 miljoen) zullen daardoor niet meer dit jaar besteed worden maar wel volgend jaar, beschikkingen c.q. garanties hiertoe zijn reeds afgegeven;
– de afronding en financiële afwikkeling van diverse projecten kan niet meer in 2012 plaatsvinden en zal pas in 2013 plaatsvinden (€ 1,6 miljoen);
– door het achterblijven van aanvragen doet zich op de inmiddels beëindigde regeling «stagebegeleiding educatieve minoren in het vo 2009–2012» een meevaller voor van € 1,5 miljoen.
• een meevaller bij de regeling «Tegemoetkoming kosten opleidingsscholen» (€ 2,4 miljoen) doordat er minder studenten een beroep doen op de regeling dan geraamd.
• een tegenvaller van € 26,1 miljoen doordat de Rechtbank Den Haag het beroep van de Technische Universiteit Delft gegrond heeft verklaard. Dit beroep ging over de terugvordering van een bedrag van € 25,0 miljoen (€ 26,1 miljoen inclusief wettelijke rente) door het ministerie van OCW in verband met de brand bij het gebouw van de faculteit bouwkunde in 2008. OCW moet dit terugbetalen aan de TU Delft.
• een meevaller op de ontvangsten die hoofdzakelijk wordt veroorzaakt door afrekeningen op het onderwijsachterstandenbeleid.
6) Overlopende verplichtingen
Op diverse artikelen zijn er verplichtingen die niet in 2012 tot uitgaven leiden (overlopende verplichtingen). Het gaat onder meer om verplichtingen voor professionaleringsmiddelen lerarenopleidingen, de voorziening voor Amarantis en huisvestingsmiddelen voor Caribisch Nederland.
7) Beleidsmatig overig
Dit betreft een aantal kleine beleidsmatige mutaties in 2012 waaronder de invulling van het aandeel van OCW in de verhoging van het fonds voor Caribisch Nederland (€ 1,2 miljoen).
8) Prijsbijstelling tranche 2012
Dit betreft de toevoeging van de prijsbijstelling tranche 2012 aan de OCW-begroting. Zie het niet-beleidsartikel 91 (Nominaal en onvoorzien) voor de verdeling van de prijsbijstelling over de artikelen.
9) Technisch overig
Het betreft overboekingen met andere departementen en niet relevante uitgaven voor studiefinanciering. Daarnaast hebben er enkele desalderingen van uitgaven met ontvangsten plaatsgevonden.
Artikel 1. Primair onderwijs
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
9 634 780 |
9 683 169 |
93 592 |
9 776 761 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
6 097 |
6 097 |
|||
Uitgaven |
9 635 996 |
9 684 385 |
87 495 |
9 771 880 |
|
• |
Personele bekostiging |
7 717 687 |
7 811 669 |
49 838 |
7 861 507 |
• |
Materiële bekostiging |
1 148 598 |
1 145 354 |
22 120 |
1 167 474 |
• |
Bekostiging Caribisch Nederland |
10 782 |
10 982 |
1 907 |
12 889 |
• |
Conciërgeregeling |
21 700 |
21 815 |
0 |
21 815 |
• |
Verbeteren binnenmilieu |
2 103 |
2 103 |
– 52 |
2 051 |
• |
Onderwijspersoneelsbeleid |
5 083 |
5 083 |
0 |
5 083 |
• |
Humanistisch vormend en godsdienstonderwijs |
10 000 |
10 000 |
0 |
10 000 |
• |
Aanpak (zeer) zwakke scholen |
2 080 |
2 436 |
– 200 |
2 236 |
• |
Verbeteren van taal- en rekenopbrengsten |
42 588 |
46 502 |
– 44 |
46 458 |
• |
Invoering centrale eindtoets en verplichting leerlingonderwijsvolgsysteem |
25 375 |
25 375 |
0 |
25 375 |
• |
Excellentie en talentontwikkeling |
11 711 |
11 711 |
– 500 |
11 211 |
• |
Verbreding techniek in het basisonderwijs |
11 300 |
11 300 |
7 362 |
18 662 |
• |
Cultuur en school |
9 500 |
17 000 |
0 |
17 000 |
• |
Passend onderwijs en LGF |
93 460 |
96 083 |
– 4 485 |
91 598 |
• |
Onderwijsachterstandenbeleid |
360 190 |
362 690 |
0 |
362 690 |
• |
Onderwijsvoorzieningen voor jonggehandicapten |
23 862 |
23 862 |
0 |
23 862 |
• |
Veiligheid op school |
23 417 |
23 552 |
– 30 |
23 522 |
• |
Brede scholen |
12 331 |
1 431 |
– 150 |
1 281 |
• |
Overig |
6 290 |
5 904 |
17 242 |
23 146 |
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
44 859 |
45 077 |
– 1 057 |
44 020 |
Loon- en prijsbijstelling |
53 079 |
4 456 |
– 4 456 |
0 |
|
Ontvangsten |
1 661 |
1 661 |
37 000 |
38 661 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor personele bekostiging wordt per saldo met € 49,8 miljoen verhoogd als gevolg van de volgende mutaties:
– € 34,8 miljoen is toegevoegd als compensatie voor de stijging van de werkgeverslasten;
– door interne herschikkingen, onder andere uit de post loon- en prijsbijstelling is € 9,5 miljoen toegevoegd;
– er is een bijdrage ontvangen van VWS van € 3,3 miljoen voor de bekostiging van onderwijs in de gesloten jeugdzorg.
• Het budget voor materiële bekostiging wordt per saldo met € 22,1 miljoen verhoogd. Dit komt grotendeels door het toevoegen van de prijsbijstelling.
• Het budget voor verbreding techniek in het basisonderwijs wordt met € 7,4 miljoen verhoogd. Vanuit artikel 3 is een bijdrage ontvangen voor twee projecten: School aan Zet (€ 2,2 miljoen) en Meer Betere Bèta’s (€ 3,0 miljoen). Ook artikel 9 draagt bij aan het project School aan Zet (€ 2,2 miljoen).
• Het budget voor passend onderwijs en LGF wordt met € 4,5 miljoen verlaagd. Dit wordt veroorzaakt doordat voor € 3,6 miljoen sprake is van overlopende verplichtingen van projecten Passend Onderwijs naar 2013. Daarnaast is € 0,9 miljoen overgeboekt naar artikel 3 voor de bijdrage aan examenkosten van leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs.
• Het budget voor «overig» wordt met € 17,2 miljoen verhoogd. Dit komt onder andere door een toevoeging uit de eindejaarsmarge van € 16,9 miljoen ter dekking van de overlopende verplichtingen uit 2011 die in 2012 tot betaling zijn gekomen.
• Het budget voor loon- en prijsbijstelling wordt met € 4,5 miljoen verlaagd. Deze middelen worden toegevoegd aan de personele bekostiging.
Ontvangsten
• Het ontvangstenbudget wordt met € 37,0 miljoen verhoogd. Gemeenten hebben over de periode 2006–2010 € 37,0 miljoen van de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid niet besteed.
Artikel 3. Voortgezet onderwijs
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
6 902 783 |
7 034 206 |
79 556 |
7 113 762 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
4 000 |
4 000 |
|||
Uitgaven |
6 933 900 |
7 065 323 |
75 556 |
7 140 879 |
|
• |
Personele en materiële bekostiging |
6 515 731 |
6 629 401 |
75 575 |
6 704 976 |
• |
Actieplan beter presteren (voorheen Kwaliteitsbeleid voortgezet onderwijs) |
47 644 |
110 000 |
0 |
110 000 |
• |
Versterken centrale en uniforme toetsing |
31 638 |
9 638 |
– 1 790 |
7 848 |
• |
Excellente leerlingen en hoogbegaafden |
8 349 |
349 |
0 |
349 |
• |
Regionaal zorgbudget etc. |
73 970 |
73 970 |
0 |
73 970 |
• |
Leerplusarrangement |
84 074 |
84 074 |
– 4 400 |
79 674 |
• |
Doorontwikkeling praktijkonderwijs |
2 300 |
2 300 |
0 |
2 300 |
• |
Visueel gehandicapten |
1 206 |
1 206 |
0 |
1 206 |
• |
Experimenten vmbo-mbo2 |
11 772 |
5 936 |
0 |
5 936 |
• |
Borgingscohort experimenten vmbo-mbo2 |
16 913 |
21 245 |
0 |
21 245 |
• |
Onderwijs Caribisch Nederland |
10 367 |
10 367 |
0 |
10 367 |
• |
Scholen aan zet |
7 400 |
2 400 |
0 |
2 400 |
• |
Taal en rekenen |
8 074 |
2 074 |
0 |
2 074 |
• |
Actieprogramma «Onderwijs bewijs» (ex-FES) |
4 744 |
4 715 |
0 |
4 715 |
• |
Wet SLOA (po, vo, mbo) |
45 892 |
43 727 |
4 257 |
47 984 |
• |
Overig |
15 747 |
15 544 |
– 3 359 |
12 185 |
• |
Ondersteuning ICT (po, vo, mbo) |
20 900 |
20 900 |
1 330 |
22 230 |
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
27 179 |
27 477 |
3 943 |
31 420 |
Ontvangsten |
1 361 |
1 361 |
2 300 |
3 661 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor Personele en materiële bekostiging wordt per saldo met € 75,6 miljoen verhoogd als gevolg van de volgende mutaties:
– uitdeling van de loonbijstelling (werkgeverslasten tranche 2012) en de compensatie voor de maatregelen met betrekking tot de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering: + € 28,3 miljoen;
– uitdeling van de prijsbijstelling tranche 2012: + € 24,6 miljoen;
– toevoeging vanuit de eindejaarsmarge die ten goede komt aan het VO-onderwijsveld: + € 33,1 miljoen;
– uitdeling van aanvullende middelen voor Caribisch Nederland: + € 3,7 miljoen;
– verhoging met € 8,0 miljoen van het gereserveerde bedrag in verband met de toezegging van de continuïteitsgarantie van € 18,0 miljoen aan Amarantis. Daarnaast een verlaging van € 11,0 miljoen omdat in 2012 € 7,0 miljoen van de € 18,0 miljoen is besteed. De resterende € 11,0 miljoen wordt doorgeschoven naar latere jaren;
– een verlaging met € 11,1 miljoen als gevolg van overboekingen naar onder andere artikel 1 voor diverse projecten zoals het actieplan Beter presteren en Meer Betere Bèta’s.
• Het budget voor Leerplusarrangement wordt met € 4,4 miljoen verlaagd. De uitgaven voor de eerste opvang van vreemdelingen blijven, gelet op de realisatie van de eerste peildatum, naar verwachting € 4,4 miljoen achter bij de raming.
• Het budget voor Wet SLOA (po, vo, mbo) wordt met € 4,3 miljoen verhoogd als gevolg van een interne overboeking van het ene naar het andere artikel in het kader van verantwoord begroten.
• Het budget Overig wordt met € 3,3 miljoen verlaagd, voornamelijk als gevolg van het verwerken van diverse overboekingen.
• Het budget voor Uitvoeringsorganisatie DUO wordt met € 3,9 miljoen verhoogd als gevolg van een tegenvaller ad. € 1,1 miljoen bij het project digitale examens en het verwerken van diverse overboekingen.
Ontvangsten
• Het ontvangstenbudget wordt met € 2,3 miljoen verhoogd als gevolg van terugvordering van middelen naar aanleiding van de controle op aanvragen in het kader van de regeling praktijkgerichte leeromgeving vmbo/pro (1e, 2e en 3e audit van ICSadviseurs).
Artikel 4. Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
3 514 780 |
3 482 656 |
86 312 |
3 568 968 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
21 147 |
21 147 |
|||
Uitgaven |
3 468 898 |
3 455 867 |
29 453 |
3 485 320 |
|
• |
Bekostiging roc's/overige regelingen |
2 878 690 |
2 861 050 |
58 876 |
2 919 926 |
• |
Bekostiging kbb's |
98 814 |
98 976 |
1 213 |
100 189 |
• |
Bekostiging Caribisch Nederland |
2 089 |
3 559 |
– 456 |
3 103 |
• |
Verbetermiddelen Caribisch Nederland |
18 072 |
18 827 |
– 13 134 |
5 693 |
• |
Leerlinggebonden financiering (LGF) |
40 001 |
43 762 |
– 1 886 |
41 876 |
• |
Versterken centrale en uniforme toetsing |
11 911 |
11 911 |
– 10 327 |
1 584 |
• |
Taal en rekenen |
56 109 |
53 609 |
– 245 |
53 364 |
• |
Regeling stagebox |
35 000 |
35 000 |
– 100 |
34 900 |
• |
Schoolmaatschappelijk werk |
14 017 |
14 017 |
0 |
14 017 |
• |
Prestatiebox |
0 |
4 100 |
0 |
4 100 |
• |
Convenanten met RMC-regio's |
68 160 |
61 038 |
– 511 |
60 527 |
• |
Programmagelden regio's |
19 300 |
0 |
0 |
0 |
• |
Plusvoorziening «overbelaste jongeren» en wijkscholen |
30 000 |
30 400 |
0 |
30 400 |
• |
RMC's |
31 599 |
31 599 |
286 |
31 885 |
• |
Aanvalsplan Laaggeletterdheid |
4 000 |
4 000 |
0 |
4 000 |
• |
Aanvullende vergoeding experimenten vmbo-mbo2 |
4 530 |
3 544 |
– 544 |
3 000 |
• |
Sectorplan mbo-hbo techniek 2011–2016 |
400 |
400 |
0 |
400 |
• |
Netwerkscholen |
3 000 |
3 000 |
0 |
3 000 |
• |
Educatie |
110 766 |
110 766 |
838 |
111 604 |
• |
Pilots Laaggeletterdheid |
5 000 |
5 000 |
– 2 500 |
2 500 |
• |
Overig |
19 935 |
42 991 |
– 2 430 |
40 561 |
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
17 505 |
18 318 |
373 |
18 691 |
Ontvangsten |
0 |
2 000 |
11 747 |
13 747 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor Bekostiging roc’s/overige regelingen wordt met € 58,9 miljoen verhoogd. Deze verhoging is met name het gevolg van de volgende mutaties:
– een bijstelling van € 14 miljoen voor de loonontwikkeling (werkgeverslasten tranche 2012) en de compensatie voor de maatregelen met betrekking tot de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering;
– een bijstelling van € 24 miljoen voor de prijsontwikkeling 2012;
– een toevoeging aan de lumpsum van € 12 miljoen voor de middelen van versterken centrale en uniforme toetsing;
– een bedrag van -€ 1,5 miljoen wordt doorgeschoven omdat de einddeclaraties in het kader van ESF voor versterking BBL en bestrijding VSV niet meer in 2012 zullen binnenkomen;
– toevoeging van een bedrag van € 12 miljoen door verschillende afrekeningen (zie de toelichting bij de ontvangsten).
• Het budget voor Verbetermiddelen Caribisch Nederland wordt met € 13,1 miljoen verlaagd. Deze verlaging is met name het gevolg van de volgende mutaties:
– de uitdeling naar de betrokken beleidsartikelen van -€ 5,3 mln. ten behoeve van gestegen salariskosten;
– een bedrag van -€ 6,8 miljoen wordt doorgeschoven ten behoeve van de verbetermiddelen voor Caribisch Nederland;
– een overboeking naar het artikel 15 (Media) van -€ 0,5 miljoen voor drie bibliotheken op Caribisch Nederland.
• Het budget voor Pilots laaggeletterdheid wordt met € 2,5 miljoen verlaagd. Vanwege aanloopproblemen bij deze pilot in 2012 is er voor gekozen om de termijn van de pilot te verlengen tot medio 2015. Deze middelen zullen daardoor niet meer dit jaar besteed worden maar wel volgend jaar.
• Het budget Overig wordt met € 2,4 miljoen verlaagd. Deze verlaging wordt grotendeels verklaard door het doorschuiven van doorlopende verplichtingen op onderzoeken en projecten.
Ontvangsten
• Het ontvangstenbudget wordt met € 11,7 miljoen verhoogd. Deze verhoging is het gevolg van de volgende mutaties:
– een afrekening van € 5,5 miljoen van het innovatiearrangement met de Stichting Platform Beroepsonderwijs;
– een afrekening van € 4,1 miljoen van het project Leren en Werken;
– een afrekening van € 2,1 miljoen van de Technocentra.
Artikel 6. Hoger beroepsonderwijs
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
2 455 998 |
2 418 938 |
99 009 |
2 517 947 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
10 000 |
10 000 |
|||
Uitgaven |
2 501 470 |
2 477 953 |
64 586 |
2 542 539 |
|
• |
Reguliere bekostiging1 |
2 456 191 |
2 432 619 |
62 912 |
2 495 531 |
• |
Profilering |
0 |
0 |
0 |
|
• |
Studiekeuzeinformatie voor het hoger onderwijs |
2 400 |
2 455 |
2 455 |
|
• |
Praktijkgericht onderzoek (Raak) |
20 267 |
22 267 |
22 267 |
|
• |
Ondernemerschap |
500 |
500 |
500 |
|
• |
Hbo-masteropleidingen |
1 481 |
1 481 |
1 481 |
|
• |
Deltaplan/Investeringsagenda bèta en techniek |
1 000 |
1 000 |
1 000 |
|
• |
Sectorplan mbo-hbo techniek 2011–2016/ Centres of Expertise |
2 000 |
0 |
0 |
|
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
17 631 |
17 631 |
1 674 |
19 305 |
Ontvangsten |
974 |
1 213 |
3 911 |
5 124 |
In de middelen voor <<Reguliere bekostiging>> zijn ook enkele posten voor overige uitgaven verwerkt.
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor het instrument Reguliere bekostiging wordt met € 62,9 miljoen verhoogd. Deze verhoging is met name het gevolg van de volgende mutaties:
– een verhoging van € 32,7 miljoen als gevolg van het afschaffen van de langstudeerdersmaatregel overeenkomstig het Deelakkoord begroting 2013. Omdat de afschaffing van de maatregel al in 2012 financiële consequenties heeft voor de universiteiten en hogescholen wordt reeds in 2012 een bedrag beschikbaar gesteld. Het gaat in totaal om € 62 miljoen, waarvan € 32,7 miljoen voor de hogescholen. Het deel dat betrekking heeft op het groen hbo (en is overgeboekt naar het ministerie van EL&I) bedraagt € 0,7 miljoen;
– een bijstelling van € 10,2 miljoen voor de loonontwikkeling (werkgeverslasten tranche 2012) en de compensatie voor de maatregelen met betrekking tot de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering;
– een bijstelling van € 14,2 miljoen voor de prijsontwikkeling 2012;
– een kasschuif van -€ 2 miljoen vanwege de aanpassing van de periode waarin de middelen beschikbaar worden gesteld voor het verbeteren van de landelijke praktijk van toetsing;
– toevoeging van een bedrag van € 4,7 miljoen voor de dekking van specifieke (incidentele) knelpunten; en
– toevoeging van een bedrag van € 3,9 miljoen. Deze verhoging betreft een desaldering die verband houdt met terugvorderingen in 2012. De teruggevorderde middelen worden toegevoegd aan het macrokader van het hbo.
Omdat een groot deel van bovengenoemde mutaties een effect heeft op de rijksbijdrage van de hogescholen, is onderstaand een geactualiseerd overzicht opgenomen (zie ook de 1e suppletoire begroting 2012; Kamerstuk 33 280 VIII, nr. 2, blz. 12).
Onderwijsdeel |
2 410 449 |
Deel ontwerp en ontwikkeling (Lectoren en kenniskringen) |
68 605 |
Totaal |
2 479 054 |
Ontvangsten
• Het ontvangstenbudget wordt met € 3,9 miljoen verhoogd. Deze verhoging betreft een desaldering die verband houdt met terugvorderingen in 2012. De teruggevorderde middelen worden toegevoegd aan het macrokader van het hbo.
Artikel 7. Wetenschappelijk onderwijs
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
3 909 380 |
3 811 249 |
161 559 |
3 972 808 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
3 894 034 |
3 872 661 |
110 836 |
3 983 497 |
|
• |
Reguliere bekostiging |
3 862 491 |
3 841 118 |
110 836 |
3 951 954 |
• |
Profilering |
0 |
0 |
0 |
|
• |
Toponderzoeksscholen voor topsectoren en «grand challenges' |
20 000 |
20 000 |
20 000 |
|
• |
Excellentie in onderwijs: binnen- en buitenlands talent (Sirius Programma) |
11 543 |
11 543 |
11 543 |
|
Ontvangsten |
16 |
16 |
|
16 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor het instrument Reguliere bekostiging wordt met € 110,8 miljoen verhoogd. Deze verhoging is met name het gevolg van de volgende mutaties:
– een verhoging van € 29,3 miljoen als gevolg van het afschaffen van de langstudeerdersmaatregel overeenkomstig het Deelakkoord begroting 2013. Omdat de afschaffing van de maatregel al in 2012 financiële consequenties heeft voor de universiteiten en hogescholen wordt reeds in 2012 een bedrag beschikbaar gesteld. Het gaat in totaal om € 62 miljoen, waarvan € 29,3 miljoen voor de universiteiten. Het deel dat betrekking heeft op het groen wo (en is overgeboekt naar het ministerie van EL&I) bedraagt € 0,9 miljoen;
– een bijstelling van € 15,5 miljoen voor de loonontwikkeling (werkgeverslasten tranche 2012) en de compensatie voor de maatregelen met betrekking tot de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering;
– een overboeking van € 6,3 miljoen door het ministerie van VWS van de loonbijstellingen 2012 betreffende de sector academische ziekenhuizen;
– een bijstelling van € 28,2 miljoen voor de prijsontwikkeling 2012;
– een bijstelling van € 26,1 miljoen in verband met een beroepszaak van de Technische Universiteit Delft. De Rechtbank Den Haag heeft het beroep van deze universiteit over de terugvordering van een bedrag van € 25,0 miljoen (inclusief wettelijke rente € 26,1 miljoen) door het ministerie van OCW, welke verband houdt met de brand gebouw faculteit bouwkunde in 2008, gegrond verklaard; en
– toevoeging van een bedrag van € 5,9 miljoen voor de dekking van specifieke (incidentele) knelpunten.
Omdat een groot deel van bovengenoemde mutaties een effect heeft op de rijksbijdrage van de universiteiten, is onderstaand een geactualiseerd overzicht opgenomen (zie ook de 1e suppletoire begroting 2012; Kamerstuk 33 280 VIII, nr. 2, blz. 14).
Onderwijsdeel |
1 616 492 |
Onderzoekdeel |
1 686 967 |
Academische ziekenhuizen |
581 042 |
Totaal |
3 884 501 |
Artikel 8. Internationaal beleid
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
7 960 |
7 143 |
211 |
7 354 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
16 890 |
16 890 |
211 |
17 101 |
|
• |
Mobiliteitsprogramma's Europees Platform en Fulbright Center |
5 730 |
5 730 |
89 |
5 819 |
• |
EU-programma Leven Lang Leren |
1 731 |
1 731 |
17 |
1 748 |
• |
Bilaterale samenwerking met andere landen |
1 596 |
1 630 |
11 |
1 641 |
• |
Programma's Agentschap NL |
1 168 |
1 168 |
1 168 |
|
• |
OCW-vertegenwoordiging in het buitenland |
2 551 |
2 551 |
98 |
2 649 |
• |
Participeren in multilaterale organisaties |
3 459 |
3 459 |
– 139 |
3 320 |
• |
Stimuleren van internationale uitwisseling van kennis en cultuur, beleidsonderzoek en benchmarking |
655 |
621 |
135 |
756 |
• |
Het integreren van de BES-eilanden in Nederland |
0 |
0 |
0 |
|
Ontvangsten |
99 |
99 |
|
99 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven.
Artikel 9. Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
426 396 |
314 875 |
– 36 215 |
278 660 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
426 396 |
314 875 |
– 36 215 |
278 660 |
|
• |
De kwaliteit van de leraar en schoolleider wordt duurzaam geborgd |
185 435 |
121 164 |
4 833 |
125 997 |
• |
Naar professionele scholen, met ruimte voor goed onderwijspersoneel |
162 412 |
116 013 |
– 11 945 |
104 068 |
• |
Er komen voldoende en goed opgeleide leraren |
50 500 |
51 232 |
– 29 135 |
22 097 |
• |
Overig |
21 773 |
20 190 |
– 30 |
20 160 |
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
6 276 |
6 276 |
62 |
6 338 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
4 100 |
4 100 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor De kwaliteit van de leraar en schoolleider wordt duurzaam geborgd wordt per saldo met € 4,8 miljoen verhoogd in verband met:
– het ter beschikking stellen van extra middelen (€ 7 miljoen) in het mbo voor het realiseren van de verdere professionalisering van medewerkers;
– het overboeken naar artikel 1 (po) van het aandeel artikel 9 (€ 2,2 miljoen) in de subsidie School aan Zet ten behoeve van de begeleiding/ondersteuning van de instellingen voor po en vo bij de professionalisering van hun onderwijspersoneel en de borging ervan.
• Het budget voor Naar professionele scholen, met ruimte voor goed onderwijspersoneel wordt per saldo met € 11,9 miljoen verlaagd als gevolg van:
– het niet tot uitkering komen van een deel van de middelen 2012 voor prestatiebeloning in het onderwijs (€ 8 miljoen);
– onderuitputting van € 6 miljoen op het budget experimenten «Actieplan LeerKracht», dit omdat diverse projecten later zijn gestart/aangevraagd danwel eerst in 2013 worden ingezet;
– de uitdeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2012 (€ 2,1 miljoen).
• Het budget voor Er komen voldoende en goed opgeleide leraren wordt met € 29,1 miljoen verlaagd in verband met:
– onderuitputting van € 9,6 miljoen op het budget «Kwaliteitsagenda voor Leraren», dit omdat diverse projecten later zijn gestart/aangevraagd danwel eerst in 2013 worden ingezet;
– het feit dat op de «regeling tegemoetkoming kosten opleidingsscholen» zich een meevaller voordoet van € 2,4 miljoen omdat het aantal studenten op de betreffende scholen nog niet het maximum heeft bereikt;
– een intertemporele compensatie van € 16 miljoen om het budget «aansluiting Pabo’s/lerarenopleidingen en schoolbesturen» voor de jaren 2012 tot en met 2016 in overeenstemming te brengen met de beoogde uitgaven;
– het overboeken naar de artikelen 1 (po) en 3 (vo) van het aandeel artikel 9 (€ 1,1 miljoen) in de middelen voor het onderwijs op Caribisch Nederland.
Ontvangsten
• Het ontvangstenbudget is met € 4,1 miljoen verhoogd. Deze verhoging is het gevolg van de volgende mutaties:
– door leraren terugbetaalde lerarenbeurzen (€ 3,9 miljoen) als gevolg van het voortijdig stoppen met hun opleiding;
– door ontvangsten (€ 0,2 miljoen) op het afrekenen van in voorgaande jaren verstrekte projectsubsidies.
Artikel 11. Studiefinanciering
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
3 746 891 |
3 667 390 |
156 174 |
3 823 564 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
3 746 891 |
3 667 390 |
156 174 |
3 823 564 |
|
|
|||||
Basisbeurs |
1 266 547 |
1 166 354 |
41 000 |
1 207 354 |
|
• |
Gift (R) |
1 021 900 |
952 708 |
– 27 000 |
925 708 |
• |
Prestatiebeurs (NR) |
244 647 |
213 646 |
68 000 |
281 646 |
Aanvullende beurs |
671 230 |
611 422 |
– 14 000 |
597 422 |
|
• |
Gift (R) |
514 517 |
516 196 |
– 18 000 |
498 196 |
• |
Prestatiebeurs (NR) |
156 714 |
95 226 |
4 000 |
99 226 |
Reisvoorziening |
196 608 |
147 679 |
150 490 |
298 169 |
|
• |
Bijdragen aan vervoersbedrijven (R) |
374 318 |
367 474 |
180 490 |
547 964 |
• |
Gift (R) |
520 583 |
504 426 |
– 10 000 |
494 426 |
• |
Prestatiebeurs (R) |
– 698 294 |
– 724 222 |
– 20 000 |
– 744 222 |
Leenvoorzieningen |
1 463 482 |
1 487 573 |
– 60 801 |
1 426 772 |
|
• |
Rentedragende lening (NR) |
1 277 663 |
1 306 703 |
– 9 152 |
1 297 551 |
• |
Collegegeldkrediet (NR) |
185 819 |
180 870 |
– 51 649 |
129 221 |
Overige uitgaven |
60 596 |
154 944 |
28 000 |
182 944 |
|
• |
Overige uitgaven relevant |
88 753 |
103 595 |
0 |
103 595 |
• |
Overige uitgaven niet-relevant |
– 28 157 |
51 349 |
28 000 |
79 349 |
Programma-uitgaven overig |
88 428 |
99 418 |
11 485 |
110 903 |
|
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO (R) |
88 428 |
99 418 |
11 485 |
110 903 |
Totaal programma-uitgaven |
3 746 891 |
3 667 390 |
156 174 |
3 823 564 |
|
• |
Waarvan relevant |
1 910 206 |
1 819 596 |
116 975 |
1 936 571 |
• |
Waarvan niet-relevant |
1 836 685 |
1 847 794 |
39 199 |
1 886 993 |
Ontvangsten |
755 386 |
717 405 |
– 20 000 |
697 405 |
|
Terugbetaling leningen |
|||||
• |
Terugontvangsten hoofdsom (NR) |
414 046 |
385 373 |
– 5 000 |
380 373 |
• |
Ontvangsten rente en relevante hoofdsom (R) |
277 345 |
260 157 |
– 20 000 |
240 157 |
• |
Kortlopende vorderingen (R) |
63 995 |
71 875 |
5 000 |
76 875 |
Totaal ontvangsten |
755 386 |
717 405 |
– 20 000 |
697 405 |
|
• |
Waarvan relevant |
341 340 |
332 032 |
– 15 000 |
317 032 |
• |
Waarvan niet-relevant |
414 046 |
385 373 |
– 5 000 |
380 373 |
Toelichting: R = relevant, NR = niet-relevant
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor de basisbeurs wordt met € 41,0 miljoen verhoogd:
– de relevante basisbeursuitgaven worden met € 27,0 miljoen verlaagd. Er zijn minder bol’ers in het giftregime dan geraamd (- € 22,0 miljoen). De referentieraming liet een stijgende trend zien. Deze stijging doet zich niet voor in de realisaties bij de bol niveau 1 en 2. Daar daalt het aantal studerenden met basisbeurs. Daarnaast is er minder prestatiebeurs omgezet in gift (- € 5,0 miljoen).
– de niet-relevante uitgaven basisbeurs vallen € 68,0 miljoen hoger uit. Omdat er minder prestatiebeurs is omgezet in gift dan geraamd, ontstaat het begrotingseffect van meer niet-relevante uitgaven. Verder is er meer basisbeurs toegekend dan geraamd.
• Het budget voor de aanvullende beurs wordt met € 14,0 miljoen verlaagd:
– de relevante aanvullende beursuitgaven worden met € 18,0 miljoen verlaagd. Het aantal bol’ers in het giftregime is lager dan geraamd (- € 13,0 miljoen) en er zijn minder omzettingen van prestatiebeurs in gift (- € 5,0 miljoen);
– de niet-relevante uitgaven aanvullende beurs vallen € 4,0 miljoen hoger uit.
• Het budget voor de reisvoorziening wordt per saldo met € 150,5 miljoen verhoogd:
– Dit betreft een mutatie van € 171,5 miljoen, omdat een deel van de verplichtingen 2013 aan de vervoersbedrijven in 2012 wordt voldaan;
– Een verhoging van het budget met € 9,0 miljoen vindt plaats als gevolg van prijsbijstelling 2012;
– Er wordt in 2012 naar verwachting € 10,0 miljoen minder aan reisvoorziening (onderdeel prestatiebeurs) omgezet in gift;
– Voor de reisvoorziening wordt in 2012 € 20,0 miljoen meer aan prestatiebeurs toegekend dan geraamd (voornamelijk in het hoger onderwijs), wat eveneens leidt tot minder kaderrelevante uitgaven. Daarnaast wordt deze meevaller veroorzaakt doordat de beperking van de reisvoorziening voor studenten in het hoger onderwijs niet per 1 september 2012 maar per 1 januari 2013 effectief wordt.
• Het budget voor leenvoorzieningen wordt met totaal € 60,8 miljoen verlaagd. Met name vanwege de vrijval van het langstudeerderskrediet wordt minder dan geraamd gebruik gemaakt van het collegegeldkrediet.
• Het budget voor overige uitgaven wordt met € 28,0 miljoen verhoogd. Dit betreft een technische mutatie als gevolg van de relevante meevallers in 2012 bij de basis- en aanvullende beurs.
• Het budget voor programma-uitgaven overig wordt met € 11,5 miljoen verhoogd. Deze mutatie betreft voor het grootste deel een verhoging met € 10,0 miljoen van het budget 2012 voor het Programma Vernieuwing Studiefinanciering (PVS) van DUO om de volgende programmafase te bekostigen.
Ontvangsten
• Het budget terugbetaling leningen wordt met totaal € 20,0 miljoen verlaagd. Dit is het saldo van meerdere mutaties:
– er zijn € 20,0 miljoen lagere relevante rente-ontvangsten, hoofdzakelijk door minder spontane/extra ontvangsten dan geraamd;
– er is € 5,0 miljoen minder terugbetaald op de hoofdsom van uitstaande leningen;
– de kortlopende ontvangsten vallen € 5,0 miljoen hoger uit dan geraamd.
Artikel 12. Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
129 624 |
124 562 |
– 4 828 |
119 734 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
129 624 |
124 562 |
– 4 828 |
119 734 |
|
• |
TS 17- |
32 134 |
32 872 |
– 5 000 |
27 872 |
• |
TS 18+ |
8 975 |
6 952 |
6 952 |
|
• |
VO 18+ |
71 106 |
67 295 |
67 295 |
|
Waarvan relevant |
69 470 |
65 436 |
0 |
65 436 |
|
Waarvan niet-relevant |
1 636 |
1 859 |
0 |
1 859 |
|
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
17 409 |
17 443 |
172 |
17 615 |
Ontvangsten |
13 847 |
6 393 |
0 |
6 393 |
|
• |
TS 17- |
1 470 |
1 324 |
0 |
1 324 |
• |
TS 18+ |
1 388 |
935 |
0 |
935 |
• |
VO 18+ |
10 989 |
4 134 |
0 |
4 134 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder wordt de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
Het budget van de WTOS TS 17- wordt met € 5,0 miljoen verlaagd. Er wordt minder gebruik gemaakt van de regeling tegemoetkoming schoolkosten (vooral gebruikt door minderjarige deelnemers bol) dan verwacht.
Artikel 13. Lesgelden
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
6 837 |
6 895 |
68 |
6 963 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
6 837 |
6 895 |
68 |
6 963 |
|
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
6 837 |
6 895 |
68 |
6 963 |
Ontvangsten |
225 549 |
214 637 |
0 |
214 637 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven.
Artikel 14. Cultuur
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
2 782 771 |
2 781 008 |
37 787 |
2 818 795 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
634 000 |
634 000 |
0 |
634 000 |
|
Totale uitgaven |
895 631 |
893 868 |
37 787 |
931 655 |
|
Programma-uitgaven |
855 516 |
855 204 |
33 682 |
888 886 |
|
waarvan Cultuursubsidies 2009–2012 |
562 337 |
562 337 |
2 917 |
565 254 |
|
Kunsten |
434 096 |
427 125 |
50 465 |
477 590 |
|
Cultuursubsidies 2009–2012 |
382 813 |
382 813 |
1 087 |
383 900 |
|
4-jarig |
85 740 |
85 740 |
1 069 |
86 809 |
|
• |
producerend |
65 836 |
65 836 |
850 |
66 686 |
• |
niet producerend |
19 904 |
19 904 |
219 |
20 123 |
Langjarig |
140 470 |
140 470 |
460 |
140 930 |
|
• |
producerend |
110 249 |
110 249 |
956 |
111 205 |
• |
niet producerend |
30 221 |
30 221 |
– 496 |
29 725 |
Fondsen |
156 603 |
156 603 |
– 442 |
156 161 |
|
Subsidies |
51 283 |
44 312 |
49 378 |
93 690 |
|
Verbreden inzet Cultuur |
20 383 |
12 938 |
1 679 |
14 617 |
|
Internationaal Cultuurbeleid (incl. HGIS) |
4 666 |
5 666 |
1 676 |
7 342 |
|
Overig Kunsten |
26 234 |
25 708 |
423 |
26 131 |
|
Frictie- en transitiekosten |
0 |
0 |
45 600 |
45 600 |
|
Letteren en Bibliotheken |
77 523 |
79 103 |
– 229 |
78 874 |
|
Cultuursubsidies 2009–2012 |
26 188 |
26 188 |
333 |
26 521 |
|
4-jarig |
6 635 |
6 635 |
83 |
6 718 |
|
• |
producerend |
2 652 |
2 652 |
33 |
2 685 |
• |
niet producerend |
3 983 |
3 983 |
50 |
4 033 |
Langjarig |
9 472 |
9 472 |
123 |
9 595 |
|
• |
producerend |
2 899 |
2 899 |
41 |
2 940 |
• |
niet producerend |
6 573 |
6 573 |
82 |
6 655 |
Fondsen |
10 081 |
10 081 |
127 |
10 208 |
|
Subsidies |
51 335 |
52 915 |
-562 |
52 353 |
|
Verbreden inzet Cultuur |
1 078 |
1 078 |
1 078 |
||
Beelden voor de toekomst |
8 135 |
8 135 |
8 135 |
||
Bibliotheekvernieuwing |
18 093 |
18 093 |
35 |
18 128 |
|
Leesvoorziening leesgehandicapten |
11 100 |
11 100 |
140 |
11 240 |
|
Programma leesbevordering |
2 934 |
2 934 |
2 934 |
||
Creatieve Industrie |
2 445 |
2 445 |
2 445 |
||
Internationaal Cultuurbeleid (HGIS) |
506 |
506 |
506 |
||
Overig Letteren en Bibliotheken |
7 044 |
8 624 |
– 737 |
7 887 |
|
Cultureel Erfgoed |
323 132 |
325 384 |
– 19 320 |
306 064 |
|
Cultuursubsidies 2009–2012 |
153 336 |
153 336 |
1 497 |
154 833 |
|
4-jarig |
2 817 |
2 817 |
48 |
2 865 |
|
• |
producerend |
655 |
655 |
12 |
667 |
• |
niet producerend |
2 162 |
2 162 |
36 |
2 198 |
Langjarig |
150 519 |
150 519 |
1 449 |
151 968 |
|
• |
producerend |
150 519 |
150 519 |
1 449 |
151 968 |
• |
niet producerend |
0 |
0 |
0 |
|
Subsidies |
144 832 |
147 084 |
-20 505 |
126 579 |
|
Verbreden inzet Cultuur |
389 |
1 474 |
573 |
2 047 |
|
Musea: huisvesting |
16 626 |
16 202 |
– 38 |
16 164 |
|
Musea: buiten Cultuursubsidies 2009–2012 |
9 045 |
12 445 |
12 445 |
||
Erfgoed en Ruimte |
0 |
0 |
0 |
||
Monumenten |
109 627 |
109 627 |
– 20 000 |
89 627 |
|
Archeologie |
1 674 |
1 674 |
– 107 |
1 567 |
|
Projecten en internationale verplichtingen |
7 471 |
5 662 |
– 933 |
4 729 |
|
Overdrachten |
24 964 |
24 964 |
-312 |
24 652 |
|
Archieven |
24 964 |
24 964 |
– 312 |
24 652 |
|
Bijdrage aan baten/lastendiensten |
20 765 |
23 592 |
2 766 |
26 358 |
|
Nationaal Archief |
20 765 |
23 592 |
2 766 |
26 358 |
|
Overig |
40 115 |
38 664 |
4 105 |
42 769 |
|
Rijksdienst Cultureel Erfgoed |
40 115 |
38 664 |
4 105 |
42 769 |
|
Ontvangsten |
494 |
5 086 |
1 645 |
6 731 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• De Cultuursubsidies 2009–2012 worden per saldo met € 2,9 miljoen verhoogd met loonindexatie 2012 en prijsbijstelling 2012 voor de huisvestingscomponent van musea waarvan de gebouwen eigendom zijn van de Rijksgebouwendienst (RGD).
• Het budget voor Frictie- en transitiekosten wordt met € 45,6 miljoen verhoogd in verband met het versneld betalen van frictiekosten als gevolg van de afbouw Cultuursubsidies. Dit is bedoeld voor instellingen waarvan de subsidie met ingang van januari 2013 geheel of gedeeltelijk wordt beëindigd en die derhalve nu al bezig zijn met het ontmantelen van hun organisatie.
• Het budget voor Monumentenzorg wordt met € 20 miljoen verlaagd. De verlaging betreft een overboeking naar het Provinciefonds voor de restauratie van monumenten.
• Het budget voor het Nationaal Archief wordt met € 2,7 miljoen verhoogd als gevolg van een bijdrage van andere departementen ten behoeve van de uitvoering van het masterplan Concentratie Archiefdepot.
• Het budget voor de Rijksdienst Cultureel Erfgoed wordt met € 4,1 miljoen verhoogd ten behoeve van de volgende onderdelen:
– het Gemeenschappelijk Cultureel Erfgoed;
– de Nieuwe Hollandse Waterlinie;
– het actualiseren van het Archeologiebeleid; en
– het verbeteren van het Monumenten Uitvoeringssysteem.
Artikel 15. Media
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
916 532 |
916 542 |
32 497 |
949 039 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
915 954 |
915 964 |
32 497 |
948 461 |
|
• |
Publieke omroep |
891 511 |
891 511 |
32 342 |
923 853 |
• |
Pers en journalistieke producties |
2 300 |
2 300 |
2 300 |
|
• |
Bewust mediagebruik |
2 000 |
2 000 |
2 000 |
|
• |
Stimuleringsfonds Nederlandse culturele mediaproducties |
17 922 |
17 922 |
17 922 |
|
• |
Overige uitgaven (geen Mediawet) |
2 325 |
2 335 |
51 |
2 386 |
• |
Overige uitgaven (taakstelling Regeerakkoord) |
– 104 |
– 104 |
104 |
0 |
Ontvangsten |
197 500 |
197 510 |
18 000 |
215 510 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• De hogere uitgaven en verplichtingen worden grotendeels veroorzaakt door enerzijds de uitkering van de wettelijke prijsindex van € 14,5 miljoen en anderzijds hogere uitgaven van € 18,0 miljoen als gevolg van een hogere raming van de reclameontvangsten.
Ontvangsten
• De hogere ontvangsten betreffen een hogere raming van de reclameontvangsten.
Artikel 16 Onderzoek en wetenschapsbeleid
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
829 971 |
839 873 |
48 398 |
888 271 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
894 029 |
900 656 |
34 552 |
935 208 |
|
• |
NWO |
312 706 |
312 719 |
14 106 |
326 825 |
• |
KNAW |
93 439 |
93 451 |
865 |
94 316 |
• |
Koninklijke Bibliotheek (KB) |
46 336 |
46 411 |
7 180 |
53 591 |
• |
LF TUD bibliotheek |
7 654 |
7 654 |
80 |
7 734 |
• |
SURF |
7 545 |
7 545 |
77 |
7 622 |
• |
CPG |
518 |
518 |
2 |
520 |
• |
Montesquieu Instituut |
1 071 |
1 071 |
11 |
1 082 |
• |
Max Planck Instituut |
1 606 |
1 606 |
16 |
1 622 |
• |
NCB |
5 289 |
5 289 |
54 |
5 343 |
• |
BPRC/ Stichting AAP |
9 653 |
10 353 |
57 |
10 410 |
• |
Nationaal Herbarium |
1 129 |
1 129 |
12 |
1 141 |
• |
STT |
234 |
234 |
2 |
236 |
• |
EMBC |
740 |
740 |
12 |
752 |
• |
EMBL |
4 380 |
4 380 |
100 |
4 480 |
• |
ESA |
30 153 |
30 153 |
– 100 |
30 053 |
• |
CERN |
36 254 |
35 567 |
5 738 |
41 305 |
• |
ESO |
7 100 |
7 100 |
7 182 |
14 282 |
• |
NEMO |
3 388 |
3 388 |
238 |
3 626 |
• |
Nationaal Contactpunt Kaderprogramma (v/h EG-Liaison) |
459 |
459 |
0 |
459 |
• |
NTU/INL |
3 190 |
3 190 |
0 |
3 190 |
• |
EIB |
1 302 |
1 302 |
14 |
1 316 |
• |
Nationale coördinatie |
6 389 |
6 278 |
407 |
6 685 |
• |
Bilaterale samenwerking |
4 383 |
4 383 |
0 |
4 383 |
• |
Weerstandsverhoging onderzoekinstellingen (CBRN) |
2 000 |
2 000 |
0 |
2 000 |
• |
Grootschalige researchfaciliteiten |
1 830 |
1 830 |
0 |
1 830 |
• |
SURFnet |
7 200 |
7 200 |
0 |
7 200 |
• |
NCB |
6 900 |
6 900 |
0 |
6 900 |
• |
Hersenen en Cognitie |
3 900 |
3 900 |
0 |
3 900 |
• |
Genomics |
44 000 |
44 000 |
0 |
44 000 |
• |
Valorisatie |
2 500 |
2 500 |
– 2 500 |
0 |
• |
Kust- en zeeonderzoek |
2 500 |
2 500 |
0 |
2 500 |
• |
Grootschalige research infrastructuur |
56 000 |
61 950 |
0 |
61 950 |
• |
STW |
10 000 |
10 000 |
0 |
10 000 |
• |
Poolonderzoek |
1 500 |
2 200 |
792 |
2 992 |
• |
Gezondheidsonderzoek |
1 500 |
1 500 |
0 |
1 500 |
• |
VI-Talentenontwikkeling |
168 481 |
168 481 |
0 |
168 481 |
• |
Nader te verdelen |
506 |
481 |
204 |
685 |
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
294 |
294 |
3 |
297 |
Ontvangsten |
101 |
101 |
0 |
101 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Uitgaven
Toelichting per instrument
• Het budget voor NWO wordt met € 14,1 miljoen verhoogd voor onder meer het nakomen van een internationale (contribute)verplichtingen aan de internationale onderzoeksfaciliteiten en in het kader van het «Masterplan Toekomst Wiskunde» een eenmalige bijdrage van € 4,0 miljoen voor het continueren van het national toponderzoek en het academisch onderwijs door de wiskundeclusters.
• Het budget voor de Koninklijke Bibliotheek (KB) wordt met € 7,2 verhoogd voor onder meer het verbeteren van de brandveiligheid bij de KB (€ 5,0 miljoen) en voor de frictiekosten in verband met de samenwerking van de KB en het Nationaal Archief (€ 1,5 miljoen).
• Het budget van CERN wordt met € 5,7 miljoen verhoogd in verband met de tegenvallende wisselkoers van de Zwitserse Franc.
• Het budget van ESO wordt met € 7,2 miljoen verhoogd in verband met een eenmalige bijdrage aan de Extremely Large Telescope.
• Het budget Valorisatie wordt met € 2,5 miljoen verlaagd in verband met een overboeking van dit budget naar het Ministerie van EL&I.
Artikel 25. Emancipatie
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
14 554 |
11 371 |
4 254 |
15 625 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
16 630 |
15 364 |
– 426 |
14 938 |
|
• |
Emancipatie |
10 967 |
9 280 |
– 443 |
8 837 |
• |
Homo-emancipatie |
5 513 |
5 934 |
16 |
5 950 |
• |
Uitvoeringsorganisatie DUO |
150 |
150 |
1 |
151 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
0 |
0 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven.
Artikel 91
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
0 |
391 601 |
– 391 601 |
0 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
0 |
391 601 |
– 391 601 |
0 |
|
• |
Loonbijstelling |
0 |
110 914 |
– 110 914 |
0 |
• |
Prijsbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
• |
Nader te verdelen |
0 |
280 687 |
– 280 687 |
0 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
0 |
0 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven. Hieronder wordt de verdeling van de loon- en prijsbijstelling weergegeven en wordt de verlaging van het budget Nader te verdelen toegelicht.
Art.nr. |
Omschrijving |
Loonbijstelling |
Prijsbijstelling |
---|---|---|---|
1 |
Primair onderwijs |
35 225 |
27 895 |
3 |
Voortgezet onderwijs |
28 431 |
24 819 |
4 |
Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie |
13 490 |
24 546 |
6 |
Hoger beroepsonderwijs |
10 216 |
14 359 |
7 |
Wetenschappelijk onderwijs |
15 523 |
28 180 |
8 |
Internationaal beleid |
29 |
182 |
9 |
Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid |
1 702 |
415 |
11 |
Studiefinanciering |
167 |
9 718 |
12 |
Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten |
33 |
139 |
13 |
Lesgelden |
13 |
55 |
14 |
Cultuur |
3 039 |
7 363 |
15 |
Media |
9 |
14 488 |
16 |
Onderzoek en wetenschapsbeleid |
2 454 |
6 482 |
25 |
Emancipatie |
35 |
237 |
91 |
Nominaal & onvoorzien |
0 |
– 724 |
92/93/94 |
Apparaatskosten |
548 |
1 540 |
Totaal van de verdeling |
110 914 |
159 694 |
|
Nog niet verdeeld |
0 |
0 |
Toelichting
• Het totaal van de loonbijstelling (€ 110,9 miljoen) is bij de Voorjaarsnota aan de OCW begroting toegewezen. Het betreft de vergoeding voor de ontwikkeling in de sociale werkgeverslasten van in totaal € 97,2 miljoen voor 2012. Daarnaast krijgen de onderwijssectoren vo, bve, hbo en wo een specifieke compensatie van in totaal € 13,7 miljoen vanwege het nadeel dat ze ondervinden door de wijzigingen per 1 januari 2012 in de inkomensafhankelijke bijdrage (Iab) voor de zorgverzekeringswet. De loonbijstelling wordt in deze suppletoire begroting aan de loongevoelige begrotingsartikelen toegedeeld volgens bovenstaand overzicht.
• Het totaal van de prijsbijstelling (€ 159,7 miljoen) is aan de OCW begroting toegewezen. De prijsbijstelling wordt in deze suppletoire begroting aan de prijsgevoelige begrotingsartikelen toegedeeld volgens bovenstaand overzicht.
• Het budget Nader te verdelen, bestaande uit de eindejaarmarge 2011/2012 en de meevallers als gevolg van de doorwerking van de lagere leerlingenaantallen en de raming studiefinanciering, wordt in totaal met € 280,7 miljoen verlaagd. Dit budget is ingezet ter dekking van een deel van de departementale taakstelling uit het Begrotingsakkoord 2013 (€ 171,5 miljoen) en aantal OCW specifieke knelpunten (€ 110,8 miljoen). Het gaat daarbij onder meer om de kosten die de Koninklijke Bibliotheek moet maken als gevolg van de aangescherpte regeling brandveiligheid en asbestverwijdering, een tegenvaller bij CERN in verband met de wisselkoers van de Zwitserse franc en een bijdrage aan het reddingsplan van de Amarantis onderwijsgroep.
Artikel 92. Apparaat Kerndepartement
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
143 920 |
151 482 |
442 |
151 924 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
143 920 |
151 482 |
442 |
151 924 |
|
Ontvangsten |
567 |
567 |
0 |
567 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven.
Artikel 93. Inspecties
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
60 948 |
63 927 |
765 |
64 692 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
60 948 |
63 927 |
765 |
64 692 |
|
• |
Inspectie van het Onderwijs |
58 231 |
61 149 |
324 |
61 473 |
• |
Erfgoedinspectie |
2 717 |
2 778 |
441 |
3 219 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
0 |
0 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven.
Artikel 94. Adviesraden
Budgettaire gevolgen van beleid
Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting 2012 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2012 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2012 (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2012 (4)=(2+3) |
||
---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
5 967 |
6 757 |
92 |
6 849 |
|
Waarvan garantieverplichtingen |
|||||
Uitgaven |
5 967 |
6 757 |
92 |
6 849 |
|
• |
Onderwijsraad |
2 398 |
2 398 |
24 |
2 422 |
• |
Raad voor Cultuur |
2 849 |
2 920 |
61 |
2 981 |
• |
Adviesraad voor Wetenschaps- en Technologiebeleid |
720 |
1 439 |
7 |
1 446 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
0 |
0 |
In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2012» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2012» weergegeven.