Ontvangen 9 november 2012
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Artikel VIII komt te luiden:
In de Successiewet 1956 wordt artikel 33 als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel 5° wordt «35 jaar» vervangen door: 40 jaar.
2. In onderdeel 6°, aanhef, wordt «35 jaar» vervangen door: 40 jaar.
3. In onderdeel 6°, onder b, wordt «het bedrag is geschonken ter zake van de verwerving van een eigen woning als bedoeld in artikel 3111, eerste of derde lid, van de Wet inkomstenbelasting 2011» vervangen door: een eigen woning als bedoeld in artikel 3111, eerste of derde lid van de Wet inkomstenbelasting 2001 is geschonken of een bedrag is geschonken ter zake van de verwerving van een zodanige eigen woning.
Dit amendement past de leeftijdsbegrenzing van de eenmalige verhoogde vrijstelling in de schenkingsbelasting aan van 18–35 jaar naar 18–40. De budgettaire gevolgen van deze aanpassing zijn beperkt omdat het aantal relaties waarbinnen de schenking kan plaatsvinden gelijk blijft en de vrijstelling een eenmalig karakter heeft. Dit amendement verruimt mogelijkheden voor financiering van de eigen woning en kan daarmee ook de doorstroming op de woningmarkt bevorderen. Verder daalt hierdoor de hypotheekrenteaftrek en de daarbij behorende belastinguitgave.
De wijziging wordt geregeld via artikel VIII, eerste lid. Ingevolge het tweede lid geldt de verhoging van de leeftijdsgrens ook voor een aanvullende schenking ten behoeve van de eigen woning ingeval al voor 2010 gebruik is gemaakt van de eenmalig verhoogde vrijstelling onder de tot 2010 geldende voorwaarden. Het derde lid van het amendement bevat de huidige inhoud van artikel VIII van het wetsvoorstel.
Schouten Omtzigt