Voorgesteld 6 december 2012
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het College voor zorgverzekeringen (CVZ) op onafhankelijke wijze dient te adviseren aan de regering en de Staten-Generaal;
constaterende dat het vervullen van een lidmaatschap van de Raad van State niet verenigbaar is met een lidmaatschap van de Eerste dan wel Tweede Kamer;
overwegende dat het adviseren over de samenstelling van het basispakket in de Zorgverzekeringswet een politiek zeer gevoelig onderwerp betreft;
constaterende dat de minister bewust een actieve politicus uit de Staten-Generaal heeft benoemd in de Adviescommissie Pakket (ACP) van het CVZ, waardoor de onafhankelijkheid van de advisering van het CVZ ter discussie kan komen te staan;
spreekt uit dat het onwenselijk is dat leden van de Eerste dan wel Tweede Kamer zitting nemen in de Adviescommissie Pakket van het CVZ,
en gaat over tot de orde van de dag.
Leijten
Van Gerven