Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2013
Tijdens het algemeen overleg Personeel van 13 juni jl. heeft het lid Hachchi de Kaderwet Dienstplicht aan de orde gesteld. Ik heb een reactie daarop toegezegd voor het zomerreces. Met deze brief voldoe ik aan deze toezegging.
In 1992 is besloten de Nederlandse krijgsmacht volledig uit vrijwillig dienend beroepspersoneel te laten bestaan. Hiertoe is in 1995 de Grondwet aangepast en is in 1997 de Kaderwet Dienstplicht ingevoerd onder gelijktijdige intrekking van de Dienstplichtwet. De Kaderwet Dienstplicht bepaalt dat mannelijke Nederlanders, in het jaar dat zij de leeftijd van 17 jaar bereiken, worden ingeschreven voor de dienstplicht door de gemeente waarin zij wonen. Zij ontvangen hiervan bericht door een brief van het Ministerie van Defensie met hun registratienummer. De Kaderwet Dienstplicht bepaalt tevens dat de opkomstplicht voor dienstplichtigen is opgeschort.
Het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens zondert de dienstplicht uit van het verbod op dwangarbeid. In een aantal Navo en EU-lidstaten geldt nog steeds – in verschillende vormen – een dienstplicht in combinatie met een opkomstplicht. Artikel 98 lid 2 van de Grondwet bepaalt dat de wet de verplichte militaire dienst, en de bevoegdheid tot opschorting van de oproeping in werkelijke dienst, regelt. Dit is de Kaderwet Dienstplicht. Intrekking van de Kaderwet Dienstplicht vergt dus tevens wijziging van de Grondwet.
De dienstplicht heeft nog steeds een functie. De Kaderwet Dienstplicht geeft de mogelijkheid tot opschorting van de opkomstplicht en dus ook tot intrekking van de opschorting. De memorie van toelichting noemt als voorbeeld van een aanleiding hiervoor een grootschalig conflict dat een directe bedreiging vormt voor Nederland en/of voor het Navo-verdragsgebied. Dit scenario is thans zeer onwaarschijnlijk maar op lange termijn niet uit te sluiten. Ik blijf het dan ook van belang vinden om onder onvoorziene omstandigheden de mogelijkheid te behouden de krijgsmacht met dienstplichtigen te kunnen versterken.
De Kaderwet Dienstplicht stelt dat alleen mannen vanaf de leeftijd van 17 jaar onder de dienstplicht vallen. Vrouwen zijn hier dus van uitgezonderd. Aangezien de opkomstplicht is opgeschort, zou aanpassing van de Kaderwet Dienstplicht louter symbolische betekenis hebben.
Uiteraard staat het uw Kamer vrij om een initiatief tot wetswijziging te ontplooien. In dat geval zal ik het initiatief voorzien van ambtelijke ondersteuning.
De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert