Ontvangen 15 juni 2015
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Na artikel 1.6 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Onze Minister draagt zorg voor de gunstige staat van instandhouding van de natuurlijke habitats, de habitats van soorten en de dier- en plantensoorten, genoemd in onderscheidenlijk de bijlagen I, II, IV en V bij de Habitatrichtlijn, en van de vogelsoorten, genoemd in bijlage I bij de Vogelrichtlijn, en de niet in die bijlage genoemde geregeld voorkomende trekvogelsoorten door het op grond van deze wet bevoegde gezag.
De Europese Habitatrichtlijn legt de lidstaten verplichtingen op die gericht zijn op het behouden of herstellen van een gunstige staat van instandhouding van zowel natuurlijke habitats als soorten. Zoals ook in de Nota naar aanleiding van het verslag is weergegeven door de regering, vertegenwoordigt het Rijk Nederland in internationaal verband en is het Rijk verantwoordelijk voor de nakoming van internationale verplichtingen door Nederland.
Dit amendement zorgt voor een heldere borging van de verplichtingen van het Rijk in de Wet Natuurbescherming. Het artikel dat indiener voorstelt sluit aan bij artikel 1.10 van het wetsvoorstel, waarin de verantwoordelijkheid van gedeputeerde staten van de provincies is neergelegd.
Ouwehand