Ontvangen 25 juni 2015
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Aan artikel 3.10 worden twee leden toegevoegd, luidende:
4. Het eerste lid en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen dieren en planten.
5. Een krachtens het vierde lid vastgestelde algemene maatregel van bestuur wordt aan de beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. Hij treedt in werking op een tijdstip dat nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken bij koninklijk besluit wordt vastgesteld, tenzij binnen die termijn door of namens een der kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend. Indien het voorstel van wet wordt ingetrokken of indien een van de beide kamers van de Staten-Generaal besluit het voorstel niet aan te nemen, wordt de algemene maatregel van bestuur ingetrokken.
Dit amendement creëert de mogelijkheid om per algemene maatregel van bestuur met zware nahang soorten toe te voegen.
Smaling