Voorgesteld 23 januari 2013
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat gemeenten, Koninklijke Marechaussee en Vreemdelingenpolitie het sterke vermoeden hebben dat op grote schaal door vreemdelingen wordt gefraudeerd met identiteiten en documenten;
overwegende dat gebleken is dat desondanks vrijwel nooit tot aangifte van deze fraude of strafrechtelijke vervolging van de fraudeplegers wordt overgegaan;
overwegende dat het onacceptabel is dat het plegen van fraude bij verblijfsaanvragen zonder consequenties blijft;
verzoekt de regering, te bewerkstelligen dat in alle gevallen aangifte wordt gedaan van fraude inzake verblijfsaanvragen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Fritsma