Nr. 56 MOTIE VAN HET LID STRAUS

Voorgesteld 20 februari 2014

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de beoordeling van de opbrengsten van onderwijs de resultaten van individuele leerlingen zijn;

constaterende dat op dit moment hiervoor in Nederland de prestatie van een leerling op een bepaald moment wordt gebruikt, het zogenaamde «bruto onderwijsresultaat»;

constaterende dat hier ook de leerwinst van een leerling voor gebruikt kan worden, waarbij wordt uitgegaan van een beginmeting en wordt gekeken hoeveel de leerling vooruit is gegaan tussen de beginmeting en de prestatie aan het eind, het zogenaamde «netto onderwijsresultaat»;

overwegende dat de regering hiervoor het project Leerwinst en toegevoegde waarde heeft geïnitieerd dat recent werd afgerond;

verzoekt de regering om, de resultaten van het project Leerwinst en toegevoegde waarde op korte termijn aan de kamer toe te sturen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Straus