Ontvangen 5 april 2012
De ondergetekende stelt het volgende subamendement voor:
In artikel, onderdeel C, wordt aan artikel 252a een lid toegevoegd, luidende:
6. Een overeenkomst tot wijziging van de huurprijs komt niet tot stand indien de huurder kan aantonen dat het huishoudinkomen in het kalenderjaar na het peiljaar lager is dan het in artikel 10 lid 2 van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte genoemde bedrag.
Het wetsvoorstel beoogt een huurverhoging boven inflatie mogelijk te maken indien het huishoudinkomen hoger is dan € 43 000 waarbij wordt uitgegaan van het huishoudinkomen zoals dat twee jaar voor de voorgestelde huurverhoging is bepaald. Het huishoudinkomen kan in de tussentijd echter fors gedaald zijn door bijvoorbeeld ontslag of scheiding. De indiener is van mening dat hiermee rekening moet worden gehouden.
Dit amendement regelt dat de huurprijs niet kan worden verhoogd door een verhuurder indien de huurder kan aantonen dat het huishoudinkomen in het jaar volgend op het peiljaar lager is dan € 43 000.
Lucassen