Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de Wet bestrijding ongevallen Noordzee wijziging behoeft ter implementatie van richtlijn 2011/15/EU van de Commissie van 23 februari 2011 tot wijziging van Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart (PbEU 2011, L 49);
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 5, derde lid, van de Wet bestrijding ongevallen Noordzee komt te luiden:
3. Aanwijzingen aan degenen die hulp verlenen aan een schip dat wordt gesleept onder een sleep- of bergingsovereenkomst, kunnen betrekking hebben op de in het tweede lid, onderdeel a of b, genoemde onderwerpen. Voor het overige kunnen aanwijzingen aan degenen die hulp verlenen aan een schip slechts een verbod tot het uitvoeren van overeengekomen hulpverlening of tot het voortzetten van reeds aangevangen hulpverlening inhouden.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Infrastructuur en Milieu,