Vastgesteld 9 juni 2011
De vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu1 heeft over het Rapport van de Algemene Rekenkamer bij het jaarverslag 2010 van het Infrastructuurfonds (Kamerstuk 32 710 A, nr. 2) de navolgende vragen ter beantwoording aan de regering voorgelegd.
Deze vragen, alsmede de daarop 8 juni 2011 gegeven antwoorden, zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie,
Snijder-Hazelhoff
Adjunct-griffier van de commissie,
Israel
1
Wat zijn de financiële gevolgen van de stopzetting van voeding vanuit het FES voor het Infrastructuurfonds?
Het besluit in het regeerakkoord om de niet belegde ruimte uit het FES terug te laten vloeien naar de algemene middelen, betekent dat FES-financiering is komen te vervallen voor de projecten waarvan financiering uit het FES was voorzien: Ring Utrecht, A10 Zuid-as (deels), As-Leiden Katwijk, A12 Zoetermeer–Zoetermeer Centrum, A12 Bypass Nootdorp, A4 Zone en een gedeelte van het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
2
Kunt u voorbeelden geven van problemen met de prestatiecontracten Rijkswaterstaat op het gebied van zowel het hoofdwegennet als het hoofdvaarwegennet?
Bij de interne controle van 8 prestatiecontracten «oude stijl», verdeeld over het hoofdwegennet als het hoofdvaarwegennet, bleek bij 4 contracten dat de rechtmatigheid niet gewaarborgd was gedurende een deel van het jaar. De problemen hadden betrekking op:
– een ontoereikend beheersingsplan of
– de documentatie van toetsen gaf onvoldoende inzicht in de prestatielevering door de opdrachtnemer of
– het niet of onvoldoende gedocumenteerd doorlopen van de tekortkomingsprocedure.
Daar waar mogelijk, zijn de onvolkomenheden gerepareerd. Daarnaast is, naar aanleiding van geconstateerde problemen, de contractbeheersing- strategie aangepast.
3
Waarom zijn er alleen problemen met de prestatiecontracten Rijkswaterstaat op het hoofdwegennet en het hoofdvaarwegennet?
De prestatiecontracten «oude stijl» worden alleen op deze netwerken toegepast.