Kamerstuk 32543-19

Inhoudelijke en financiƫle consequenties van de omvorming van het CAK

Dossier: Wijziging van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en enkele andere wetten, in verband met de instelling van het zelfstandig bestuursorgaan CAK


Nr. 19 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 maart 2012

Op 20 januari heeft de vaste commissie van VWS mij verzocht de inhoudelijke en financiële consequenties te duiden van de omvorming van het CAK, waarbij de commissie verwijst naar het door de Kamer aangenomen amendement Uitslag ter zake (32 543, nr. 16). Bij dezen voldoe ik, mede namens de minister van BZK, aan dit verzoek.

Ieder publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (zbo) is overheidswerkgever op grond van de Wet privatisering ABP (WPA). Omvorming tot een publiekrechtelijk zbo betekent daarmee normaliter een verplichte overgang naar het ABP, onafhankelijk van de vraag of de werknemers werkzaam zijn op grond van het ARAR of een eigen CAO.

De achtergrond van deze wet is onder andere de financiële stabiliteit van het ABP op langere termijn. Een verplichte aansluiting bij het ABP waarborgt het collectieve en solidaire karakter van het fonds, en voorkomt dat individuele werkgevers zelfstandig op basis van financiële afwegingen kunnen besluiten om uit dan wel toe te treden tot het fonds.

De algemene lijn van de WPA is dat het personeel van een publiekrechtelijk zbo verplicht zijn pensioen opbouwt bij het ABP. Overigens wil ik de indruk wegnemen dat een overgang naar het ABP in het algemeen tot hoge overgangskosten of een slechtere pensioenopbouw voor werknemers zou leiden. Tevens geldt een ander (financierings)systeem op het terrein van de werkloosheid. Dit systeem geldt ook voor de andere bij het ABP aangesloten zbo’s zoals de SVB en de Raad voor de Rechtsbijstand (de zbo’s die ook in het door de Kamer aangenomen amendement Uitslag zijn genoemd). Het Uwv is de enige uitzondering op dat (financierings)systeem van pensioen en werkloosheid, vanwege de specifieke historische achtergrond van het Uwv.

Naar aanleiding van uw verzoek is opnieuw naar de specifieke situatie van het CAK gekeken. Het amendement Uitslag heeft kennelijk bedoeld een uitzondering voor het CAK te maken voor overgang naar het ABP. Het CAK zal conform de bedoeling van dit amendement niet overgaan naar het ABP. Het CAK wordt uitgezonderd als overheidswerkgever in de zin van de WPA. Het CAK zal, net als het Uwv, werkloosheidspremie afdragen aan het Algemeen Werkloosheidsfonds. Daarnaast behouden de CAK medewerkers, in afwijking van artikel 15 van de Kaderwet zbo’s, hun privaatrechtelijke arbeidsovereenkomst en krijgen zij geen ambtenarenstatus (amendement Uitslag).

De uitzondering voor de overgang naar het ABP heeft tot gevolg dat de omvorming naar publiekrechtelijk zbo op korte termijn plaats kan vinden, zo mogelijk nog in 2012.

De inhoudelijke consequenties van omvorming van het CAK komen er op neer dat als gevolg van de omvorming publieke sturingsmogelijkheden ontstaan op deze wezenlijke taken. Het gaat dan onder andere om benoeming, schorsing en ontslag van de bestuursleden van het zbo, goedkeuring van het werkprogramma, begroting, jaarverslag en -rekening en voorschriften op het gebied van financiële verantwoording en beheer. Deze publieke sturingsmogelijkheden ontbreken in de huidige situatie waarin het CAK een BV is, eigendom van zorgverzekeraars.

De financiële consequenties van de omvorming van het CAK bestaan uit de kosten die het CAK moet maken om de omvorming mogelijk te maken (transitiekosten). Het gaat dan onder andere om de kosten die verbonden zijn aan de financiële en juridische afwikkeling van de overgang en de communicatie met medewerkers en cliënten van het CAK. In 2011 is hiervoor maximaal € 950 000,- aan het CAK toegekend. Over de transitiekosten die in 2012 nog extra noodzakelijk zijn wordt overleg gevoerd met het CAK. Er zijn verder geen kosten voor overgang van arbeidsvoorwaarden en pensioen, omdat de medewerkers hun eigen CAO behouden en bij het eigen pensioenfonds blijven.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. L. L. E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner