Ontvangen 24 mei 2011
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel B, wordt aan artikel 48, na het zesde lid, een lid toegevoegd, luidende:
7. De bezoldiging van de leden van het CAK wordt vastgesteld met overeenkomstige toepassing van de regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur zijn gesteld krachtens artikel 125, eerste lid, van de Ambtenarenwet.
II
Na artikel IX wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Indien het bij koninklijke boodschap van 14 januari 2011 ingediende voorstel van wet houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector) (Kamerstukken II, 2010/11, 32 600, nrs. 1–3), tot wet is of wordt verheven, en eerder in werking treedt dan deze wet, vervalt in artikel I, onderdeel B, van deze wet in artikel 48, het zevende lid.
2. Indien het bij koninklijke boodschap van 14 januari 2011 ingediende voorstel van wet houdende regels inzake de normering van bezoldigingen van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector) (Kamerstukken II, 2010/11, 32 600, nrs. 1–3), tot wet is of wordt verheven, en later in werking treedt dan, onderscheidenlijk op dezelfde datum in werking treedt als deze wet, vervalt met ingang van de datum dat die wet in werking treedt in artikel 48 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten het zevende lid.
Gezien de publieke taak die het CAK uitvoert met premie- en belastinggeld, beoogt dit amendement de bezoldiging van de leden van het CAK te maximeren.
Leijten