Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 april 2011
In haar strategisch plan heeft de Koninklijke Bibliotheek (KB), uitgaande van haar missie, stevige ambities neergelegd en speerpunten benoemd op het gebied van de digitale toegang tot publicaties, het ontwikkelen van een nationale informatie-infrastructuur, internationale samenwerking voor duurzame en veilige opslagfaciliteiten, de (papieren en digitale) collecties en voor de eigen organisatie.
Conform artikel 2.2a, vierde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek zend ik u hierbij mijn reactie op het strategisch plan. Op hoofdlijnen onderschrijf ik de ambities van de KB.
De KB heeft als missie om:
1. Iedereen overal toegang te bieden tot alles wat in en over Nederland gepubliceerd wordt;
2. Een centrale rol te spelen in de Nederlandse (wetenschappelijke) informatie-infrastructuur en
3. Een hoogwaardige partner te zijn in internationale samenwerking voor duurzame toegang tot informatie.
Op basis van deze uitgangspunten heeft de KB een strategisch beleidsplan voor de periode 2010–2013 uitgebracht1. Een beleidsplan waarin de KB aansluit bij de ontwikkeling dat digitale informatievoorziening op veel terreinen een steeds belangrijker positie gaat innemen. Daarom staat in dit beleidsplan de ontwikkeling van de digitale bibliotheek centraal.
Het Beleidsplan 2010–2013 is gebouwd op basis van 5 strategische prioriteiten.
Als nationale bibliotheek heeft de KB de opdracht alle in Nederland verschenen papieren publicaties te verzamelen om als «last resort» bibliotheek te kunnen fungeren. De wereld van de informatievoorziening is echter grotendeels digitaal geworden. Dit betekent dat de KB ook verder moet investeren in de opbouw van een digitale bibliotheek. Met deze digitale bibliotheek kan de KB haar gebruikers overal online toegang bieden tot zowel alle digitale en gedigitaliseerde papieren publicaties van de KB als ook geselecteerde digitale publicaties van elders. Hiervoor wordt het Programma Digitale Bibliotheek ontwikkeld, dat bestaat uit 3 onderdelen: beschikbaarstelling, opbouw digitale collectie, opslag.
In toenemende mate bieden wetenschappelijke bibliotheken alle dezelfde digitale informatie, al dan niet gemeenschappelijk, aan hun doelgroepen aan. Hetzelfde geldt voor openbare bibliotheken, die daarnaast ook een eenvoudige toegang tot wetenschappelijke informatie willen bieden. Hiermee is een ontwikkeling in gang gezet naar een gezamenlijke Nederlandse digitale bibliotheek. Nauwe samenwerking is hiervoor essentieel. Als nationale bibliotheek wil de KB in deze ontwikkeling graag een stimulerende en faciliterende rol spelen. Enerzijds coördinerend tussen de verschillende segmenten en anderzijds ondersteunend door de beschikbaarstelling van faciliteiten ten behoeve van een gemeenschappelijke infrastructuur voor de duurzame toegankelijkheid van informatie. Belangrijke aspecten hierbij zijn de versterking van de samenwerking en het verminderen van overlap.
De KB werkt daarom óók nog samen met andere erfgoedinstellingen aan een gezamenlijke infrastructuur voor al het gedigitaliseerde Nederlandse erfgoed.
De ontwikkelingen in de informatievoorziening overschrijden de landsgrenzen en maken internationale samenwerking van groot belang. De KB is een internationaal gewaardeerde samenwerkingspartner. In het bijzonder vervult zij vanaf het midden van de jaren negentig van de vorige eeuw een actieve, prominente rol in het onderzoek naar adequate methoden en technieken op het gebied van duurzaamheid van digitale informatie. Deze is relatief kwetsbaar vanwege de omvang en de snelle veranderingen van formaten en de technische gebruiksomgeving. De KB deelt haar kennis en ervaring met relevante partijen in binnen- en buitenland en brengt de onderzoeksresultaten in het e-depot ook in de praktijk. Daarnaast is de KB een belangrijke speler in het brede nationale verband op het gebied van digitale duurzaamheid, de NCDD (Nationale Coalitie Digitale Duurzaamheid).
De papieren collectie vormt de basis voor de digitalisering. Andersom heeft digitalisering weer grote invloed op het beheer van de gedrukte originelen. Ervaring leert dat door beschikbaarstelling van digitale versies de vraag naar de originelen stijgt. Daarom is het van belang om de fysieke collectie steeds in samenhang met de digitale te bezien, zodat beide elkaar versterken. Deze samenhang is vastgelegd in het Collectieplan voor wat betreft de collectievorming en in het Collectiebehoudsplan voor wat betreft het beheer en onderhoud.
De overgang naar een digitale bibliotheek is een grote uitdaging voor de KB. Hiervoor moeten werkprocessen worden gestroomlijnd, zullen functies veranderen en aan medewerkers andere eisen worden gesteld. De KB vraagt van iedereen flexibiliteit en zal het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden en competenties stimuleren en ondersteunen.
Conclusie
Over het geheel genomen sta ik positief tegenover de strategische prioriteiten van de KB en ondersteun ik de KB in haar ambities.
Ik ben evenals de KB van mening dat de digitale bibliotheek de toekomst is, maar dat die niet mogelijk is zonder de duurzaam opgeslagen papieren collectie die de basis ervan vormt.
Niet alleen de Koninklijke Bibliotheek en de wetenschappelijke wereld werken echter aan digitalisering, ook de openbare bibliotheeksector doet dat.De gezamenlijke openbare bibliotheken bouwen een landelijke digitale openbare bibliotheek (Bibliotheek.nl). Beide initiatieven hebben hun eigen accenten. De KB kan veel digitale content bieden en de openbare bibliotheken een groot publieksbereik. Met het oog op een efficiënte inzet van overheidsmiddelen en de kwaliteit van de dienstverlening, is het van groot belang dat beide initiatieven in samenhang en samenwerking plaatsvinden.
Het is dan ook toe te juichen dat de KB, samen met de wetenschappelijke en de openbare bibliotheken en erfgoedorganisaties ernaar streeft dat in de toekomst iedereen, waar ook ter wereld, digitaal toegang zal hebben tot ons nationale cultureel erfgoed en, zo mogelijk, ook toegang kan krijgen tot de meest recente wetenschappelijke publicaties.
Voor deze ambitie is de kennis die de KB ontwikkelt en toepast op het eigen e-depot met betrekking tot digitale duurzaamheid, onontbeerlijk. Zonder deze inspanningen loopt Nederland het risico dat binnen afzienbare termijn de op verouderde dragers en formats opgeslagen kennis niet meer toegankelijk zal zijn en dus in feite niet meer bestaat. Wat niet digitaal beschikbaar en toegankelijk is bestaat niet meer in de toekomst. Deze notie wordt in alle sectoren van de maatschappij onderkend en daarom is de NCDD opgericht, waarin de archiefsector, de wetenschapssector, de erfgoedsector en de mediasector zich verenigd hebben om gezamenlijk oplossingen te vinden voor het grote probleem van de digitale duurzame opslag van informatie.
Centraal voor de verwezenlijking van de ambities van de KB staat de ontwikkeling van het digitale magazijn (e-depot). De KB bouwt aan een nieuw e-depotsysteem dat volgens de planning in 2013 operationeel dient te zijn. Dit nieuwe e-depot zal geschikt zijn voor de verwerking en opslag van veel grotere hoeveelheden digitaal materiaal dan het huidige e-depot. De KB heeft de ambitie om in 2013 behalve alle in dat jaar gedigitaliseerde publicaties (boeken, kranten, tijdschriften=10% van het totaal) ook 50% van alle Nederlandse born digital publicaties duurzaam te hebben opgeslagen.
Samenvattend: ik onderschrijf en steun de ambities van de Koninklijke Bibliotheek en ben ervan overtuigd dat zij na uitvoering van dit beleidsplan goed toegerust zal zijn voor de uitdagingen die een in toenemende mate digitaliserende samenleving biedt.
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
H. Zijlstra