Kamerstuk 32500-VI-7

Status justitiële voorzieningen op de BES per 10 oktober 2010

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 2011

Gepubliceerd: 4 oktober 2010
Indiener(s): Hirsch Ballin
Onderwerpen: begroting financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32500-VI-7.html
ID: 32500-VI-7

Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 oktober 2010

Inleiding

Per 10 oktober 2010 wordt Nederland verantwoordelijk voor de rijksoverheidstaken op justitieel terrein op Bonaire, Sint Eustatius en Saba (de BES-eilanden). Met deze brief wordt u geïnformeerd over wat per 10 oktober de status is van de Justitieorganisaties en -voorzieningen op de BES-eilanden.

Er is veel werk verzet. Wat er is gerealiseerd wordt in deze brief toegelicht. Op bepaalde terreinen zal nog een langere tijd nodig zijn om op het gewenste peil te komen. Bij die terreinen wordt eveneens stilgestaan in deze brief.

Algemene toelichting bij status Justitiële voorzieningen BES

Met het oog op de verwachtingen aangaande de justitievoorzieningen op de BES is van belang te melden dat bepaalde voorzieningen die in «Europees Nederland» aanwezig zijn momenteel niet aanwezig zijn op de BES en er ook niet komen. Dit heeft te maken met de verschillen tussen het in Europa gelegen deel van Nederland en de openbare lichamen in het Caribische deel. De geografische omstandigheden, de economische situatie, de maatschappelijke behoeften: ze verschillen sterk van de situatie hier te lande. Zo bestaat er geen noodzaak om een aparte justitiële jeugdinrichting te realiseren op de BES. Ook voor een fysiek veiligheidshuis is de doelgroep te gering. Het concept van het veiligheidshuis – dat wil zeggen nauwe afstemming tussen alle ketenpartners – zal Justitie wel doorvoeren.

Justitie voert op de drie eilanden gefaseerd verbetermaatregelen door. Het eerste ijkpunt daarbij is voldoen aan de internationale norm, zoals beveiliging van de burgerluchtvaart conform de normen van de International Civil Aviation Organization (ICAO). Voor sommige, maar zeker niet voor alle justitievoorzieningen is momenteel sprake van het niveau dat in «Europees Nederland» geldt. In dit kader is van belang dat het kabinet in 2008 heeft besloten dat de openbare lichamen vooralsnog de EU-status van LGO (Landen en Gebieden Overzee) behouden en dat de Antilliaanse wetgeving in eerste instantie zoveel mogelijk wordt gehandhaafd. De relatie met de EU zal overigens onderdeel zijn van de voorgenomen evaluatie van de Wet openbare lichamen BES die vijf jaar na toetreding tot het Nederlandse staatsbestel zal plaatsvinden. Indien te zijner tijd wordt besloten tot invoering van de UPG-status (Ultraperifeer Gebied), wordt het EU-acquis van toepassing.

Voorts verdient vermelding dat de Nederlandse departementen die actief waren op de BES eind 2009 te maken kregen met een tegenvaller: vanwege de opschorting door het Bestuurscollege van Bonaire van de samenwerking met Nederland in het transitietraject werden de investeringen vanuit Nederland in de toekomstige situatie op Bonaire vier maanden lang opgeschort. Op een paar deelterreinen heeft deze vertraging ertoe geleid dat projecten nu nog in uitvoering zijn terwijl ze volgens de oorspronkelijke planning afgerond zouden zijn.

Voor Justitie geldt dat een aantal (institutionele) verbeteringen voor de BES voortkomt uit de rijkswetten inzake het Gemeenschappelijk Hof, de Openbare Ministeries, de Politie en de Raad voor de rechtshandhaving. Deze gezamenlijke benadering – welke op deze terreinen ontegenzeggelijk belangrijk is – brengt met zich mee dat Nederland voor de implementatie van de verbetermaatregelen afhankelijk is van de andere partners in het Koninkrijk. Voor de BES-eilanden heeft Justitie haar zaken op deze terreinen momenteel voldoende op orde, maar de verwachting is dat het nog enige tijd duurt eer deze rijkswetten gezamenlijk volledig zijn geïmplementeerd.

Openbaar Ministerie

Op grond van de rijkswet inzake de Openbare Ministeries is Nederland verantwoordelijk voor een van de landsparketten in het Caribische deel van het Koninkrijk: het Openbaar Ministerie (OM) BES. Dit parket valt niet onder het College van procureurs-generaal van het OM in Nederland, maar onder de gezamenlijke procureur-generaal van Curaçao, Sint Maarten en Nederland (de BES). Het OM was op de BES-eilanden de laatste jaren sterk onderbezet. De afgelopen maand is begonnen met de geleidelijke uitbreiding van de formatie van het OM ten behoeve van alle drie de eilanden. Eind dit jaar zal de bezetting met twee parketsecretarissen en twee officieren van Justitie (1½ fte) zijn uitgebreid. Daarna zal de bezetting geleidelijk verder worden uitgebreid.

Naast de drie landsparketten is er het parket van de procureur-generaal. De opbouw van dit gezamenlijke parket is vertraagd. Vanuit Justitie Nederland wordt nu met name ingezet op het (blijven) bevorderen van afspraken tussen de landen over de gezamenlijke bestrijding van de grensoverschrijdende, zware criminaliteit.

Strafrechtelijke onderzoeken

Om de aanpak van de grensoverschrijdende criminaliteit in het Caribische deel van het Koninkrijk in de praktijk te borgen, is – zoals uw Kamer bekend is – besloten het recherchesamenwerkingsteam tijdelijk te continueren.

Voor reguliere strafrechtelijke onderzoeken op en in verband met de BES-eilanden zelf, heeft Nederland lokale recherchecapaciteit. De kwantiteit en kwaliteit daarvan worden gemonitord. Mogelijk zal (incidenteel) een beroep moeten worden gedaan op de flexibele pool van de Koninklijke Marechaussee (KMar) in het Caribische deel van het Koninkrijk. Opsporingsonderzoeken inzake overheidsfunctionarissen die verdacht worden van strafbare gedragingen worden op de BES verricht door de rijksrecherche.

Ten behoeve van de strafrechtketen is sinds oktober 2009 een forensisch adviseur van het Nederlands Forensisch Instituut op Bonaire gestationeerd. Het belang van forensische opsporing als onderdeel van elk onderzoek wordt nu door iedereen onderkend. Aangezien de forensische opsporing op de BES nog in de kinderschoenen staat, zal hier echter nog het nodige werk verzet moeten worden.

Handhaving door Koninklijke Marechaussee

Net als hier te lande voert de KMar op de BES-eilanden voor Justitie een aantal taken uit. De KMar heeft ervaring met het werken op de BES-eilanden vanwege de bijstand die deze organisatie afgelopen jaren aan het land Nederlandse Antillen heeft verleend. Vanaf de transitie is de KMar op de BES-eilanden zelf verantwoordelijk voor onder meer het grenstoezicht, de politietaak op de luchthavens en het toezicht op de beveiliging van de burgerluchtvaart. Ook zal de KMar in het kader van het politiekorps BES een rol vervullen in de basispolitiezorg op Sint Eustatius en Saba. Vanuit voornoemde taken is de KMar tevens belast met de bestrijding van migratie- en drugscriminaliteit. Een dertigtal ambtenaren van het land Nederlandse Antillen werkt vanaf de transitie voor de KMar. Naast hen heeft de KMar een aantal medewerkers op de BES gestationeerd. Daar waar extra (specialistische) capaciteit nodig is, zal de KMar op de BES bovendien een beroep kunnen doen op de flexibele pool van marechaussees in de regio.

Gemeenschappelijk Hof

In het voortraject zijn nog niet alle benodigde resultaten geboekt voor de implementatie van de rijkswet Gemeenschappelijk Hof. Van belang is echter dat, hoewel er nog verdere verbeteringen moeten worden doorgevoerd, thans sprake is van een goed functionerende rechtspraak in het Caribische deel van het Koninkrijk. Zaken afkomstig van Bonaire worden nu in principe op Bonaire ter zitting gebracht. Voor Bonaire heeft het Gemeenschappelijk Hof ervoor gekozen een rechter vanuit Curaçao steeds voor één jaar te detacheren. Indien nodig worden andere rechters ingezet. Ook de meeste van de van Saba en Sint Eustatius afkomstige zaken worden op die eilanden zelf behandeld.

Meldingen van ongebruikelijke transacties

De Financial Intelligence Unit – Nederland (FIU-NL) fungeert als meldpunt ten aanzien van meldingen van ongebruikelijke transacties die op of vanuit de BES worden gedaan. Er is geen fysiek meldpunt op de BES, wel een administratieve liaison. Deze liaison heeft als taak het relatiemanagement met de melders, toezichthouders en opsporing op te zetten en contact te onderhouden met de back-office van FIU-NL. FIU-NL voldoet op de BES aan de normen van de internationale Financial Action Task Force ten aanzien van de meldplicht. Voor de middellange termijn zal worden bezien of een andere invulling noodzakelijk is. Daarnaast ontwikkelt FIU-NL met de meldpunten ongebruikelijke transacties van Curaçao, Sint Maarten en Aruba een «Caribische Box». Deze Caribische Box zal een veilige wijze van informatie-uitwisseling van ongebruikelijke transacties tussen de koninkrijksmeldpunten mogelijk maken.

Beveiliging Burgerluchtvaart

Ook de taak van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTB) strekt zich uit tot de BES. Daarmee is de NCTb tevens verantwoordelijk voor de beveiliging van de burgerluchtvaart op de BES. Met de partijen op de BES wordt de beveiliging ingericht op het niveau zoals voorgeschreven door de International Civil Aviation Organization. Het toezicht op de beveiliging van de burgerluchtvaart wordt, zoals reeds vermeld, uitgevoerd door de KMar.

Sanctietoepassing

Het uitgangspunt is dat personen die vanaf 10 oktober 2010 worden veroordeeld voor een strafbaar feit gepleegd op de BES-eilanden, dienen te worden gedetineerd in een locatie op Nederlands grondgebied, met inbegrip van de BES. Alleen in uitzonderingsgevallen zal een beroep worden gedaan op de andere landen van het Koninkrijk op grond van de onderlinge regeling detentiecapaciteit tussen Curaçao, Sint Maarten en Nederland (voor de BES).

Er zijn op dit moment geen detentievoorzieningen op de BES-eilanden die structureel toereikend zijn. Daarom zijn de DJI en de Rijksgebouwendienst bezig met voorbereidingen om op Bonaire en Sint Eustatius nieuwe detentiefaciliteiten te realiseren. De faciliteit op Sint Eustatius is dan tevens bedoeld voor justitiabelen van Saba. Op basis van de huidige prognose wordt de nieuwbouw in 2014 opgeleverd.

Als tussentijdse oplossing is ervoor gekozen om gebruik te blijven maken van het huis van bewaring op Bonaire. Deze locatie is en wordt grondig aangepakt: het oorspronkelijke hoofdgebouw is opgeknapt, er is een ringmuur opgetrokken, met behulp van celcontainers en kantoorcontainers wordt de capaciteit uitgebreid en er worden een luchtkooi en een bezoekersruimte gerealiseerd. De capaciteit komt hiermee dit jaar op 76 detentieplaatsen en, per begin volgend jaar, 10 arrestantencellen. Er is voorts een nieuwe (lokale) directeur geworven, een hoofd bedrijfsvoering aangesteld en een aanzienlijk aantal penitentiaire inrichtingwerkers aangenomen.

DJI is een van de organisaties die eind 2009, begin 2010 de voorbereidingen vier maanden heeft moeten stilleggen. Dit heeft ertoe geleid dat DJI op 10 oktober niet helemaal klaar is. De verwachting is dat vanaf begin december de nieuwe ruimtes geleidelijk in gebruik worden genomen. Er is voor gekozen om tot april 2011 nog circa 20 DJI-medewerkers uit Nederland uit te zenden om het verbetertraject te ondersteunen.

In de uitgebreide detentiefaciliteit op Bonaire kan beter dan voorheen gezorgd worden voor regimedifferentiatie. Het zal echter pas in de nieuw te bouwen faciliteit mogelijk zijn om dit optimaal te realiseren. Er wordt nu, met de middelen die voorhanden zijn en met extra inzet van specialisten, een zorg- en een jeugdafdeling opgezet. De ernstige jeugd tbr-gevallen (ter beschikkingstelling van regering) kunnen, net als vóór de transitie incidenteel gebeurde, worden overgebracht naar Nederland.

Reclasseringactiviteiten – dat wil zeggen advies, begeleiding, toezicht en uitvoering van werkstraffen – werden vóór transitie alleen uitgevoerd op Bonaire, door de Stichting Reclassering en Justitiabelenzorg Bonaire (SRJB). De stichting wordt ook verantwoordelijk voor Sint Eustatius en Saba. Deze stichting wordt door het Ministerie van Justitie aangestuurd via de Stichting Reclassering Nederland, welke stichting de SRJB sinds 2007 ondersteunt in een verbetertraject.

Justitievoorzieningen voor jeugdigen

Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de Rijksoverheid en de openbare lichamen om te zorgen voor een goed functionerend stelsel van preventieve voorzieningen, jeugdzorg, jeugdbescherming en jeugdreclassering. De justitievoorzieningen voor jeugdigen zijn en worden verbeterd. Het gaat hierbij, naast betere voorzieningen in geval van detentie, om de professionalisering van de Voogdijraad1, het opzetten van taakstraffen en het uitvoering kunnen geven aan jeugdreclassering. Om de wettelijke taken te kunnen uitvoeren, is de formatie van de Voogdijraad uitgebreid.

Grenstoezicht, toelating, terugkeer en naturalisatie

Het grenstoezicht op de BES is vanaf de transitie, zoals reeds gemeld, opgedragen aan de KMar. Het vreemdelingentoezicht op de eilanden en de effectuering van gedwongen vertrek vallen als taken primair onder de politie, maar de KMar is eveneens bevoegd deze taken uit te voeren.

In het kader van de taakverdeling tussen rijksoverheid en lokale overheden werd eind 2009 en begin 2010 met de bestuurders van de BES-eilanden overeengekomen dat de taken op het gebied van toelating, (administratieve voorbereiding van) terugkeer, naturalisatie en optie van de gezaghebber naar de Minister van Justitie gaan. Deze taken zijn opgedragen aan de IND. De IND heeft één IND unit opgericht, met op alle drie de eilanden een frontoffice, en een backoffice op Bonaire en Sint Eustatius. Er wordt gewerkt met gewijzigde vreemdelingenwetgeving, wat onder meer betekent dat vreemdelingen voortaan leges moeten betalen voor toelatingsaanvragen en bij reguliere aanvragen voor een verblijf langer dan drie maanden een machtiging voor voorlopig verblijf moeten aanvragen vóór het vertrek naar de BES.

Conclusie

Met bovenstaande informatie heb ik u een indruk willen geven van de stand van zaken op een aantal belangrijke Justitieterreinen. De kans is aanwezig dat voortschrijdend inzicht ertoe leidt dat Justitie komende tijd processen zal moeten bijstellen. Om goed zicht te houden op de ontwikkelingen op de BES-eilanden is ervoor gekozen om in aanvulling op de verschillende Justitieonderdelen op de BES een Justitieliaison aan te stellen. Deze persoon volgt voor Justitie ter plaatse de ontwikkelingen, is beschikbaar als aanspreekpunt op Justitieterrein voor de lokale bestuurders en de rijksvertegenwoordiger, en begeleidt het lokale management in de verbetertrajecten die nog lopen.

De minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin