Voorgesteld 3 februari 2011
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat de dood van Zahra Bahrami past in een breed beeld van een regime dat de mensenrechten met voeten treedt, ook ten aanzien van burgers met een andere dan de Iraanse nationaliteit;
overwegende, dat Nederland en de internationale gemeenschap geen moment mogen laten passeren om de daden van het Iraanse regime te bespreken;
van mening, dat de dagelijkse terechtstellingen in Iran zo spoedig mogelijk moeten stoppen;
verzoekt de regering de talrijke executies in Iran aanhangig te maken in de VN-Mensenrechtenraad en de mogelijkheid te onderzoeken om de onderliggende materie voor te leggen aan het Internationaal Gerechtshof,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ormel