Vastgesteld 27 oktober 2010
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit1 heeft een aantal vragen voorgelegd aan de regering over het jaarverslag over het Diergezondheidsfonds (Kamerstuk 32 360 F, nr. 1).
De regering heeft deze vragen beantwoord bij brief van 27 oktober 2010. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De fungerend voorzitter van de commissie,
Snijder-Hazelhoff
De griffier van de commissie,
Dortmans
1
Hoe groot zijn de kosten geweest voor de bestrijding van Q-koorts in 2009?
In 2009 zijn vanuit het Diergezondheidsfonds geen zaken gefinancierd voor de bestrijding van Q-koorts. De uitgaven in DGF als gevolg van de Q-koorts crisis zijn in 2010 gedaan.
Ten laste van de LNV-begroting zijn de volgende uitgaven gedaan:
– Vaccinkosten € 1,3 mln
– Distributie vaccin € 130 000
– Communicatie € 12 000
– Onderzoek € 46 000
In 2009 zijn beleidsmaatregelen en onderzoeken in gang gezet, waarvan de betaling in 2010 heeft plaatsgevonden.
2
Welk deel van de kosten voor de bestrijding van Q-koorts zijn/worden ten laste gelegd van de sector?
In 2010 vielen de kosten van de Q-koortsbestrijding, met uitzondering van een deel van de kosten voor tankmelkmonitoring, niet onder de convenantsafspraken voor het Diergezondheidsfonds tussen overheid en sector. De bestrijdingskosten zijn derhalve niet doorbelast aan de sector. Vanaf 1 januari 2011 zijn de Q-koortsbestrijdingskosten wel onderdeel van het convenant.
Hoewel de directe bestrijdingskosten in 2010 niet aan de sector zijn doorbelast, zijn er wel kosten die voor rekening van de sector komen. Zo moeten veehouders zelf de dierenartskosten voor vaccinatie betalen en komt alle vervolgschade, van bijvoorbeeld het levenslange fokverbod, voor rekening van de individuele veehouders.