Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
’s-Gravenhage, 19 mei 2010
Hierbij bieden wij u het op 6 mei 2010 door ons vastgestelde «Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Spaarfonds AOW (E)» aan.
Algemene Rekenkamer
1 | Inleiding | 5 |
1.1 | Over dit onderzoek | 5 |
1.2 | Over het Spaarfonds AOW | 5 |
2 | Kwaliteitskaart | 7 |
2.1 | Toelichting op het instrument kwaliteitskaart | 7 |
2.2 | Toelichting op de kwaliteitskaart van het Spaarfonds AOW | 9 |
3 | Oordelen over het jaarverslag | 10 |
3.1 | Oordeel over de financiële informatie | 10 |
3.2 | Oordeel over saldibalans en toelichting | 10 |
3.3 | Oordeel over totstandkoming informatie in jaarverslag over bedrijfsvoering | 11 |
4 | Reactie minister van SZW | 12 |
Overzicht fouten en onzekerheden niet van toepassing | 13 | |
Gebruikte afkortingen | 14 |
In dit rapport presenteren wij de resultaten van ons rechtmatigheidsonderzoek bij het Spaarfonds AOW. Hieronder gaan we eerst in op onze onderzoeksaanpak en wijze van rapporteren. Daarna volgt een korte beschrijving van het Spaarfonds AOW. In hoofdstuk 2 tonen we de kwaliteitskaart van het Spaarfonds AOW. In hoofdstuk 3 presenteren wij vervolgens onze oordelen over het Jaarverslag 2009 van het Spaarfonds AOW. In hoofdstuk 4 ten slotte, geven wij de reactie van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op dit onderzoek weer, aangevuld met ons nawoord.
De Algemene Rekenkamer doet jaarlijks rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk. Wij doen dit onderzoek uit hoofde van onze wettelijke taak zoals beschreven in de Comptabiliteitswet 2001 (CW 2001).
Wij gaan elk jaar na of de informatie in de jaarverslagen over het gevoerde beleid, over de bedrijfsvoering en over de financiën tot stand is gekomen volgens de daarvoor geldende regels en goed is weergegeven in de jaarverslagen.
Daarnaast onderzoeken we ook de bedrijfsvoering zelf. Hiervoor gaan we onder andere na of het financieel beheer en het materieelbeheer voldoen aan de eisen die de CW 2001 (art. 82) stelt.
De bedrijfsvoering van het Spaarfonds AOW is onderdeel van de bedrijfsvoering van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), waarover wij rapporteren in ons Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
In ons rapport bij het jaarverslag melden we zowel de fouten en onzekerheden in de financiële informatie die de kwantitatieve tolerantiegrenzen overschrijden als de fouten en onzekerheden in de financiële informatie die naar hun aard de kwalitatieve tolerantiegrenzen overschrijden.
Onder ’fouten’ verstaan we financiële informatie die niet rechtmatig tot stand gekomen is (dat wil zeggen: het begrotingsgeld is niet volgens de regels ontvangen of uitgegeven), of die niet deugdelijk is weergegeven (dat wil zeggen: er is geen goede verantwoording afgelegd in het jaarverslag).
Van ’onzekerheden’ spreken we wanneer we door onvolkomenheden in het financieel beheer niet kunnen vaststellen of er al dan niet sprake is van fouten.
Op www.rekenkamer.nl kunt u meer lezen over hoe onze rapporten bij de jaarverslagen tot stand komen. Afkortingen die specifiek zijn voor dit rapport, zijn opgenomen in de bijlagen.
Wij rapporteren over de resultaten van ons onderzoek per jaarverslag. In totaal zijn er 28 jaarverslagen. Dit rapport gaat over het jaarverslag E: het Spaarfonds AOW.
Het Spaarfonds AOW heeft als doel te waarborgen dat de Algemene Ouderdomswet (AOW) vanaf 2020 betaalbaar blijft. Het Ministerie van SZW boekt elk jaar de begrote bedragen ten gunste van de rekening-courant van het Spaarfonds AOW bij het Ministerie van Financiën. Daarnaast boekt het Ministerie van Financiën jaarlijks de rente over het saldo van het fonds op deze rekening. Deze boekingen zijn administratieve transacties die niet gepaard gaan met een werkelijke geldstroom.
Het Spaarfonds AOW doet tot 2020 geen uitgaven. Met ingang van 2020 kunnen uitgaven ten laste van het Spaarfonds AOW worden gerealiseerd door:
– te bezuinigen;
– de belastingen of premies te verhogen;
– geld te lenen op de kapitaalmarkt, dat wil zeggen door de staatsschuld op dat moment te vergroten.
De bijboekingen in het Spaarfonds AOW in 2009 bedroegen in totaal € 4 793 649 000.
Het saldo op 31 december 2009 bedroeg € 40 423 688 000.
2.1 Toelichting op het instrument kwaliteitskaart
De kwaliteitskaart is een nieuw instrument van de Algemene Rekenkamer, dat we voor het eerst hebben opgenomen in onze rapporten bij de jaarverslagen 2008.
De kwaliteitskaart bestaat uit twee delen. In deel I zijn onze bevindingen gekoppeld aan de begrotingsartikelen. Dit deel van de kaart laat per artikel zien:
• of het begrotingsartikel wordt geraakt door geconstateerde onvolkomenheden in de bedrijfsvoering van het Ministerie van SZW, met mogelijk gevolgen voor de rechtmatigheid, de betrouwbaarheid van gegevens of de kwaliteit van beleidsinformatie;
• of wij als gevolg van geconstateerde onvolkomenheden daadwerkelijk fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid of deugdelijke weergave hebben geconstateerd;
• of de geconstateerde fouten en onzekerheden de kwantitatieve tolerantiegrenzen overschrijden.
In deel II van de kwaliteitskaart vormen de organisatieonderdelen en de te beheersen bedrijfsvoeringsprocessen het uitgangspunt. Omdat de bedrijfsvoering van het Spaarfonds AOW wordt gevoerd door het Ministerie van SZW is dit deel van de kwaliteitskaart in dit rapport niet van toepassing.
Voor een verdere toelichting op het instrument kwaliteitskaart verwijzen wij naar onze website: www.rekenkamer.nl. Hier vindt u achtergrondinformatie over de kwaliteitskaart en over de gehanteerde criteria en ordeningsprincipes.
2.2 Toelichting op de kwaliteitskaart van het Spaarfonds AOW
Deel I van de kwaliteitskaart laat zien dat geen van de begrotingsartikelen van het Spaarfonds AOW wordt geraakt door de (ernstige) onvolkomenheden die wij bij het Ministerie van SZW hebben geconstateerd.
Uit deel I van de kwaliteitskaart van het Spaarfonds AOW blijkt dat bij geen van de begrotingsartikelen de tolerantiegrens voor de omvang van fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave wordt overschreden. De tolerantiegrens voor het jaarverslag van het Spaarfonds AOW als geheel wordt niet overschreden.
3 OORDELEN OVER HET JAARVERSLAG
De Algemene Rekenkamer heeft het Jaarverslag 2009 van het Spaarfonds AOW beoordeeld. Wij hebben onderzocht of de minister het begrotingsgeld volgens de regels heeft ontvangen en uitgegeven en of hij daarover in het jaarverslag goed verantwoording heeft afgelegd.
Verder hebben we onderzocht of de informatie in het jaarverslag over de bedrijfsvoering en over het gevoerde beleid, deugdelijk tot stand is gekomen en voldoet aan de daaraan te stellen kwaliteitsnormen.
In dit hoofdstuk lichten wij ons oordeel over het jaarverslag toe. Dit oordeel bestaat uit deeloordelen over:
• de financiële informatie (§ 3.1);
• de saldibalans (§ 3.2);
• de totstandkoming van de informatie over de bedrijfsvoering (§ 3.3).
3.1 Oordeel over de financiële informatie
De financiële informatie in het jaarverslag bestaat uit de verantwoordingsstaat waarin de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten zijn weergegeven, en de toelichting daarbij.
De financiële informatie dient op grond van de CW 2001:
• rechtmatig tot stand te zijn gekomen;
• deugdelijk te zijn weergegeven;
• te voldoen aan de verslaggevingsvoorschriften.
Oordeel | ||||
De financiële informatie in het Jaarverslag 2009 van het Spaarfonds AOW voldoet aan de eisen die de CW 2001 stelt. Dit betekent dat wij geen belangrijke fouten en onzeker- heden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave hebben geconstateerd die onze tolerantiegrenzen overschrijden, en dat de informatie voldoet aan de verslag- gevingsvoorschriften. | ||||
Het totaalbedrag aan geconstateerde fouten en onzekerheden blijft onder de tolerantiegrens voor de financiële informatie in het jaarverslag als geheel. |
Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de financiële informatie in dit jaarverslag, hebben we het gebruikelijke overzicht van fouten en onzekerheden, in de bijlagen, niet opgesteld voor dit rapport.
3.2 Oordeel over saldibalans en toelichting
De saldibalans is een overzicht van de posten die aan het eind van het jaar nog openstaan en die naar het volgende jaar moeten worden meegenomen. Bij de saldibalans hoort een toelichting waarin nadere informatie wordt verstrekt over de afzonderlijke posten op deze balans.
De informatie in de saldibalans dient op grond van de CW 2001:
• rechtmatig tot stand te zijn gekomen;
• deugdelijk te zijn weergegeven;
• te voldoen aan de verslaggevingsvoorschriften.
Oordeel | ||||
De informatie in de saldibalans in het Jaarverslag 2009 van het Spaarfonds AOW voldoet aan de eisen die de CW 2001 stelt. Dit betekent dat wij geen belangrijke fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave hebben geconstateerd die de tolerantiegrenzen overschrijden, en dat de informatie voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften. | ||||
Het totaalbedrag aan geconstateerde fouten en onzekerheden in de saldibalansposten blijft onder de toterantiegrens voor de saldibalans als geheel. |
Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de saldibalans, hebben we het gebruikelijke overzicht van fouten en onzekerheden, in de bijlagen, niet opgesteld voor dit rapport.
3.3 Oordeel over totstandkoming informatie in jaarverslag over bedrijfsvoering
In de bedrijfsvoeringsparagraaf van het jaarverslag verantwoordt de minister zich over de rechtmatigheid van de begrotingsuitvoering (of het begrotingsgeld volgens de regels is uitgegeven).
De informatie over de bedrijfsvoering dient op grond van de CW 2001:
• op deugdelijke wijze tot stand te zijn gekomen;
• te voldoen aan de verslaggevingsvoorschriften.
Deze twee aspecten, die geen betrekking hebben op de kwaliteit van de informatie zelf, betrekken wij in ons oordeel over de informatie over de bedrijfsvoering.
Om tot een oordeel te komen over de totstandkoming van de informatie hebben wij de volgende aspecten ervan onderzocht:
• Beschikt de minister over een procedure voor de totstandkoming van de bedrijfsvoeringparagraaf waarin de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van alle actoren zijn vastgelegd?
• Heeft de minister vooraf criteria geformuleerd om te bepalen wat opmerkelijke zaken en tekortkomingen in de bedrijfsvoering zijn?
• Is het verloop van het totstandkomingsproces controleerbaar en is het afwegingsproces daarbij transparant vastgelegd?
Oordeel | ||||
De informatie over de bedrijfsvoering in het Jaarverslag 2009 van het Spaarfonds AOW is op deugdelijke wijze tot stand gekomen en voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften. |
De uitkomsten van ons onderzoek naar de bedrijfsvoering zelf van het fonds zijn opgenomen in ons Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, hoofdstuk 3.
De minister van SZW heeft op 22 april 2010 gereageerd op onze rapporten bij de jaarverslagen 2009 van het Ministerie van SZW (XV) en van het Spaarfonds AOW (E). De minister gaat niet in op specifieke bevindingen over het Spaarfonds AOW. Zijn reactie gaf ons daarom geen aanleiding tot een nawoord. De volledige tekst van de brief van de minister staat op onze website www.rekenkamer.nl.
OVERZICHT FOUTEN EN ONZEKERHEDEN NIET VAN TOEPASSING
Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de financiële informatie in het jaarverslag en in de saldibalans, hebben we het gebruikelijke overzicht van fouten en onzekerheden niet opgesteld voor dit rapport.
AOW | Algemene Ouderdomswet |
CW 2001 | Comptabiliteitswet 2001 |
SZW | (Ministerie van) Sociale Zaken en Werkgelegenheid |
Op www.rekenkamer.nl staat een verklarende woordenlijst met begrippen die veel voorkomen in onze rapporten bij de jaarverslagen.