Voorgesteld 21 juni 2011
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat het binnen de schuldhulpverlening alleen mogelijk is om cliëntenrekeningen zoals basisbankrekeningen te openen die opgesteld zijn op naam van de cliënt en waarop de schuldhulpverlener gemachtigd is;
overwegende, dat voortvloeiend uit de door DNB gehanteerde criteria voor de omgang met derdengelden, i.e. middels verlenen van machtiging op bovengenoemde basisbankrekeningen, de gespaarde gelden op deze cliëntenrekeningen niet voor beslag zijn gevrijwaard;
overwegende, dat deurwaarders in opdracht van schuldeisers op ieder conveniërend moment beslag kunnen laten leggen op rekeningen van cliënten met schulden;
van mening, dat zowel voor de nakoming van de maandelijkse lopende verplichtingen als in geval van akkoordaanbiedingen dit een risicovolle en ongewenste manier van werken is doordat het schuldsaneringstraject wordt doorkruist, met als gevolg dat cliënten dieper in de problemen komen;
verzoekt de regering om in overleg met DNB een aparte wettelijke status toe te kennen aan beheerrekeningen voor cliënten die in een schuldhulpverleningstraject zitten zodat deze beheerrekeningen vrij van beslag zijn, en het voorstel hiervoor binnen vier maanden aan de Kamer te zenden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ortega-Martijn
Spekman