Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 september 2010
Naar aanleiding van het schrijven van de griffier van de vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken (hierna: NAAZ) van 8 september jl. (2010Z12492) kan ik u als volgt berichten.
Op 8 september heeft NAAZ een hoorzitting gehouden. Tijdens deze hoorzitting zijn de heren Abraham, Nicolaas, Hooker en Johnson gehoord over het voorgestelde fiscale stelsel voor de nieuwe openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: BES eilanden). Deze hoorzitting heeft bij NAAZ tot een vijftal aanvullende vragen geleid.
U heeft verzocht deze vragen te beantwoorden voor het door NAAZ naar 27 september a.s. verplaatste wetgevingsoverleg over de wetsvoorstellen Belastingwet BES, Douane- en Accijnswet BES en Invoeringswet fiscaal stelsel BES. Ik stel het zeer op prijs dat NAAZ na het besluit tot uitstel ook direct heeft besloten tot een spoedige behandeling van de drie wetsvoorstellen. Immers, in het op 18 mei jl. door de Tweede Kamer akkoord bevonden wetsvoorstel Wet geldstelsel BES is een tijdelijke overgangsregeling opgenomen waardoor het bestaande Antilliaanse fiscale stelsel slechts in de periode van 10 oktober 2010 tot 1 januari 2011 op de BES eilanden zal worden voortgezet. Verlenging van die overgangsregeling is geen optie. De rijksbelastingdienst zal vanaf 1 januari 2011 naast de uitvoering van de rijksbelastingen op de BES eilanden ook de heffing en inning van de premies voor de volksverzekeringen, de werknemersverzekeringen en de zorgverzekering op de BES eilanden ter hand nemen. Deze taak kan de rijksbelastingdienst echter alleen op zich nemen als de daarvoor in de wetsvoorstellen Belastingwet BES en Invoeringswet fiscaal stelsel BES benodigde bepalingen per 1 januari 2011 in werking kunnen treden.
In deze antwoordbrief geef ik mijn reactie op de door NAAZ gestelde, aanvullende vragen, uitgaande van de volgorde van de brief van 8 september jl.
In dit onderdeel zal allereerst worden ingegaan op het amendement zoals dat is ingediend door het lid Neppérus (hierna: amendement-Neppérus) en daarna op het door het lid Van Raak ingediende amendement (amendement-Van Raak).
Amendement-Neppérus
Het amendement-Neppérus beoogt een extra schijf van 38% in de inkomstenbelasting in te voeren voor zover de belastbare som meer bedraagt dan USD 59 732. Omdat het amendement geen gevolgen heeft voor de loonbelasting, blijft voor inhoudingsplichtigen het vlakke tarief van 30,4% gehandhaafd. In zoverre blijft voor inhoudingsplichtigen het principe van eenvoud overeind. Het amendement-Neppérus heeft volgens het advies van ACTAL3 gevolgen voor omstreeks 200 burgers met een belastbare som van meer dan USD 59 732. Zij zullen in de inkomstenbelasting moeten bijbetalen omdat over het inkomen boven USD 59 732 een tarief van 38% is verschuldigd, terwijl in de loonbelasting 30,4% wordt ingehouden.
Ik heb veel sympathie voor het amendement Neppérus. Naar mijn mening zou het aangrijpingspunt voor het hogere tarief echter niet op USD 59 732 moeten liggen. Ik ben dan ook voornemens het amendement Neppérus als uitgangspunt te nemen voor een nota van wijziging waarin zal worden voorgesteld een toptarief in de inkomstenbelasting in te voeren van 5%-punten bovenop het tarief van 30,4%. Dat tarief zal gevolgen hebben voor belastingplichtigen met een belastbare som van USD 250 000. Hier tegenover staat dat ik vanwege het optrekken van de grens van USD 59 732 naar USD 250 000 in diezelfde nota van wijziging de overgangstermijn voor de penshonadoregeling zal verkorten van 5 jaar naar 4 jaar en dat voor belastingplichtigen die aanspraak mogen maken op een AOV uitkering een ouderentoeslag zal worden ingevoerd.
Amendement-Van Raak
Het amendement-Van Raak heeft tot gevolg dat alle kapitaalvennootschappen die naar feiten en omstandigheden beoordeeld, op de BES eilanden zijn gevestigd, voor de toepassing van de opbrengstbelasting in Nederland worden geacht te zijn gevestigd. Deze kapitaalvennootschappen hebben dus niet meer te maken met de in hoofdstuk V van de Belastingwet BES opgenomen opbrengstbelasting maar worden in de Nederlandse vennootschapsbelasting en dividendbelasting betrokken. Vanwege de opzet van de vastgoedbelasting in de Belastingwet BES komen deze kapitaalvennootschappen ook niet meer in aanraking met deze belasting.
De winst van de kapitaalvennootschappen wordt op grond van het amendement-Van Raak naar een effectief tarief van 15% in de heffing van de vennootschapsbelasting betrokken. Op dit tarief zijn geen uitzonderingen mogelijk.
Voor reële bedrijven die momenteel op de BES eilanden zijn gevestigd en volgens het reguliere winstbelasting tarief van 34,5% worden belast, betekent dit een voordeel.
Een gering aantal bedrijven op de BES eilanden maakt gebruik van een Nederlands-Antilliaans gunstregime, waardoor zij worden belast tegen een verlaagd winstbelastingtarief van 0% (Vrijgestelde Vennootschap), 2% (Economische Zone of een Tax Holiday) of 2,4% (Off shore regeling). Deze bedrijven zorgen voor een aanzienlijk deel van de private werkgelegenheid op de BES eilanden. Het amendement-Van Raak betekent een behoorlijke verslechtering voor deze bedrijven.
Voor reële bedrijven die overwegen zich op de BES eilanden te willen vestigen, zullen de niet fiscale vestigingsplaatsfactoren de belangrijkste rol spelen. Daarop zullen de BES eilanden geen onderscheidende rol spelen. Daarentegen kan binnen de Caribische regio het fiscale stelsel voor bedrijven wel een aanleiding zijn zich in die betreffende jurisdictie te vestigen. Door de introductie van een vennootschapsbelasting van 15% zonder uitzonderingen en een dividendbelasting van 15%, worden de BES eilanden wat betreft de fiscale vestigingsplaatsfactor op achterstand gezet. Immers, waarom zou een investeerder naar de BES eilanden gaan als het een eiland verderop geen belasting hoeft te betalen of gebruik kan maken van een lager regulier winstbelastingtarief of een specifieke faciliteit? Anders gezegd, het amendement-Van Raak verkleint de kans dat reële bedrijven bij toekomstige vestigingplaatsbeslissingen zullen kiezen voor vestiging op de BES eilanden.
Voorts wijs ik er op dat de opbrengst van vennootschapsbelasting sterk conjunctuurafhankelijk is. De in het regeringsvoorstel opgenomen vastgoedbelasting heeft dat veel minder en is daarbij voor de Belastingdienst eenvoudiger uit te voeren. De vastgoedbelasting leidt tot een meer constante opbrengst voor het Rijk.
De bovenstaande redenen leiden er dan ook toe dat ik het amendement-Van Raak ontraad.
De effecten op de werkgelegenheid van beide amendementen laten zich moeilijk kwantificeren. Ten aanzien van het amendement-Neppérus kan wel worden opgemerkt, dat het geen gevolgen heeft voor de loonbelasting en weinig tot geen negatieve effecten zal hebben op de werkgelegenheid op de BES eilanden. Gelet op de gevolgen van het amendement-Van Raak, zoals hiervoor opgenomen onder punt 1, acht ik een dergelijk standpunt ten aanzien van dat amendement zeker niet verdedigbaar.
De hoogte van de algemene ouderdomsverzekeringsuitkering ligt in 2010 (afhankelijk van het eiland) tussen de Nafl. 10 400 en maximaal Nafl. 11 700. Dit komt neer op USD 5 810 tot maximaal USD 6 536. In 2011 zal de AOV uitkering (afgezien van de indexatie) op jaarbasis neerkomen Nafl. 11 960 wat neerkomt op USD 6 681.
Omdat de belastingvrije som in het regeringsvoorstel USD 9 000 bedraagt, is een inwoner van de BES eilanden die alleen een AOV uitkering heeft geen loonbelasting, premies volksverzekering of het niet werkgeversdeel voor de zorgverzekering verschuldigd. Het amendement-Neppérus noch het amendement-Van Raak hebben derhalve gevolgen voor AOV’ers.
Een van de belangrijkste uitgangspunten voor het nieuwe fiscale stelsel op de BES eilanden is dat de geraamde opbrengst van de rijksbelastingen onder het nieuwe stelsel gelijk zal zijn aan de gerealiseerde opbrengst onder het huidige Nederlands-Antilliaanse stelsel. Onder het nieuwe stelsel bedraagt de geraamde opbrengst van de rijksbelastingen op de BES eilanden circa 51,8 miljoen dollar. Onderstaande tabel geeft weer hoe deze opbrengst verdeeld is over de verschillende belastingmiddelen. Deze tabel is eveneens opgenomen op pagina 8 van mijn eerder bedoelde brief van 17 augustus jl.
Belastingmiddel | Opbrengst nieuw fiscale stelsel BES eilanden (bedragen x USD 1 000) |
---|---|
Vastgoedbelasting | 4 108 |
Opbrengstbelasting | 1 307 |
Algemene bestedingsbelasting | 23 037 |
Overdrachtsbelasting | 2 674 |
Accijnzen | 4 550 |
Inkomstenbelasting/loonbelasting | 15 466 |
Kansspelbelasting | 700 |
Totaal | 51 842 |
Het amendement-Neppérus leidt vanwege de gekozen vormgeving niet tot een verandering van de administratieve lasten ten opzichte van het regeringsvoorstel.
De minister van Financiën,
J. C. de Jager