Nr. 14 VIERDE NOTA VAN WIJZIGING

2. Er worden drie nieuwe onderdelen ingevoegd, luidende:

a. een gegeven bevel, inhoudende een inperking van de bevoegdheid in het register ingeschreven staande het betrokken beroep uit te oefenen;

b. een aan de ingeschrevene opgelegde berisping;

c. een aan de ingeschrevene opgelegde geldboete;

2. Het derde lid komt als volgt te luiden:

3. Bij een aantekening als bedoeld in het eerste of tweede lid wordt vermeld:

a. de datum waarop van de schorsing een aantekening wordt geplaatst alsmede de duur van de schorsing, indien die reeds bekend is;

b. de datum waarop het bevel, de berisping, de geldboete, de in het eerste lid bedoelde voorwaarden of de ontzegging zijn gaan gelden alsmede, ingeval de voorwaarden of de in het tweede lid bedoelde maatregel tot een proeftijd zijn beperkt, de duur daarvan dan wel

c. de datum waarop de schorsing is geëindigd of vanaf welke het bevel, de in eerste lid bedoelde voorwaarden of de in het tweede lid bedoelde maatregel niet langer gelden.

3. Na het vierde lid wordt een vijfde lid toegevoegd, luidende:

5. De in het eerste lid, onderdeel b tot en met h, en de in het tweede lid bedoelde aantekening wordt gedurende een bij algemene maatregel van bestuur bepaalde termijn in het register vermeld en daarbij wordt indien bekend de aard van het vergrijp vermeld dat tot de aantekening heeft geleid.

4. In het eerste lid wordt na onderdeel c een onderdeel toegevoegd, luidende:

d. de ontzegging, bedoeld in artikel 48, derde lid, van het recht wederom in het register te worden ingeschreven.

1. In het tweede lid worden:

a. de onderdelen b tot en met e geletterd tot e tot en met h;

b. na onderdeel a worden drie onderdelen ingevoegd, luidende:

b. of ten aanzien van een ingeschrevene een bevel, inhoudende een beperking van de bevoegdheid in het register ingeschreven staande het betrokken beroep uit te oefenen, van kracht is, met, zo dit het geval is, een omschrijving van de inhoud van het bevel;

c. of met betrekking tot de ingeschrevene in het register een aantekening is opgenomen inzake een berisping, met, zo dit het geval is, onder vermelding van de aard van het vergrijp dat tot de oplegging van de berisping heeft geleid;

d. of met betrekking tot de ingeschrevene in het register een aantekening is opgenomen inzake een opgelegde geldboete, met, zo dit het geval is, onder vermelding van de aard van het vergrijp dat tot de oplegging van de berisping heeft geleid;

2. Onder vernummering van het derde lid tot het vierde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

3. Gedurende de periode dat daarvan op grond van artikel 11 openbaar kennis wordt gegeven, geldt een gelijke verplichting tot mededeling als bedoeld in het tweede lid ten aanzien van een in artikel 11, eerste lid, onderdeel b en d bedoelde doorhaling en ontzegging van het recht wederom in het register te worden ingeschreven.

Allereerst worden er meer maatregelen aangetekend in het BIG-register en wordt daarvan openbaar kennis gegeven. In het wetsvoorstel en de tweede en derde nota van wijziging was al voorzien in uitbreiding; bij deze nota wordt daar nog aan toegevoegd de tuchtrechtelijke boete. Uit het oogpunt van systematiek heb ik ervoor gekozen ook de tuchtrechtelijke boete aan te tekenen in het BIG-register en openbaar te maken. Voor zover mocht blijken dat de tuchtrechtelijke boete ook in de nabije toekomst geen enkele toepassing meer zal hebben, dient heroverweging van die maatregel in het kader van de aanpassing van het tuchtrecht plaats te vinden. Voor dit onderdeel van het voorstel van wet is het integrale voorstel tot wijziging van de wet BIG aldus.

Alle maatregelen en besluiten op grond van de wet BIG, met uitzondering van de tuchtrechtelijke waarschuwing, zullen worden aangetekend in het BIG register en daarvan zal openbaar kennis worden gegeven. Dit omvat ook het bevel van de IGZ op grond van artikel 87a van de wet, de maatregel wegens ongeschiktheid en het herzieningsbesluit van een tuchtrechtelijke maatregel op grond waarvan iemand opnieuw wordt ingeschreven in het register. Voor twee tuchtrechtelijke maatregelen geldt dat daarvan alleen openbaar wordt kennis gegeven en dat deze niet tevens zullen worden aangetekend in het BIG-register. Dit zijn de doorhaling en het verbod op wederinschrijving, aangezien een voor het aantekenen noodzakelijke inschrijving in het BIG-register in die gevallen ontbreekt. Voor het verbod op wederinschrijving geldt overigens dat op grond van de huidige wet daarvan geen openbare kennisgeving plaatsvindt. Deze nota van wijziging maakt mogelijk dat daarvan in de toekomst wel openbaar kennis van kan worden gegeven.

Ook voor maatregelen die gebaseerd zijn op een andere wet (een strafrechtelijke ontzetting uit het beroep, een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak waarbij de geregistreerde onder curatele is gesteld, welke beide leiden tot een doorhaling van de inschrijving) geldt dat daarvan wel openbaar kennis wordt gegeven, doch dat deze niet worden geregistreerd in het BIG-register, omdat de daarvoor noodzakelijk registratie in het register ontbreekt.

Ten slotte geldt voor een maatregel, berustend op een beslissing van een buitenlandse instantie, welke een beroepsbeperking inhoudt, dat deze wordt aangetekend in het BIG-register en dat daarvan openbaar kennis wordt gegeven.

De in het register opgenomen maatregelen zullen gedurende een bij algemene maatregel van bestuur geregelde termijn in het BIG-register opgenomen blijven. Bij de maatregel kan met betrekking tot de aangetekende maatregel worden gedifferentieerd voor de duur van de opname van de aantekening. Bij de aantekening zal de aard van het vergrijp dat tot de aangetekende maatregel heeft geleid worden vermeld voor zover die bekend is. Voor in het buitenland opgelegde maatregelen zal niet altijd duidelijk zijn welk vergrijp tot de opgelegde maatregel heeft geleid.

Ten tweede wordt de openbare kennisgeving van de hiervoor genoemde maatregelen gewijzigd. Van alle maatregelen die aangetekend zijn en waarvan openbaar kennis wordt gegeven, zal ook na afloop van de duur van die maatregel gedurende een bij algemene maatregel van bestuur bepaalde periode de aantekening in het register en de openbare kennisgeving doorlopen. Na ommekomst van die termijn zal de maatregel niet meer in het BIG-register te raadplegen zijn. Dit betekent dat het karakter van het BIG-register, oorspronkelijk een actueel register, aangevuld wordt met beperkt historische informatie. Maatregelen die in het verleden zijn opgelegd maar niet meer gelden (bijvoorbeeld omdat de werkingsduur is verstreken) zullen nog enige tijd raadpleegbaar zijn.

Evenals in de derde nota van wijziging is ook bij deze wijziging artikel 12 in dienovereenkomstige zin aangepast. Daarmee is geregeld dat bij een raadpleging van het register op grond van artikel 12 van de wet ook informatie wordt verstrekt inzake opgelegde maatregelen aan personen die niet meer geregistreerd staan in het register.