Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 november 2009
Tijdens het wetgevingsoverleg over het Belastingplan 2010 c.s. (Kamerstuk 32 128, nr. 17) heeft uw Kamer om nadere advisering door Actal op de onderwerpen kleinebanenregeling en werkkostenregeling gevraagd. Bijgevoegd treft u het advies van Actal over deze onderwerpen aan.1 In reactie hierop wilde ik u graag het volgende meegeven.
Actal constateert dat het oorspronkelijke voorstel in het Belastingplan 2010 voor een kleinebanenregeling, voorafgaand aan de wijziging in de derde nota van wijziging, zou leiden tot een substantiële verlichting van administratieve lasten. Gelet op de geluiden in uw Kamer heb ik in de derde nota van wijziging de maatregel zodanig aangepast, dat deze een tijdelijk karakter heeft gekregen. Door deze wijziging, en daarmee door het wegvallen van het op nul stellen van de loonbelasting, is deze substantiële verlichting van administratieve lasten verminderd. Deze constatering van Actal is een terechte. Dat neemt niet weg dat de wijziging is ingegeven door de weerstand die het voorstel in zijn oorspronkelijke vorm ontmoette. Daarnaast merk ik op dat het voorstel in zijn aangepaste vorm nog steeds leidt tot een reductie van administratieve lasten, hoewel tot een veel kleinere reductie.
Ik heb toegezegd dat het kabinet voor eind 2010 de ervaringen met de kleinebanenregeling zal evalueren. Indien uit deze evaluatie blijkt dat de ervaringen met de kleinebanenregeling positief blijken te zijn, dan zal ik met uw Kamer in gesprek gaan over een nieuw voorstel waarin ook de vereenvoudiging van de loonheffing zou kunnen worden opgenomen. Een dergelijk voorstel zou dan kunnen leiden tot de door Actal bepleite substantiële verlichting van de administratieve lasten van € 12,5 miljoen.
Actal constateert dat de wijzigingen in de werkkostenregeling geen effect hebben op de totale structurele administratieve lastenverlichting. Deze verlichting bedraagt € 124 miljoen in plaats van de door Actal genoemde € 150 miljoen. Actal constateert verder terecht dat het tot 2014 kan duren voordat de administratieve lastenverlichting op bedrijfsniveau voor iedereen merkbaar is aangezien bedrijven ervoor kunnen kiezen om de oude regels toe te passen. Actal vraagt het kabinet om een kwantificering. Op basis van de financiële afweging ga ik er vanuit dat circa een derde tot de helft van de bedrijven (gemeten naar loonsom) in 2011 meteen overstapt op de nieuwe regeling. In 2012 en 2013 zal dit verder groeien richting de 100% in 2014. Benadrukt kan worden dat bedrijven die de administratief belastende regels in 2011, 2012 en 2013 toepassen, daar zelf voor kiezen.