Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 september 2010
De vaste commissie voor Defensie heeft mij op 25 mei 2010 verzocht uiterlijk op Prinsjesdag een brief te sturen met een tussenstand van het Balkanonderzoek (kenmerk 32123-X-120/2010D23506). Met deze brief voldoe ik aan dit verzoek.
Het Balkanonderzoek moet inzicht geven in de vraag of er verschillen zijn in het vóórkomen van kanker en de mortaliteit tussen militairen die naar de Balkan uitgezonden zijn geweest, militairen die niet naar de Balkan uitgezonden zijn geweest en de Nederlandse populatie. De staatssecretaris heeft de Kamer op 19 april jl. geïnformeerd over de voortgang van het onderzoek (Kamerstuk 32 123 X nr. 120). In deze brief is gemeld dat het rapport in plaats van de tweede helft van dit jaar naar verwachting in het voorjaar van 2011 zal worden voltooid. De extra tijd heeft Defensie nodig om de persoonsgegevens die zij aan het RIVM levert aan te vullen en te controleren. Voorts is gemeld dat de onderzoekspopulatie is aangepast door deze te beperken tot (ex-) militairen van de Koninklijke landmacht.
Defensie heeft de benodigde aanvullende gegevens in het najaar van 2009 aan het RIVM geleverd. Ook heeft het RIVM van het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Nederlandse Kankerregistratie de voor het onderzoek noodzakelijke gegevens ontvangen. Het RIVM is momenteel bezig met de analyse van de gegevens. Na de voltooiing van het onderzoek zal ik het rapport, voorzien van een appreciatie, aan de Kamer aanbieden
De minister van Defensie,
E. van Middelkoop