Vastgesteld 30 maart 2010
De vaste commissie voor Defensie1, heeft een aantal vragen voorgelegd aan de bewindspersoon van Defensie over de brief van 21 januari 2010 inzake de Jaarrapportage geluidshinderklachten 2008 (Kamerstuk 32 123 X, nr. 94).
De bewindspersoon heeft deze vragen beantwoord bij brief van 29 maart 2010. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter
Van Miltenburg
Van Toor
1
Kunt u nader toelichten op basis van welke criteria iemand gerekend wordt tot de categorie «structurele klager»?
Defensie spreekt van «structurele klager» als iemand gedurende minimaal twee jaren meer dan één keer per week of per kwartaal 26 of meer klachten indient en het niet (meer) op prijs stelt om over zijn of haar klacht door Defensie te worden teruggebeld.
2
Kunt u de relatie tussen het Bureau Geluidhinder en Defensie nader toelichten? En zou u op basis van deze relatie dit bureau typeren als onafhankelijk van uw Ministerie?
Het Bureau Geluidhinder maakt deel uit van het Commando Luchtstrijdkrachten en coördineert de behandeling van mondelinge en schriftelijke geluidhinderklachten.
Omdat het Bureau Geluidshinder deel uitmaakt van het Commando Luchtstrijdkrachten heeft het rechtstreeks toegang tot en invloed op de bedrijfsprocessen bij de Luchtmacht. Dit stelt het commando Luchtstrijdkrachten in staat zo mogelijk snel maatregelen te nemen om de geluidsoverlast te verminderen.
Een Bureau Geluidshinder dat onafhankelijk van Defensie zou opereren, heeft deze mogelijkheden niet.