Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 december 2009
In het voorjaar van 2008 heb ik van het huidige bestuur van de Stichting Orthopedagogische Onderwijsinstellingen Arnhem en Omstreken een melding gekregen van mogelijke onregelmatigheden met betrekking tot de Arnhemse Buitenschool. In een brief van 10 oktober 2008 heeft het bestuur een en ander nader gepreciseerd.
De mogelijke onregelmatigheden waren door het huidige bestuur ontdekt na de fusie van de voormalige stichting ABS en de voormalige stichting De Radar. Het bestuur heeft vervolgens een intern en een extern onderzoek laten uitvoeren en tevens aangifte gedaan tegen de oud-directeur bij het OM.
Deze melding heeft geleid tot een onderzoek van de Directie Rekenschap van de Inspectie.
De onderzoeksvragen en bevindingen zijn (kort weergegeven):
• Wat is het bedrag van de onderwijsbekostiging die is verkregen en besteed door het aangaan van fictieve dienstverbanden en het doen van bovenmatige en onterechte (salaris) betalingen?
• Is sprake van andere mogelijk niet-toelaatbare constructies bij de aanstelling van bestuurders en medewerkers die zijn toegepast om bekostigingsvoordeel te krijgen door aanspraak op formatie te maximaliseren en is sprake van onrechtmatigheid bij aanstellingen van bestuurders en medewerkers? Er is sprake van dienstverbanden (of uitbreidingen daarvan) die zijn aangegaan als tegenprestatie voor een andersoortige prestatie (onder meer gratificatie die wordt uitbetaald door verhoging van de werktijdfactor).
• Is er nog in andere opzichten sprake van onderwijsbekostiging die niet wordt ingezet conform de wettelijke bestedingsmogelijkheden of die wordt ingezet voor uitgaven die niet passen in het normale uitgavenpatroon van de school? Het betreft een bedrag dat is aangewend ten behoeve van het opzetten van een projectplan voor de start van een nevenvestiging.
• Welke rol heeft het voormalige bestuur van de ABS gehad? Een bovenmatige inschaling van de voormalig algemeen directeur is zichtbaar geautoriseerd door het bestuur c.q. bestuursleden. Ook is het bestuur zichtbaar op de hoogte geweest van een deel van de dienstverbanden (of uitbreidingen daarvan).
Met de geconstateerde onregelmatigheden is een bedrag gemoeid van omstreeks € 350 000,–. Het is mijn vaste beleid dat ik onrechtmatig verkregen of bestede bekostiging integraal terugvorder. Wel houd ik daarbij rekening met de draagkracht van een schoolbestuur in de zin dat een bestuur mij kan verzoeken om een terugbetalingsregeling. Zeker in situaties als de onderhavige – waarin een (rechtsopvolgend) schoolbestuur de onregelmatigheden zelf bij mij heeft aangemeld – kan zo’n verzoek op een welwillende ontvangst rekenen.
De FIOD heeft gevraagd of ik ook aangifte wil doen in deze zaak. Het vorenstaande is voor mij aanleiding geweest om op dit verzoek in te gaan en aangifte te doen van vermoedelijk strafbare feiten jegens de oud-bestuursleden en oud-directeur.