Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 november 2009
In de Memorie van Toelichting bij de begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor 2010 is vermeld dat eind 2008 is gestart met een herziening van het Matra-programma, die erop is gericht om – met behoud van de belangrijkste karakteristieken – de relevantie en doelmatigheid van het programma te vergroten, om daarmee beter aan te sluiten bij de huidige uitdagingen.
De herziening is uitgewerkt in bijgaande notitie.1 Daarin wordt, na een terugblik op hoofdlijnen en een globaal overzicht van bereikte resultaten, een onderbouwing gegeven van de wenselijkheid om het Matra-programma ook in de komende jaren voort te zetten, maar dan op nieuwe leest geschoeid. Vervolgens worden de beleidsvoornemens gepresenteerd voor beperking van het aantal landen, meer thematische focus, vereenvoudiging van het instrumentarium en delegatie van een groter deel van het budget naar posten.
Invoering van het herziene beleid zal, zoals voorzien, met ingang van 2010 plaatsvinden. De invoering zal gefaseerd plaatsvinden, omdat in een aantal gevallen bestaande verplichtingen doorlopen na 1 januari 2010. Deze zullen uiteraard worden gehonoreerd.