Kamerstuk 32002-20

Amendement van het lid Van Gerven dat regelt dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat artikelen of onderdelen daarvan uit de Natuurbeschermingswet 1998 en Flora- en faunawet niet van toepassing zijn op bij of krachtens die maatregel aangewezen activiteiten in het kader van visserij in de exclusieve economische zone

Dossier: Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet in verband met uitbreiding van de werkingssfeer van beide wetten naar de exclusieve economische zone


Nr. 20 AMENDEMENT VAN HET LID VAN GERVEN

Ontvangen 14 juni 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel F, wordt artikel 22a als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. In het eerste lid (nieuw) wordt «De paragrafen 2 en 3 zijn niet van toepassing op activiteiten» vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat de paragrafen 2 en 3, of verschillende artikelen of onderdelen daarvan, met uitzondering van artikel 19b in samenhang met artikel 19a, niet van toepassing zijn op bij of krachtens die maatregel aangewezen activiteiten.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Het ontwerp van een krachtens het eerste lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan worden gedaan nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken, tenzij binnen die termijn door of namens een der kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend.

II

In artikel II, onderdeel B, wordt artikel 1a als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt «Deze wet is niet van toepassing op activiteiten» vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat deze wet, of verschillende artikelen of onderdelen daarvan, niet van toepassing is op bij of krachtens die maatregel aangewezen activiteiten.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Het ontwerp van een krachtens het tweede lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan worden gedaan nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken, tenzij binnen die termijn door of namens een der kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend.

Toelichting

Dit amendement regelt dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat artikelen of onderdelen daarvan uit de Natuurbeschermingswet 1998 en Flora- en Faunawet niet van toepassing zijn op bij of krachtens die maatregel aangewezen activiteiten in het kader van de visserij in de exclusieve economische zone. Het amendement strekt er tevens toe om ten aanzien van deze algemene maatregelen van bestuur een voorhangprocedure in de wet op te nemen.

Het lijkt de indiener niet wijs om hard in de wet een uitsluitingspost op te nemen betreffende visserij. Mocht de regering het wenselijk vinden om uitzonderingen te maken, dan kan dit via een algemene maatregel van bestuur met voorhang geregeld worden. Hierdoor beperkt de regering zichzelf niet onnodig en is de invloed van de Kamer maximaal. Daarnaast brengt dit amendement de nodige flexibiliteit zodat indien gewenst of noodzakelijk wegens nieuwe regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid, aanpassingen kunnen plaatsvinden.

Van Gerven