Ontvangen 27 oktober 2009
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Het in artikel I, onderdeel B, opgenomen artikel 1a van de Successiewet 1956 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het zesde lid tot zevende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
6. De in het vierde lid, onderdeel c, gestelde voorwaarde geldt niet voor personen die tot het tijdstip van het overlijden of de schenking gedurende een onafgebroken periode van ten minste vijf kalenderjaren een gezamenlijk huishouding hebben gevoerd, blijkend uit een inschrijving in de basisadministratie persoonsgegevens of een daarmee naar aard en strekking overeenkomende administratie buiten Nederland op hetzelfde adres.
2. In het zevende lid (nieuw) wordt «het vierde lid» vervangen door: het vierde en zesde lid.
De voorgestelde wijziging houdt in dat personen die voorafgaand aan het tijdstip van het overlijden of de schenking gedurende een onafgebroken periode van vijf kalenderjaren een gezamenlijke huishouding hebben gevoerd geen samenlevingscontract met een wederzijdse zorgverplichting hoeven te sluiten om aangemerkt te worden als partners. De gezamenlijke huishouding dient te blijken uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens of een daarmee vergelijkbare buitenlandse administratie.
Koşer Kaya