Gepubliceerd: 1 april 2009
Indiener(s): John Leerdam (PvdA)
Onderwerpen: bestuur gemeenten
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31840-4.html
ID: 31840-4

31 840
Samenvoeging van de gemeenten Abcoude, Breukelen, De Ronde Venen en Loenen

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 1 april 2009

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen tijdig en genoegzaam zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave blz.

1. Inleiding 1

2. Herindelingsadvies van de provincie 2

3. Beleidskader 2

4. Draagvlak 2

5. Interne en regionale samenhang en evenwicht 4

6. Financiële aspecten 7

7. Inwerkingtreding 7

1. Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben kennis genomen van het voorliggende voorstel. Zij hebben over het voorstel een aantal vragen.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het dit wetsvoorstel. Ook bij hen leven enkele vragen hierover.

De leden van de SP-fractie hebben met grote verbazing kennisgenomen van dit voorstel voor gemeentelijke herindeling.

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel tot samenvoeging van de gemeenten Abcoude, Breukelen, De Ronde Venen en Loenen.

De leden van de CU-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel om de gemeenten Abcoude, Breukelen, De Ronde Venen en Loenen samen te voegen tot een nieuwe gemeente genaamd De Ronde Venen. Deze leden hebben echter nog enkele vragen.

De leden van de SGP-fractie hebben bedenkingen bij de vraag of het wenselijk is om de vier gemeenten Abcoude, Breukelen, De Ronde Venen en Loenen samen te voegen tot één gemeente Vecht en Venen. Die bedenkingen komen voort uit het gebrek aan draagvlak voor deze herindeling in diverse gemeenten die het betreft, de wijze waarop alternatieven zijn overwogen en de grootte van de gemeente.

2. Herindelingsadvies van de provincie

De leden van de SGP-fractie vragen aandacht voor het feit dat de provincie het herindelingsadvies heeft opgesteld op verzoek van de gemeente Abcoude. Vervolgens stelt de regering dat de overige betrokken gemeenten hiermee instemden. Graag vernemen deze leden wat deze instemming precies inhield. Wat is naar het oordeel van de regering de status van deze instemming geweest? Er kan toch niet gesteld worden dat bij elk van de betrokken gemeenten die instemming ook gericht was op de wenselijkheid van herindeling?

3. Beleidskader

De leden van de CDA-fractie merken op dat Abcoude en De Ronde Venen al lang, tot wederzijdse tevredenheid samenwerken. De Kamer heeft in december 2008 de motie-Bilder c.s. (TK 31 700 VII, nr. 22) aangenomen waarin samenwerking als alternatief voor herindeling wordt bepleit. Waarom is er niet gekozen voor verbreding van de goede lopende samenwerking in plaats van gedwongen herindeling?

Voorts vragen deze leden hoe de regering dit herindelingvoorstel plaatst in het kader van het coalitieakkoord waarin staat dat herindelingen alleen plaatsvinden bij voldoende lokaal draagvlak?

Graag worden de leden van de VVD-fractie door de regering nader geïnformeerd over de argumentatie voor de opvatting dat het ontvangen herindelingsadvies van Provinciale Staten van Utrecht goed past binnen de uitgangspunten van het Beleidskader gemeentelijke herindeling en de afspraken in het coalitieakkoord.

4. Draagvlak

De leden van de CDA-fractie vragen of de conclusie juist is dat de gemeente «De Ronde Venen» het herindelingvoorstel alleen wil steunen als er wordt voldaan aan een aantal financiële voorwaarden? Is het de regering bekend dat het voorliggende voorstel daarom door de raadsmeerderheid , die herindeling bespreekbaar vindt, wordt afgewezen?

Deelt de regering de conclusie van deze leden dat het voorliggende voorstel nog maar door één gemeente (Abcoude) wordt gesteund?

Staat de onvrijwilligheid bij het voorliggende voorstel de kans op succes in de weg? Valt er aan de ervaringen met eerdere onvrijwillige herindelingen een conclusie te verbinden? Deze leden ontvangen graag een reactie van de regering op deze punten.

Het baart de leden van de PvdA-fractie zorgen dat er in het betrokken gebied verdeeldheid bestaat over deze samenvoeging van gemeenten. Zo vragen deze leden zich af of er wel sprake is van voldoende draagvlak als twee van de vier betrokken gemeenteraden geen steun uitspreken voor deze samenvoeging? Daar tegenover staat, zo menen deze leden, dat er goede inhoudelijke overwegingen zijn aangevoerd voor deze samenvoeging. Bovendien hebben GS en PS van de provincie Utrecht zich hiervoor uitgesproken en heeft deze samenvoeging een lange voorgeschiedenis van het zoeken naar andere oplossingen voor de bestuurlijke problemen in het gebied. Hoe beoordeelt de regering het ontbreken van een stevig draagvlak in relatie tot de zwaarwegende overwegingen voor deze samenvoeging? In hoeverre kan het ontbreken van draagvlak bij een deel van de betrokkenen een probleem opleveren voor het functioneren van de nieuwe gemeente?

Deze leden vragen voorts wanneer de gemeenteraad van Loenen zich heeft uitgesproken voor samenvoeging van Loenen, Breukelen en Abcoude? (zie blz. 2 MvT) Welke inhoudelijke argumenten hebben de huidige gemeenteraad van dat standpunt afgebracht? Hoe beoordeelt de regering deze argumenten? En hoe moet worden omgegaan met wisselende meerderheden in een zorgvuldig en derhalve vaak langdurig herindelings-proces?

Is de regering het met de leden van de PvdA-fractie eens dat bij iedere samenvoeging de betrokkenheid van de afzonderlijke kernen bij het bestuur een aandachtspunt is en dat deze gebaat is bij vormen van vertegenwoordiging die kan dienen als aanspreekpunt voor het gemeentebestuur, zoals dorpsraden? Is de regering bereid dit onder de aandacht te brengen van de nieuwe gemeente?

Voor de leden van de SP-fractie zijn belangrijke criteria ter beoordeling van de noodzaak van herindeling de bestuurskracht van gemeenten en, in de eerste plaats, het draagvlak onder de inwoners. Ook de regering zegt dat herindelingen alleen plaats kunnen vinden van onderaf, als hiervoor steun is van de bevolking. Hoe oordeelt de regering over het draagvlak onder de bevolking in de betreffende gemeenten? Hoe hebben inwoners zich voor of tegen voorgenomen herindeling kunnen uitspreken? Voor welke problemen is deze herindeling een oplossing, zo vragen deze leden.

De gemeenteraden van Loenen en Breukelen hebben zich tegen dit voorstel voor herindeling uitgesproken. De gemeenteraad van De Ronde Venen heeft voorwaarden gesteld, vooral op financieel gebied, waar niet aan is tegemoetgekomen. Slechts de gemeenteraad van Abcoude ondersteunt het voorliggende voorstel. Deze leden ontvangen graag een nadere beschouwing van de regering dat het draagvlak voor deze herindeling toch toereikend is.

Uit de ingediende reacties en de bijdragen aan de hoorzitting is de leden van de VVD-fractie gebleken dat er in het gebied zeer verschillend wordt gedacht over het voorliggende voorstel. Kort samengevat blijkt dat de gemeente De Ronde Venen extra voorwaarden stelt in financiële zin, de gemeente Abcoude akkoord gaat en de gemeenten Breukelen en Loenen zich niet kunnen vinden in dit voorstel. De leden van de VVD-fractie vragen daarom een nadere uiteenzetting van de regering ten aanzien van het draagvlak van dit voorstel.

De leden van de CU-fractie constateren dat de betrokken gemeenten verschillende voorkeuren hebben ten aanzien van herindeling. De leden vragen om een nadere onderbouwing van de stelling dat het huidige voorstel kan rekenen op voldoende draagvlak binnen de verschillende gemeenten.

De leden van de SGP-fractie vinden het opmerkelijk dat eigenlijk alleen Abcoude positief gestemd is over de voorgestelde herindeling. De andere gemeenten zijn of zeer negatief of gaan alleen onder voorwaarden akkoord. Dat is deze leden onlangs nog gebleken bij het werkbezoek dat de Kamercommissie aan het gebied heeft gebracht. De stelling van de regering dat er «voldoende draagvlak» bestaat voor deze herindeling roept vragen op. Kan worden toegelicht wat de regering hiermee bedoelt?

Op politiek-bestuurlijk niveau kan er gesproken worden over al dan niet enthousiast draagvlak voor deze herindeling. Dat wil nog niet zeggen dat dit draagvlak er ook maatschappelijk gezien is. Uit de vele inspraakreacties blijkt ook dat dit draagvlak er bij een belangrijk deel van de bevolking niet is. In hoeverre heeft dit verschil voor de regering nog een rol gespeeld bij de overwegingen inzake deze herindeling? Is een eenzijdige oriëntatie op bestuurlijk draagvlak niet een te enge interpretatie van het draagvlakprincipe uit het beleidskader, dat ook uitdrukkelijk spreekt over de burgers? De regering schrijft in de toelichting dat het (lokale) draagvlak niet maximaal is, maar wel voldoende. De leden van de SGP-fractie vragen zich af wanneer er in de ogen van de regering wel sprake zou zijn van onvoldoende draagvlak bij de bevolking. Wat voor criteria worden daarbij gehanteerd? Hoe wordt voorkomen dat het uitgangspunt, dat een herindeling van onderop moet komen, een uitgangspunt zonder concreet effect wordt? Deze leden ontvangen graag een reactie van de regering op deze punten.

Meer concreet vragen de leden van de SGP-fractie of wel zorgvuldig is vastgesteld dat het draagvlak voor een gemeente Vecht en Venen groter is dan het draagvlak voor een Veenweidengemeente en een Vechtgemeente. Is samenvoeging van de gemeenten Breukelen en Loenen in de ogen van de regering per definitie een onjuiste keuze, die onvoldoende toekomstgericht is? Welk onderzoek is daarnaar verricht, zo vragen zij. In dit verband zouden deze leden ook de visie van de regering willen vernemen op de veel grotere afstand tussen burgers en bestuur die zal ontstaan als gevolg van de samenvoeging van de vier gemeenten, zeker ook gezien de barrières van weg, water en spoor en de verschillende oriëntatie van de burgers die hiermee samenhangen.

5. Interne en regionale samenhang en evenwicht

De leden van de CDA-fractie constateren dat de gemeentebesturen van Breukelen en Loenen benadrukken, gesteund door hun inwoners, dat er weinig tot geen banden bestaan met de gemeente De Ronde Venen. Er wordt gerept over grote verschillen in ambitie: de Vechtgemeenten willen conserveren, De Ronde Venen wil ontwikkelen. Heeft dit gegeven een rol gespeeld bij de gemaakte keuzes? En zo ja hoe?

Diverse insprekers uit Loenen en Breukelen gaven tijdens de hoorzitting aan geen problemen te kennen, en van mening te zijn dat de herindeling vooral een oplossing is voor de problemen van Abcoude. Graag ontvangen de aan het woord zijnde leden een reactie van de regering op deze kritiek.

Voorts vragen zij welke consequenties dit herindelingvoorstel met zich brengt voor de intergemeentelijke samenwerking in het gebied, nu er steeds meer taken door de grotere (nieuw gevormde) gemeenten in het eigen gemeentehuis kunnen worden uitgevoerd. En welke gevolgen heeft dit voorstel voor de resterende gemeenten, met minder dan 60 000 inwoners, in het gebied? Zij ontvangen graag een reactie van de regering op deze punten.

De leden van de SP-fractie vragen welke problemen van de gemeente Abcoude door deze herindeling worden opgelost? Waarom is het niet mogelijk om deze problemen op een andere wijze op te lossen, bijvoorbeeld door nauwere samenwerking met omliggende gemeenten?

Voorts vragen deze leden of de regering hun opvatting deelt dat in de voorgestelde herindeling sprake is van twee heel verschillende gebieden, die bovendien worden gescheiden door een muur van infrastructuur.

In dit licht ontvangen deze leden ook graag antwoord op enkele concrete vragen. Waar komt het gemeentehuis van de nieuwe gemeente? Hoe lang duurt het om met het openbaar vervoer van Kockengen naar het huidige gemeentehuis van De Ronde Venen te komen? Hoe lang bedraagt de reistijd naar dat gemeentehuis vanuit respectievelijk Breukelen, Vreeland, Loenen en Nigtevecht?

Bestuurskracht en duurzaamheid

De leden van de CDA-fractie stellen vast dat de gemeenten Breukelen en Loenen willen samengaan. Er ontstaat dan een gemeente met circa 23 000 inwoners met een conserverende taakstelling. Recent zijn er in de provincies Noord- en Zuid-Holland door herindeling gemeenten met eenzelfde inwoneraantal ontstaan. Is deze vrijwillige herindeling niet de verkiezen boven het voorliggende voorstel, zo vragen deze leden.

De leden van de PvdA-fractie lezen in de MvT dat er sprake is van een noodzakelijke en urgente samenvoeging. Deze leden hebben behoefte aan een nadere toelichting op dit punt. Wat gaat er mis als deze samenvoeging niet plaatsvindt, maar er geen, of een andere samenvoeging plaatsvindt? Deze leden stellen prijs op een antwoord per betrokken gemeente.

De vraag naar versterking van de bestuurskracht mag dan volgens de leden van de SGP-fractie belangrijk zijn, maar daarvoor dient wel vastgesteld te worden dat er ook daadwerkelijk sprake is van een gebrek aan bestuurskracht dat niet op een andere manier kan worden opgelost. Het is deze leden onvoldoende duidelijk geworden in hoeverre er serieus is gekeken naar alternatieven anders dan gemeentelijke herindeling, zoals intensieve samenwerking of dienstverlening voor bepaalde thema’s door een naburige gemeente. Kan hier nader op worden ingegaan, zo vragen zij de regering.

Het gebrek aan bestuurskracht op korte termijn kan een reden zijn om over te gaan tot herindeling. Bij de vorming van een zo grote gemeente als voorgesteld, moet er ook uitdrukkelijk aandacht zijn voor de vraag in hoeverre het ook logisch is om te veronderstellen dat ook op lange termijn daadwerkelijk sprake is van problemen ten aanzien van de bestuurskracht. De leden van de SGP-fractie zijn er nog niet van overtuigd geraakt dat bij de toepassing van alternatieven die problemen moeilijk om op te lossen zijn. In dit verband wijzen de leden van de SGP-fractie op de visie van Gedeputeerde Staten van Utrecht over de samenhang tussen de toekomstbestendigheid van de te vormen gemeente en de omvang van de gemeentelijke opgaven. In hoeverre heeft het gebrek aan bestuurskracht niet ook in belangrijke mate te maken met eventuele overdracht van bevoegdheden aan gemeenten door een volgende kabinet? Gaat het niet vooral om problemen die (nog) niet spelen, zo vragen zij.

Alternatieven

De leden van de CDA-fractie vragen of de opstelling van Maarssen, dat kennelijk bereid is tot samenwerking en eventueel samengaan met Breukelen en Loenen een rol gespeeld in de afwegingen. Zo ja, welke rol, zo vragen deze leden.

De leden van de PvdA-fractie wijzen op het feit dat de Gebiedscommissie Utrechtse Vecht en Weiden vreest dat een duurzame toekomst voor het gebied bedreigd wordt door een onlogische herindeling van het gebied. Deze commissie pleit voor een Vechtgemeente die tenminste Maarssen, Breukelen en Loenen omvat. Wat is nu het laatste standpunt van de gemeenteraad van Maarssen, zo vragen de leden van de PvdA-fractie zich af? Wat is de opvatting van de regering over deze opvatting van deze door het provinciaal bestuur van Utrecht ingestelde gebiedscommissie?

De leden van de SP-fractie vragen aandacht voor het feit dat de gemeenten Loenen en Breukelen hebben aangegeven wel iets te voelen voor onderlinge samenvoeging. Hoe staat de regering hier tegenover, zo vragen deze leden. De Ronde Venen is bereid samen te gaan met Abcoude, op voorwaarde dat de gemeente er financieel niet op achteruit gaat. Waarom kan de regering niet aan deze wens met deze voorwaarde voldoen?

Uit mondelinge en schriftelijke bijdragen is de leden van de VVD-fractie gebleken dat om heel verschillende redenen de gemeentebesturen van Loenen en Breukelen en een aantal belangenorganisaties een sterke voorkeur hebben voor de samenvoeging van Loenen en Breukelen. Deze leden ontvangen gaarne een opvatting van de regering ten aanzien van dit alternatief. Is de regering het met hen eens dat het samenvoegen van slechts deze twee gemeenten voor de toekomst een te kleinschalige bijdrage is voor de oplossing van de geconstateerde bestuurlijke problematiek?

Uit gesprekken en uit de hoorzitting is dezelfde leden ook gebleken dat er echter veel steun is voor het samenvoegen van de gemeenten Maarssen, Loenen en Breukelen tot een Vechtgemeente.

Bij brief van 18 november 2008 hebben de politieke partijen van de gemeente Maarssen zich met een brief tot de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gericht, waarin zij zich uitspreken voor de totstandkoming van een dergelijke Vechtgemeente. De brief was ondertekend door het CDA, de VVD, M2000 en GroenLinks. Met dit voorstel ontstaat een krachtige Vechtgemeente met veel parallelle belangen en een inwonertal van boven de 40 000 inwoners. Gaarne vernemen deze leden de opvatting van de regering over dit alternatief.

Met het samenvoegen van de gemeenten De Ronde Venen en Abcoude zou dan een bestuurskrachtige Venengemeente ontstaan van ruim 40 000 inwoners. Ook ten aanzien van dit alternatief vragen de leden van de VVD-fractie de opvatting van de regering.

De leden van de SGP-fractie brengen in herinnering dat in een eerder stadium werd gesproken over een herindeling waarbij twee nieuwe gemeenten gevormd werden, ongeveer ten westen en ten oosten van de A2. De regering stelt in dit verband dat geen van de varianten kon rekenen op voldoende draagvlak. De leden van de SGP-fractie zouden graag van de regering vernemen hoe dit gebrek aan draagvlak precies is afgewogen ten opzichte van het eveneens ontbrekende draagvlak voor de vorming van één grote gemeente. Is wel zorgvuldig vastgesteld dat het draagvlak voor een gemeente Vecht en Venen groter is dan het draagvlak voor een Veenweidengemeente en een Vechtgemeente? Is samenvoeging van de gemeenten Breukelen en Loenen in de ogen van de regering per definitie een onjuiste keuze, die onvoldoende toekomstgericht is? Welk onderzoek is daarnaar verricht?

Kockengen

De leden van de CU-fractie merken op dat Kockengen eventueel bij een toekomstige herinrichting van Utrecht Zuid-West wordt samengevoegd met Woerden. Deze leden vragen op welke termijn deze afweging wordt gemaakt. Bovendien vragen de leden zich af of de huidige procesgang extra kosten met zich meebrengt, doordat Kockengen eerst wordt samengevoegd wordt met de gemeente Vecht en Venen en vervolgens eventueel weer wordt losgemaakt van deze gemeente.

Het zou naar de mening van de leden van de SGP-fractie, gezien de visie van veel inwoners van Kockengen dat een overgang naar de gemeente Woerden gewenst is, voor de hand hebben gelegen wanneer ook tenminste Kockengen bij dit herindelingsadvies betrokken was geweest. Waarom is dit niet gedaan, zo vragen zij.

Ter inzage legging gewijzigde herindelingsvariant

De leden van de SP-fractie constateren dat bij een eerste ontwerp van herindeling de zogenoemde Arhi-procedure is gevolgd. Dit voorstel stuitte op weerstand van de bevolking. De provincie Utrecht kwam vervolgens met een nieuw voorstel, waarvoor, naar de mening van de aan het woord zijnde leden, echter niet de gebruikelijke procedure is gevolgd. Wat is de reactie van de regering op de uitspraak van bestuurskundigen van de Universiteit van Amsterdam, die de handelwijze van de provincie Utrecht «onbehoorlijk en zelfs onwetmatig» hebben genoemd? Waarom heeft de regering, ondanks de procedurele gebreken, dit voorstel voor herindeling toch naar de Tweede Kamer gestuurd?

Tijdens de ter inzage legging van varianten van het herindelingontwerp is door twee gemeenten een nieuwe variant aangedragen op basis van de zienswijzen. De leden van de CU-fractie vragen of ook in de andere gemeenten soortgelijke varianten genoemd werden of dat enkel uit de genoemde twee gemeenten deze variant naar voren kwam. Deze leden zouden graag nader toegelicht zien waarom de ter inzage legging van een nieuwe variant niet noodzakelijk is op grond van artikel 8 lid 3 en 4 Wet-Arhi. Deze leden zijn met name benieuwd naar de gevolgen van het inbrengen van een variant door de ene gemeente en de gevolgen voor betrokken andere gemeenten en de precedentwerking van de huidige procedure.

6. Financiële aspecten

De leden van de PvdA-fractie vragen de regering inzicht te verschaffen in de financiële positie van alleen een samengevoegd Abcoude en De Ronde Venen en een samengevoegd Loenen en Breukelen, en deze gegevens af te zetten tegen de financiële positie van de nu voorgestelde gemeente Vecht en Venen. Zij ontvangen deze informatie graag met het oog op de opvattingen in De Ronde Venen hierover.

De leden van de SP-fractie hebben vragen over de financiële aspecten. De regering geeft aan dat de nieuwe gemeente € 1,5 mln. minder gaat ontvangen aan algemene uitkering uit het gemeentefonds, dan nu het geval is bij de som van de algemene uitkeringen. Zij verwacht dat deze structurele verlaging opgevangen wordt door de te verwachten vermindering van de bestuurskosten en andere efficiencyvoordelen. Deelt de regering de vrees van de leden van de fractie van de SP dat de herindeling gepaard zal gaan met aanloopkosten? Is de regering bereid financieel bij te springen als blijkt dat de voorgenomen bezuiniging niet wordt gehaald?

De leden van de SGP-fractie merken op dat de gemeente De Ronde Venen als voorwaarde voor herindeling heeft gesteld dat er sprake moet zijn van een «gezonde financiële basis» voor de nieuwe gemeente en de beschikbaarheid van extra middelen. Deze leden vragen zich af in hoeverre nu voldaan is aan deze voorwaarden en wat het ontbreken daarvan betekent voor het draagvlak bij deze gemeente.

7. Inwerkingtreding

De leden van de PvdA-fractie vragen wat er mis gaat als deze samenvoeging niet per 1 januari a.s. plaatsvindt. Zij stellen prijs op een antwoord per betrokken gemeente.

Ten aanzien van de inwerkingtreding hebben de leden van de VVD-fractie zorgen over de datum van 1 januari 2010. Gezien de grote verschillen van opvatting in het gebied is er nog veel te doen voordat alle voorbereidingen zijn getroffen. Ook weigeren gemeentebesturen thans nog om mee te werken aan de voorbereiding omdat zij hopen op een ander eindresultaat. Lijkt het niet verstandig om na het definitieve besluit iedereen een jaar extra de tijd te geven ten behoeve van de realisering van het voorstel? De ingangsdatum zou dan kunnen zijn: 1 januari 2011. Wat is de opvatting van de regering ten aanzien van dit aspect? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering.

De voorzitter van de commissie,

Leerdam

Adjunct-griffier van de commissie,

Hendrickx


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), Halsema (GL), Van der Staaij (SGP), De Pater-van der Meer (CDA), Van Bochove (CDA), Gerkens (SP), Sterk (CDA), Leerdam (PvdA), voorzitter, De Krom (VVD), ondervoorzitter, Griffith (VVD), Boelhouwer (PvdA), Irrgang (SP), Kalma (PvdA), Schinkelshoek (CDA), Van der Burg (VVD), Brinkman (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Thieme (PvdD), Kuiken (PvdA), Leijten (SP), Heijnen (PvdA), Bilder (CDA), Anker (CU) en Vacature (CDA).

Plv. leden: Teeven (VVD), Heemelaar (GL), Van der Vlies (SGP), Van de Camp (CDA), Smilde (CDA), Polderman (SP), Spies (CDA), Wolbert (PvdA), Aptroot (VVD), Zijlstra (VVD), Vermeij (PvdA), Van Gerven (SP), Heerts (PvdA), Çörüz (CDA), Remkes (VVD), De Roon (PVV), Van der Ham (D66), Van Bommel (SP), Ouwehand (PvdD), Timmer (PvdA), De Wit (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Van Haersma Buma (CDA), Cramer (CU) en Knops (CDA).