Ontvangen 19 maart 2009
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I, onderdeel AAA, wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste punt, wordt «dertig procent» vervangen door: veertig procent.
2. Het tweede punt vervalt.
3. Het derde punt wordt vernummerd tot het tweede punt.
Dit amendement verhoogt het programmaversterkingsbudget van dertig naar veertig procent van het totaalbudget. Dat is van belang omdat de pluriformiteit van de omroepen gering is met een overschot aan witte, grijze leden. Door meer budget toe te kennen aan de raad van bestuur heeft deze meer mogelijkheden om te sturen op een evenwichtig totaalaanbod en lacunes in de pluriformiteit te dichten, bijvoorbeeld als het gaat om jongeren in de grote steden.
Omdat het van belang is dat het programmaversterkingsbudget voor lacunes wordt gebruikt laat dit amendement de voorgestelde wijziging van artikel 2.150, tweede lid, vervallen. Het huidige artikel 2.150, tweede lid, blijft hierdoor bestaan, hetgeen bepaalt dat onder versterking van het media-aanbod wordt verstaan:
a. versterking van het onderscheidende karakter van het media-aanbod;
b. bevordering van een herkenbaar media-aanbod op de onderscheiden aanbodkanalen, waaronder de bevordering van samenwerkingsprojecten;
c. bevordering van media-aanbod gericht op specifieke bevolkings- en leeftijdsgroepen, waaronder in elk geval jeugd en minderheden; en
d. bevordering van media-aanbod van culturele aard en programma-aanbod dat betrekking heeft op kunst, waaronder in elk geval toneel, documentaires, film, hoorspelen, klassieke muziek en opera.
Peters