Voorgesteld 10 maart 2009
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat op grond van de Richtlijn passende arbeid 2008 het UWV dient na te gaan of het aangeboden werk in redelijkheid van de betrokkene kan worden gevraagd;
van mening, dat het begrip «redelijkheid» ertoe leidt dat er een belangenafweging plaatsvindt en dit van groot belang is;
van mening, dat het UWV intern zodanig moet werken dat in gelijke gevallen ook gelijke behandeling plaatsvindt;
verzoekt de regering te bevorderen dat het UWV via interne richtlijnen bovenstaande werkwijze hanteert voor werkzoekenden bij de start van het traject naar passende arbeid, zodat hier helderheid over bestaat, en de Kamer hierover nader te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ortega-Martijn