Ontvangen 10 december 2008
Graag willen wij de leden van de verschillende fracties bedanken voor hun bijdragen. In het onderstaande gaan wij in op de vragen en opmerkingen in het tweede nader verslag.
Met tevredenheid hebben wij geconstateerd dat de leden van de fracties van het CDA, de ChristenUnie en de PvdA de in het nader verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende beantwoord achten.
De leden van de fracties van het CDA en de ChristenUnie verwijzen naar de toezegging van de regering om uiterlijk 8 december 2008 een lijst met wegen te overleggen. Ook de leden van de fractie van de VVD refereren aan de toezegging om op korte termijn de Kamer nader te informeren. De woensdag 3 december 2008 tijdens de behandeling van begroting (Kamerstukken 2008/09 II 31 700 XII en A) toegezegde brief is op dezelfde datum als deze nota toegestuurd aan de voorzitter van de Tweede Kamer.
Met de leden van de fractie van de PvdA zijn wij van mening dat zorgvuldigheid gewenst is. Zoals ook opgemerkt in onze nota naar aanleiding van het nader verslag, veroorzaakt uitstel van behandeling van het wetsvoorstel grote onduidelijkheid voor de uitvoeringspraktijk. Dit wetsvoorstel is met voorrang door het kabinet voorbereid en is gericht op een spoedige inwerkingtreding. Wij hopen dat de leden van de PvdA-fractie, mede in het licht van de toegezegde brief, toch mogelijkheden zien om de openbare behandeling van het wetsvoorstel voor het aanstaande kerstreces te laten plaatsvinden.
Wij zijn blij dat de leden van de fracties van het CDA, de ChristenUnie en de PvdA een hernieuwde gang naar de Raad van State niet (langer) nodig achten. Wij hopen dat met de toegezegde brief ook de leden van de fractie van de VVD het standpunt van de leden van de genoemde fracties delen.
Wij constateren dat de leden van de fracties van de SP en van de SGP toch onverkort vasthouden aan hun wens om alsnog het kabinet te verzoeken de Raad van State om (spoed)advies te vragen over de wijziging van de Tracéwet.
Wij kunnen ons niet vinden in de suggestie van de leden van de fractie van de SP dat wij afzien van nadere advisering als zou de regering iets te verbergen hebben. Onder verwijzing naar het openbare oorspronkelijk wetsvoorstel en het dito advies van de Raad van State, geven we de navolgende verdieping op onze eerdere toelichtingen. Wij hopen hiermee de zorgen van de leden van zowel de SP-fractie als de SGP-fractie weg te kunnen nemen en over te kunnen gaan tot een behandeling van het wetsvoorstel voor het kerstreces.
Op 11 juli 2008 heeft de ministerraad besloten het wetsvoorstel tot wijziging van de Spoedwet wegverbreding (vereenvoudiging onderzoekslast) aan de Raad van State toe te zenden om advies. Op 27 september 2008 is de tekst van het oorspronkelijk voorstel van wet en van de bijbehorende memorie van toelichting – tegelijkertijd met de indiening van het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer – ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.
Het is goed om te wijzen op twee onderdelen uit dat wetsvoorstel. Daaruit blijkt dat de vereenvoudiging van onderzoekslast in het oorspronkelijk wetsvoorstel al betrekking had op een groot aantal tracéwetprojecten (oorspronkelijk artikel I, onderdeel G1 ) en bovendien ook op een in beginsel ongelimiteerd aantal bij algemene maatregel van bestuur toe te voegen tracéwetprojecten (oorspronkelijk artikel I, onderdeel A2 ).
Onderdeel G van artikel I bracht aanvankelijk de volgende tracéwetprojecten onder de Spoedwet wegverbreding:
2a | A9 | Alkmaar-Uitgeest * |
6a | A12 | Gouda-Woerden |
6b | A12 | Woerden-Oudenrijn |
9a | A12 | Maarsbergen-Veenendaal |
9b | A12 | Waterberg-Velperbroek |
14a | A4 | Burgerveen-Leiden |
14b | A27 | Lunetten-Rijnsweerd |
14c | A2 | Holendrecht-Maarssen* |
14d | A2 | Oudenrijn-Everdingen |
14e | A2 | Den Bosch-Eindhoven |
14f | A2 | Leenderheide-Valkenswaard |
14g | A2 | Maasbracht-Geleen* |
14h | A58 | Eindhoven-Oirschot |
14j | A28 | Hattemerbroek-Lankhorst |
14k | N50 | Ramspol-Ens |
Na advies van de Raad van State is besloten deze projecten niet onder de Spoedwet wegverbreding te brengen maar zo veel mogelijk in de Tracéwet te laten. Alleen de met een * gemarkeerde projecten zijn met het wetsvoorstel dat de Tweede Kamer 27 september 2008 is toegezonden toegevoegd aan de Spoedwet wegverbreding. Daarnaast werd met het oorspronkelijk wetsvoorstel ook mogelijk gemaakt dat in aanvulling op de reeds genoemde tracéwetprojecten nog weer andere wegaanpassingsprojecten onder het bereik van de Spoedwet wegverbreding konden worden gebracht om te profiteren van de vereenvoudigde onderzoekslast.
Het wetsvoorstel maakte dus – met andere woorden – de vereenvoudiging van de onderzoekslast, zowel ten aanzien van de begrenzing van het onderzoeksgebied, de bepalingen ten aanzien van de m.e.r.-procedure, de houdbaarheid van de onderzoeksgegevens en de besluitvorming op basis van het NSL reeds mogelijk voor een groot aantal tracéwetprojecten. In het advies van de Raad van State worden geen woorden gewijd aan de reeds voorgestelde uitbreiding van het bereik van de Spoedwet wegverbreding en de mogelijkheden dat bereik bij algemene maatregel van bestuur verder uit te breiden. Bovendien wordt door de Raad van State geen opmerking gemaakt of de voorgestelde regelgeving ook van toepassing kan zijn op de tracéwetprojecten. Ook in dat licht bezien is de beslissing om op een andere manier te regelen dat die genoemde tracéwetprojecten ook kunnen profiteren van de vereenvoudiging van de onderzoekslast geenszins ingrijpend te noemen.
In de eerdere stukken is reeds aangegeven wat de overwegingen zijn geweest om na advisering van de Raad van State is besloten om naast de Spoedwet wegverbreding ook de Tracéwet te wijzigen. De regeling van de vereenvoudiging van de onderzoekslast is daarbij niet onverkort overgenomen in de Tracéwet. Dat is vooral te zien bij de wijzigingen van de m.e.r.-regeling, waarbij laatstelijk nog tijdens de behandeling van de begroting van Verkeer en Waterstaat (3 december 2008) is gesproken over de volgende passen op de plaats.
De vereenvoudiging van de m.e.r. betreft immers alleen:
1. hoofdwegen en niet landelijke spoor- en hoofdvaarwegen;
2. verbreding van die hoofdwegen en niet nieuwe doorsnijdingen.
Bovendien:
3. blijft bij die verbreding van de wegen, anders dan in de Spoedwet wegverbreding, altijd een alternatievenonderzoek nodig; en
4. is in de nota naar aanleiding van het verslag nadrukkelijk aangegeven dat hoewel de wet het niet voorschrijft, het bevoegd gezag in bepaalde gevallen toch advies zal vragen aan de Commissie voor de m.e.r. In de toegezegde brief wordt dit nader geconcretiseerd. Wij hopen dat de leden van de fracties van de SP en de SGP gezien het voorgaande met ons van mening zijn dat een hernieuwd verzoek om advisering aan de Raad van State niet noodzakelijk is.
Tot slot kunnen wij, naar aanleiding van het verzoek van de leden van de fractie van de SP, meedelen dat het Critical Support Team zelf heeft aangegeven niet te willen adviseren over het voorliggend wetsvoorstel, maar zich vooral te richten op de uitwerking van andere onderdelen uit het Actieplan Sneller en Beter.
Mede namens de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, De minister van Verkeer en Waterstaat,
C. M. P. S. Eurlings
Oorspronkelijk Artikel I, onderdeel G van het oorspronkelijk voorstel van wet waarin tracéwetprojecten werden toegevoegd aan de Spoedwet wegverbreding (zie voetnoot 1, boven).
De bijlage bij de wet wordt gewijzigd als volgt:
1. Onderdeel A wordt gewijzigd als volgt:
a. Na het wegaanpassingsproject met wegnummer 2 wordt het volgende wegaanpassingsproject opgenomen:
A9 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2a | A9 | Alkmaar-Uitgeest | aanleg spitsstrook | 2x2 | 2x3 | 59,0 | 70,7 |
b. Na het wegaanpassingsproject met wegnummer 6 worden de volgende wegaanpassingsprojecten opgenomen:
6a | A12 | Gouda-Woerden | aanleg extra rijstrook | 1x3 | 1x4 | 28,0 | 44,0 |
6b | A12 | Woerden-Oudenrijn | aanleg extra rijstrook | 1x3 | 1x4 | 43,5 | 59,5 |
c. Na het wegaanpassingsproject met wegnummer 9 worden de volgende wegaanpassingsprojecten opgenomen:
9a | A12 | Maarsbergen-Veenendaal, inclusief aansluiting Veenendaal | aanleg plusstrook | 2x2 | 2x3 | 81,0 | 92,3 |
9b | A12 | Waterberg-Velperbroek | aanleg extra rijstrook | 2x2 | 2x3 | 128,3 | 134,8 |
d. Na het wegaanpassingsproject met wegnummer 14 worden de volgende wegaanpassingsprojecten opgenomen:
A4 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
14a | A4 | Burgerveen-Leiden | aanleg extra rijstrook | 2x2 | 2x3 | 29,8 | 36,2 |
A27 | |||||||
14b | A27 | Lunetten-Rijnsweerd | aanleg extra rijstroken | 1x4 | 1x6 | 69,6 63,0 (A12) | 81,3 1,8 (A28) |
A2 | |||||||
14c | A2 | Holendrecht-Maarssen | aanleg extra rijstrook | 2x4 | 2x5 | 34,0 | 57,0 |
14d | A2 | Oudenrijn-Everdingen | aanleg extra rijstrook | 2x3 | 2x4 | 63,5 | 74,4 |
14e | A2 | Den Bosch-Eindhoven | aanleg extra rijstrook | 2x2 | 2x3 | 117,0 (A2) 9,0 (A58) | 143,0 (A2) 12,5 (A58) |
14f | A2 | Leenderheide-Valkenswaard | aanleg extra rijstrook | 1x2 | 1x3 | 170,0 | 177,0 |
14g | A2 | Maasbracht-Geleen | aanleg spitsstrook | 1x2 | 1x3 | 242,0 | 219,5 |
A58 | |||||||
14h | A58 | Eindhoven-Oirschot | aanleg extra rijstrook | 1x2 | 1x3 | 13,0 | 21,9 |
A28 | |||||||
14i | A28 | Utrecht – Amersfoort | aanleg extra rijstrook / plusstrook | 2x2 | 2x3 | 1,2 | 27,0 (A28) 46,5 (A1) |
14j | A28 | Hattemerbroek-Lankhorst | aanleg extra rijstrook | 2x3 2x2 | 2x4 2x3 | 86,0 98,4 | 92,8 114,0 |
N50 | |||||||
14k | N50 | Ramspol-Ens | aanleg extra rijstrook (inclusief nieuwe brug) | 2x1 | 2x2 | 26,2 | 17,7 |
2. In onderdeel B vervallen de wegaanpassingsprojecten met de wegnummers 18, 19, 21, 27 en 32.
3. Onderdeel C vervalt.
Met dit inmiddels geschrapte onderdeel zouden aan artikel 2 de volgende twee leden worden toegevoegd: 4. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen wegaanpassingsprojecten worden opgenomen in de in het eerste lid genoemde bijlage. 5. De voordracht voor een krachtens het vierde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.