Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 juni 2009
De toestand van de Rijksfinanciën maakt het – nog meer dan normaliter het geval is – noodzakelijk de zorguitgaven binnen het afgesproken Budgettair Kader Zorg te houden. Uit van de NZa en het CVZ ontvangen gegevens blijken de uitgaven in de gezondheidszorg sterker te zijn gegroeid dan eerder begroot. De algemene financieel-economische situatie en de hoogte van de collectieve uitgaven nopen tot een beheerste kostenontwikkeling in de gezondheidszorg. In dit kader worden verschillende budgettaire maatregelen genomen.
Ik ben voornemens een tariefmaatregel op de geneeskundige ggz te nemen op grond van artikel 7 van de Wet Marktordening Gezondheidszorg (WMG). Ten behoeve van die besparing wil ik een aanwijzing sturen aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Middels deze brief informeer ik u over deze aanwijzing op grond van artikel 8 van de WMG. De aanwijzing zal niet eerder dan dertig dagen na ontvangst van deze brief verstuurd worden.
Ik zal de NZa verzoeken om via een aanpassing van de tarieven in de gehele geneeskundige ggz een totale besparing van structureel € 119 mln te verwezenlijken vanaf 2010. Dit komt overeen met ongeveer 3½ procent van de totale omzet in de geneeskundige ggz. Ik besef dat dit voor veel zorgaanbieders in de ggz een stevige opgave is. De financieel-economische werkelijkheid maakt de maatregel echter noodzakelijk om voor nu en de toekomst de betaalbaarheid en kwaliteit van de gezondheidszorg te kunnen borgen.
Het is aan de NZa om een technische invulling aan te geven aan de aanwijzing. Ik vertrouw er op u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.