Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 april 2009
Het kabinet heeft in het kader van de economische crisis op 25 maart het aanvullend beleidsakkoord «Werken aan toekomst» gepresenteerd. In het aanvullend beleidsakkoord zijn gerichte stimuleringen op korte termijn opgenomen om te bouwen aan een duurzame en innovatieve economie. Hierbij zit ook een enveloppe van € 50 miljoen voor een duurzame agrarische sector. Ik wil met deze middelen een impuls geven aan investeringen in de agrarische sector die enerzijds een stimulerende werking hebben op de economie en de werkgelegenheid en anderzijds versneld bijdragen aan de kabinetsdoelstellingen rond verduurzaming. In deze brief ga ik in op de specifieke maatregelen waarvoor ik deze middelen wil bestemmen.
Versnelling ontwikkeling en investeringen in duurzame stallen
Conform de kabinetsdoelstelling uit het Beleidsprogramma «Samen werken, samen leven» moet 5% van de veehouderijstallen eind 2011 integraal duurzaam zijn, met daarnaast een duidelijk perspectief op grootschalige toepassing in de jaren daarna. Het gaat om stallen die naast een sterke verbetering van dierenwelzijn ten opzichte van de wettelijke welzijnsnormen, tenminste voldoen aan andere maatschappelijke randvoorwaarden en wettelijke eisen voor milieu, diergezondheid en arbeidsomstandigheden én economisch haalbaar zijn. Voor de ontwikkeling en investering in deze stallen stelt LNV in de periode 2009–2010 aanvullend € 20 miljoen beschikbaar. Dit zal ook leiden tot extra werkgelegenheid in de bouwsector. Naar verwachting zal de maatregel medio dit jaar worden opengesteld voor het eerste deel van deze intensivering.
Gecombineerde luchtwassers veehouderij
Het terugdringen van de ammoniakemissies door de veehouderij is één van de speerpunten van het natuur- en milieubeleid. Daarbij is de ontwikkeling van gecombineerde luchtwassers voor de pluimveesector prioriteit van beleid. In de nabijheid van voor verzuring gevoelige Natura 2000-gebieden zijn verdergaande maatregelen nodig om ongewenste effecten op de natuur te beperken. In 2009 en 2010 moeten de ammoniakemissies en de fijnstofemissies uit stallen verder worden teruggebracht om te kunnen voldoen aan respectievelijk het Europese NEC-plafond voor ammoniak en de Europese Richtlijn luchtkwaliteit.
Aanvullend stelt LNV hiervoor in de periode 2009–2010 € 20 miljoen beschikbaar. Bij een bijdrage aan de investering van circa € 100 000 per bedrijf ontstaat zo een investeringmogelijkheid voor circa 200 extra bedrijven. De bedrijven die gecombineerde luchtwassers leveren en installeren zitten merendeels in Nederland waardoor deze intensivering bijdraagt aan de werkgelegenheid. De investeringsregeling zal rond de zomer worden opengesteld.
Intensivering Small Business Innovation and Research Programma
Het SBIR-programma is een programma waarbij de overheid innovatief onderzoek op maatschappelijke thema’s aan het bedrijfsleven uitbesteedt. Het programma wil vooral kleine en middelgrote bedrijven uitdagen tot het doen van grensverleggend onderzoek. In deze projecten werken bedrijven vaak samen met andere bedrijven, universiteiten of kennisinstellingen. Het programma biobased economy heeft al succesvolle tenders gehad.
Met een extra inzet van € 3,5 miljoen op deze programma’s nodig ik het bedrijfsleven uit om te komen met concrete projecten op het terrein van haalbaarheid van nieuwe hoogwaardige non-foodproducten op basis van groene grondstoffen en met nieuwe innovatieve en duurzame agrologistieke concepten. Deze projecten geven een impuls aan economische structuurversterking en aan vernieuwende werkgelegenheid en bieden tevens duurzaamheidsvoordelen. Slimme logistieke oplossingen kunnen de kosten in de agrosector verminderen en leveren een bijdrage aan het terugdringen van CO2-uitstoot. De projecten op het terrein van «biobased economy» sluiten aan bij het kabinetsbeleid om de economie minder afhankelijk te maken van fossiele grondstoffen. De programma’s zullen gefaseerd worden opgesteld met eerste tenders voor biobased economy en agrologistiek rond de zomer.
Opzetten internationaal onderzoekscentrum algen
Algen zijn de nieuwe grondstoffen van de toekomst en bieden kansen voor primaire teelt, verwerking en eindgebruik. Algen kunnen gebruikt worden voor voedsel en voer, maar ook voor fijnchemicaliën met een hoge toegevoegde waarde. Door met name de potentieel hoge opbrengsten per hectare is er sprake van een optimaler gebruik van input als kunstmest en minder concurrentie van deze biomassa met voedselgewassen en biodiversiteit. Daarnaast kan algenproductie bijdragen aan CO2-opslag. Naast een bijdrage van medeoverheden, reserveert LNV € 1,5 miljoen voor de opzet van een internationaal onderzoekscentrum op het gebied van algen door het bedrijfsleven en Wageningen UR.
Verwijdering verspreid liggend glas
Nederlanders ervaren dat het landschap versnippert, versteent en verrommelt. Het kabinet neemt initiatieven om deze verrommeling tegen te gaan (samenwerkingsagenda «Mooi Nederland»). Hierin past het opruimen van storend verspreid glas. Dit is arbeidsintensief werk en draagt zo bij aan werkgelegenheid. Ik ben dan ook voornemens om samen met de provincies en eventueel andere departementen een bijdrage te leveren aan het opruimen van verspreid glas daar waar dat het meest effectief is. Ik reserveer hiervoor € 5 miljoen.
Op dit moment is het ministerie van Financiën in gesprek met de exportkredietverzekeraars om de knelpunten in kaart te brengen en te bezien welke maatregelen het kabinet met het bedrijfsleven en verzekeraars kan nemen. Daarbij wordt specifiek gekeken naar de omzetpolissen.