Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 december 2008
Op 2 december jl. heeft de Tweede Kamer gestemd over de moties die zijn ingediend naar aanleiding van de defensiebegroting 2009. Hierbij informeer ik u over de wijze waarop de regering daarmee zal omgaan.
Motie van de leden Poppe, Eijsink, Diks en Voordewind over onderzoek naar een klachtencommissie voor veteranen (31 700 X, nr. 37)
De instellingen die zijn aangesloten bij het Landelijk Zorgsysteem Veteranen (LZV) hebben ieder hun eigen klachtenregeling. Ook de onderdelen van Defensie die zorg leveren, hebben een eigen (medische) klachtenregeling. Met deze instellingen is inmiddels afgesproken bij de verdere samenwerking in het LZV ook vorm te geven aan een overkoepelende onafhankelijke klachtenregeling. Deze klachtenregeling vormt dan het vangnet voor een cliënt die in het LZV met verschillende instellingen en regelingen te maken krijgt. De Raad voor Zorg en Onderzoek zal om advies worden gevraagd over de wijze waarop de klachtenregeling kan worden vormgegeven. Ook wordt bezien hoe de cliënt kan worden ondersteund bij het indienen van een klacht.
Motie van het lid Van Velzen over extra beveiligingsmaatregelen (31 700 X, nr. 40)
Voor defensieobjecten en -materieel waarbij enig risico onaanvaardbaar is, wordt het gebruik van de nieuwe defensiepas op dit moment gecombineerd met beveiligingsmaatregelen die los staan van het gekraakte chipsysteem. Deze beveiligingsmaatregelen betreffen bijvoorbeeld beveiliging door middel van een pincode, de inzet van extra beveiligingsmedewerkers of een combinatie van deze maatregelen. Het gebruik van «anti-skim»-passen als extra beveiligingsmaatregel is in studie, evenals extra beveiligingsopties die binnen de bestaande elektronische toegangssystemen nog mogelijk zijn. Verder zijn de programma’s voor het verhogen van het beveiligingsbewustzijn van medewerkers geïntensiveerd en worden onaangekondigde evaluatiebezoeken afgelegd. Bij deze bezoeken worden de plaatselijke beveiligingsmaatregelen bezien en indien nodig aangepast. Defensie doet er alles aan om te voorkomen dat mensen met een gekloonde of gekopieerde defensiepas toegang kunnen krijgen tot objecten en materieel met een hoog risicoprofiel. Een waterdichte beveiliging is echter per definitie onmogelijk, hoeveel beveiligingsmaatregelen ook worden genomen. In het jaarverslag zal worden gerapporteerd over de uitvoering van deze motie.
Motie van de leden Knops en Eijsink over een bonus voor actief dienende militairen die driemaal zijn uitgezonden (31 700 X, nr. 41)
De bonus voor militairen die vaker zijn uitgezonden vormt onderwerp van onderhandeling met de Centrales van Overheidspersoneel. Eerder is gemeld dat dit idee kan rekenen op de sympathie van Defensie. Als zodanig beschouwt de regering de motie als ondersteuning van het gevoerde beleid. Defensie zal de motie daarom aan de orde stellen in het aanstaande arbeidsvoorwaardenoverleg.
Motie van de leden Knops, Eijsink en Voordewind over vereenvoudiging van regelgeving (31 700 X, nr. 42)
De motie zal worden uitgevoerd. In het jaarverslag 2008 zal een rapportage worden opgenomen over de vereenvoudiging en afschaffing van overbodige, onnodig ingewikkelde of belemmerende regelgeving, waarbij concreet zal worden vastgesteld welke regels afgeschaft of vereenvoudigd zijn.
Motie van de leden Knops, Eijsink en Voordewind over bescherming van de Fennek-voertuigen (31 700 X, nr. 43).
Defensie heeft de wens voor betere bescherming tegen IED’s van de in Afghanistan ingezette Fenneks al onderkend. Binnenkort wordt van de leverancier een rapportage verwacht over de mogelijkheden van extra bescherming en de kosten die daarmee gemoeid zijn. Deze rapportage zal worden gevalideerd door interne deskundigen en TNO. Indien deze validatie uitwijst dat de maatregelen zinvol en financieel haalbaar zijn en indien de beperkende invloed van de extra bescherming op de mobiliteit aanvaardbaar is, zal een versneld verwervingsproces (Fast Track Procurement) worden doorlopen om de benodigde middelen te verwerven. Bij een voorspoedig verloop van de validatie en het verwervingsproces, die omwille van de snelheid ten dele gelijktijdig zullen worden uitgevoerd, kan de extra bescherming in de tweede helft van 2009 een feit zijn. Hierbij wordt aangetekend dat het een incidentele maatregel betreft voor de Fenneks die in Afghanistan zijn ingezet. De motie zal derhalve worden uitgevoerd.
Motie van de leden Knops en Voordewind over de uitwerking van een plan voor een «internaat voor veiligheid en vakmanschap» (31 700 X, nr. 44).
Op dit moment is intensief overleg gaande met alle betrokken partijen over de mogelijkheden van een opleiding met 24 uurs-opvang. Uiterlijk april 2009 ontvangt uw Kamer hierover een uitgewerkt plan.
Motie van de leden Boekestijn en Van der Staaij over verruiming van de HGIS-afspraken (31 700 X, nr. 45).
Conform de huidige HGIS-regelgeving brengt Defensie de additionele uitgaven die gemoeid zijn met de uitvoering van crisisbeheersingsoperaties ten laste van HGIS. De uitgaven die gemoeid zijn met onderhoud en herstel in het missiegebied en bij terugkeer in Nederland worden eveneens ten laste van HGIS gebracht. Daaronder vallen ook reservedelen. De raming van ISAF Stage III is met 20 miljoen euro per jaar verhoogd voor extra reservedelen als gevolg van de extra slijtage van materieel (Kamerstuk 27 925, nr. 279).
Investeringsuitgaven in verband met extra slijtage kunnen niet ten laste van HGIS worden gebracht, maar komen ten laste van de defensiebegroting. Het gaat hierbij om defensiematerieel dat als gevolg van extra slijtage vroegtijdig moet worden vervangen. Voor de duur van de missie in Afghanistan zijn hiervoor extra middelen toegevoegd, namelijk de Van Geel- en Bosgelden (in totaal 200 miljoen euro).
Bij de evaluatie van de missie in Afghanistan in 2011 zullen ook de HGIS-regels worden betrokken. Op basis van de feitelijke gegevens en ervaringen zal worden bezien of de HGIS-regels moeten worden aangepast. De regering zal de Kamer hierover informeren.
Motie van het lid Boekestijn over reductie van de termijn waarbinnen innovatieve projecten tot wasdom komen (31 700 X, nr. 46).
Er is sprake van innovatie als een nieuw idee succesvol kan worden toegepast. Hoe snel nieuwe ideeën hun weg naar succesvolle toepassing vinden, wordt bepaald door de scherpte van de vraagarticulatie (behoeftestelling), het zo snel mogelijk vinden van een kennisaanbieder en het in productie nemen van een demonstratiemodel of prototype. De overheid heeft daarin een stimulerende rol die door Defensie in de Defensie Industrie Strategie (DIS) is uitgewerkt en die onder andere tot uitdrukking komt in de deelneming aan de Maatschappelijke Innovatieagenda Veiligheid. In de DIS beoogt Defensie de relatie tussen overheid, kennisinstituten en industrie te versterken en kansrijke initiatieven in een zo vroeg mogelijk stadium uit te werken in ontwikkelingstrajecten. In dit verband kunnen de instrumentenLaunching Customership en Small Business Innovation Research (SBIR) worden genoemd. In de snel veranderende operationele omgeving doet Defensie er alles aan om de doorlooptijd van technische vindingen door middel van Fast Track Development (FTD) te versnellen. De Kamer zal periodiek op de hoogte worden gesteld van de implementatie van de DIS en de bijbehorende FTD-projecten. De voorgestelde motie beschouwen wij derhalve als een ondersteuning van dit beleid.
Motie van de leden Eijsink, Knops en Voordewind over het tegen het licht houden van de functie IGK en andere toezichthoudende organen bij Defensie (31 700 X, nr. 47).
Tijdens de begrotingsbehandeling is toegezegd dat in een brief zal worden uiteengezet hoe de IGK in de praktijk functioneert, hoe zijn functie institutioneel is ingebed en hoe deze zich verhoudt tot andere toezichthoudende organen bij Defensie. Eveneens zal in deze brief een vergelijking met toezichthoudende organen bij andere departementen worden gemaakt. Tevens zal conform de toezegging tijdens de begrotingsbehandeling worden bezien of het contact tussen de vaste commissie voor Defensie en de IGK naar aanleiding van het jaarverslag van de IGK meer openbaar kan zijn. De brief zal voor 1 juni 2009 aan de Kamer worden aangeboden.
Motie van de leden Eijsink, Van Velzen, Boekestijn en Diks over rapportage over de voortgang van het SPEER-project (31 700 X, nr. 48).
Zoals gezegd tijdens de begrotingsbehandeling zullen wij in overeenstemming met het verzoek in de motie rapporteren over de begrenzingen van het project SPEER. Deze informatie wordt opgenomen in de reguliere halfjaarlijkse rapportage die wordt opgesteld volgens de afspraken over vorm en inhoud die met de Kamer zijn overeengekomen. U kunt deze rapportage eind maart 2009 tegemoet zien. De daaropvolgende rapportage zal u in oktober 2009 worden aangeboden
Motie van de leden Eijsink, Knops en Voordewind over concrete voorstellen voor schadeloosstelling van veteranen (31 700 X, nr. 49).
De regering hecht sterk aan de totstandkoming van een regeling waarbij een militair aanspraak kan maken op een volledige schadevergoeding bij letselschade, veroorzaakt door de uitoefening van de militaire dienst onder buitengewone of daarmee vergelijkbare omstandigheden. Daartoe wordt overleg gevoerd met de Centrales voor Overheidspersoneel. Afhankelijk van de uitkomsten van het overleg zal worden bezien hoe afspraken worden gefinancierd. Zo mogelijk zal de Kamer hierover bij de presentatie van de eerste suppletoire begrotingswet 2009 worden geïnformeerd.
Motie van de leden Brinkman, Knops en Eijsink over de huisvesting en arbeidsomstandigheden van het personeel van de Koninklijke Marechaussee op Schiphol (31 700 X, nr. 50).
Zoals onder andere gesteld in de brief van 7 april 2008 (30 176, nr. 12) en de antwoorden op vragen van de leden Çörüz en Van Haersma Buma (beiden CDA) van 26 november 2008, onderschrijft Defensie het belang van de werkzaamheden die de marechaussee op Schiphol verricht. Op dit moment wordt de marechaussee geconfronteerd met een tekort aan personeel op Schiphol.
De marechaussee neemt maatregelen om dit tekort op te heffen. Zo wordt geprobeerd Schiphol als werkplek door een andere roostersystematiek, inwerkprogramma’s op maat en verbreding van de werkzaamheden aantrekkelijker te maken.
Inmiddels zijn ook voorbereidende maatregelen genomen voor de verplichte plaatsing van medewerkers vanuit de overige marechausseedistricten naar het district Schiphol. In verband hiermee wordt extra aandacht besteed aan huisvesting en legering. Zo is een aanvang gemaakt met de aanbesteding van de nieuwbouw op Schiphol voor de marechaussee, zowel voor werkruimte als legering. Ook wordt gekeken naar mogelijkheden om de secundaire arbeidsvoorwaarden te verbeteren.
Motie van de leden Voordewind, Knops, Eijsink, Boekestijn en Van der Staaij over eigen UAV-capaciteit ter vervanging van de Sperwer (31 700 X, nr. 52).
In de brief over UAV en inlichtingencapaciteit van 29 augustus 2008 (Kamerstuknummer 30 806, nr. 4) is de Kamer geïnformeerd over de resultaten van de studie over Unmanned Aerial Vehicles (UAV’s) en de nationale inlichtingencapaciteit. De Kamer is in de stand van zakenbrief Afghanistan van 28 oktober 2008 geïnformeerd over de voortzetting van de lucht-grondwaarnemingscapaciteiten ten behoeve van de operatie in Afghanistan en over de reguliere verwerving van een tactische UAV ter vervanging van de Sperwer.
In overeenstemming met de beleidsbrief Wereldwijd Dienstbaar van 18 september 2007 is besloten tot een gefaseerde opbouw van de keten van elkaar overlappende sensoren vanaf het tactische segment. Hiermee geeft Defensie prioriteit aan waarnemingscapaciteiten die de informatiepositie van de operationele commandant direct ondersteunen.
Ter versterking van de inlichtingencapaciteiten streeft Defensie naar verbetering en continuïteit van voldoende lucht-grondwaarnemingscapaciteiten. Uit onderzoek is gebleken dat versnelling van het reguliere verwervingtraject ter vervanging van de Sperwer en de gereedstelling van een nieuwe capaciteit, niet vóór 2011 mogelijk is. Om de continuïteit van inlichtingencapaciteiten in Afghanistan te garanderen zal daarom tijdelijk een UAV-capaciteit worden ingehuurd.
De reguliere verwerving van de Short Range Tactical UAV (SRTUAV) ter vervanging van de Sperwer in 2011 is reeds in gang is gezet. In overeenstemming met de motie is het uitgangspunt een flexibel platform waar later sensoren modulair aan zijn toe te voegen. De uiteindelijke uitvoering zal afhankelijk zijn van de technische ontwikkelingen.
De Kamer zal over beide onderwerpen over enige tijd nader worden geïnformeerd.
Motie van de leden Voordewind, Eijsink en Knops over het Multinationaal Heli Initiative Trustfund (31 700 X, nr. 53).
Het Multinational Heli Initiative Trustfund is eerder dit jaar door het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk opgericht. Het heeft als doel de schaarse helikoptercapaciteit van de Navo in het algemeen en van de ISAF-missie in het bijzonder te vergroten. De aandacht gaat vooral uit naar de training van helikopterbemanningen en grondpersoneel, technische verbeteringen voor helikopters en de ondersteuning van de uitzending en het onderhoud van helikopters. Het betreft vooral helikopters uit Bulgarije, Hongarije en Tsjechië. Voor het fonds is op dit moment al € 23 miljoen toegezegd. De grootste contribuanten zijn het Verenigd Koninkrijk (€ 7,5 miljoen), Frankrijk (€ 5 miljoen) en Noorwegen (€ 2 miljoen). IJsland en Luxemburg dragen beide € 0,5 miljoen bij aan het fonds en Australië overweegt eveneens een bijdrage. Nederland zal, naast een eerder ter beschikking gestelde helikopteropleiding voor Navo-landen, het fonds nog dit jaar steunen met een bedrag van € 1 miljoen. Nederland zal tevens zitting nemen in de Heli Fund Steering Board en kan dan meebeslissen over de concrete projecten waarvoor fondsen worden aangewend. Het financiële beheer van het fonds is in handen van de Navo.