Voorgesteld 27 november 2008
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat Defensie de mogelijkheden onderzoekt om extra beschermingsmaatregelen te treffen tegen aanslagen met IED’s, onder meer ten aanzien van de Fennek-voertuigen die ingezet worden in Uruzgan;
constaterende, dat de binnenkort te verschijnen inzichten in de mogelijkheden van extra bescherming van de Fennek zullen worden meegenomen in de besluitvorming over de wijze waarop deze voertuigen in Afghanistan nog beter kunnen worden beschermd;
overwegende, dat de dreiging van IED’s toegenomen is in heel Afghanistan en in Uruzgan in het bijzonder, en dat onze militairen recht hebben op adequate bescherming tegen deze dreiging binnen een zo kort mogelijke termijn;
verzoekt de regering alles in het werk te stellen om in de tweede helft van 2009 daadwerkelijk de betere bescherming voor de Fenneks te realiseren en de financiering hiervan te betrekken bij de kabinetsbrede besprekingen over de financiering van de extra kosten van de missie in Uruzgan,
en gaat over tot de orde van de dag.
Knops
Eijsink
Voordewind