Vastgesteld 6 november 2008
Op 5 november 2008 heeft u de Kamer de nota naar aanleiding van het verslag inzake het wetsvoorstel 31 562 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met een herziening en vereenvoudiging van de voertuigregelgeving, ter implementatie van richtlijn nr. 2007/46/EG betreffende de goedkeuring van voertuigen en enkele andere technische wijzigingen doen toekomen. Per abuis waren de bevindingen van de CDA-fractie omtrent dit wetsvoorstel niet opgenomen in het verslag van de bevindingen van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat, dat op 3 oktober 2008 is vastgesteld (kamerstuk 31 562, nr. 6).
Om deze omissie te herstellen, legt de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1 hierbij alsnog de bevindingen van de CDA-fractie omtrent dit wetsvoorstel aan u voor. De commissie wil u verzoeken de Kamer voorafgaand aan de plenaire behandeling van dit wetsvoorstel uw reactie op deze bevindingen te doen toekomen.
Onder het voorbehoud dat de regering de in dit verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende beantwoordt, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorstel tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994. Het doel, namelijk herziening en vereenvoudiging van de wijziging kan op steun rekenen van deze leden.
De voertuigregelgeving is in Nederland zeer uitvoerig en neergelegd in het op de Wvw1994 gebaseerde Voertuigreglement en in tientallen ministeriële regelingen. Het project «Beter Geregeld in het domein «Wegenverkeersrecht», waarbij één van de meest omvangrijke algemene maatregelen van bestuur van de Nederlandse regelgeving en een groot aantal daarop gebaseerde ministeriële regelingen wordt omgevormd tot in principe één ministeriële regeling, zal naar verwachting begin 2009 zijn beslag1
krijgen. Kunt u garanderen dat het bij één ministeriële regeling blijft? In hoeverre worden bedrijven en burgers betrokken bij de verdere inhoudelijke invulling van de daaropvolgende regelingen?
Voertuigen die ten gevolge van een ongeval zwaar zijn beschadigd en vervolgens zijn hersteld moeten opnieuw gekeurd worden door de Dienst Wegverkeer (RDW). De regering wil dat schadeherstelbedrijven deze keuring in de toekomst zelf ook kunnen uitvoeren. Kunt u aangeven in hoeverre hier kwaliteit van keuring geborgd blijft? Wie voert eventuele na-controles uit en aan welke voorwaarden moet de erkenningsregeling voldoen?
Bedrijfseffecten, nalevingskosten en administratieve lasten
In het kader van het project Herziening Voertuigregelgeving zal een substantiële bijdrage worden geleverd aan de lastenreductiedoelstellingen van het ministerie van Verkeer en Waterstaat. De omvang van deze lastenreductie wordt geschat op € 9,6 miljoen. De leden van de CDA-fractie kunnen uit de memorie van toelichting niet opmaken hoe dit bedrag tot stand gekomen is. Kunt u hier een toelichting op geven en is er naast lastenreductie ook een lastentoename te verwachten? Zo ja, hoe ziet deze er uit? Kunt u tevens garanderen dat een reductie van de administratieve lasten met 26% mogelijk is? Zo nee, hoe staat dit dan in verhouding tot de brief van april 2004 waarin uw ambtsvoorganger aan de Kamer schreef dat dit mogelijk was?
Aangezien de aangekondigde reductie betrekking heeft op wijzigingen die hun beslag krijgen op het niveau van een ministeriële regeling, zal de onderbouwing van deze reductie worden opgenomen in de toelichting bij deze regeling. De desbetreffende regeling zal ter toetsing worden aangeboden aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal). Bent u bereid de uitkomst van deze toetsing door Actal, voorzien van uw reactie, tevens aan de Kamer doen toekomen?
Samenstelling:
Leden: Halsema (GL), Van der Staaij (SGP), Snijder-Hazelhoff (VVD), Mastwijk (CDA), Jager (CDA), voorzitter, Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Van der Ham (D66), Haverkamp (CDA), De Krom (VVD), Samsom (PvdA), Boelhouwer (PvdA), Roefs (PvdA), Jansen (SP), Cramer (CU), Roemer (SP), Koppejan (CDA), Vermeij (PvdA), Madlener (PVV), Ten Broeke (VVD), ondervoorzitter, Ouwehand (PvdD), Polderman (SP), Tang (PvdA), de Rouwe (CDA) en Vacature (VVD).
Plv. leden: Vendrik (GL), Van der Vlies (SGP), Boekestijn (VVD), Bilder (CDA), Hessels (CDA), Atsma (CDA), Van Bommel (SP), Koşer Kaya (D66), Sterk (CDA), Aptroot (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Jacobi (PvdA), Besselink (PvdA), Vacature (SP), Anker (CU), Van Leeuwen (SP), Knops (CDA), Depla (PvdA), Agema (PVV), Verdonk (Verdonk), Thieme (PvdD), Lempens (SP), Waalkens (PvdA), Van Heugten (CDA) en Neppérus (VVD).