Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het Burgerlijk Wetboek en de Algemene wet bestuursrecht aan te vullen met een wettelijke grondslag om uitvoering te kunnen geven aan een beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van de procedureverordening voor steunmaatregelen of aan een rechterlijke uitspraak inzake staatssteun, alsmede in verband daarmee enkele belemmeringen weg te nemen in genoemde wetten alsook in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, teneinde de krachtens het gemeenschapsrecht voor de staat geldende verplichtingen na te leven en daarnaast het Burgerlijk Wetboek te wijzigen om de procedure voor het vaststellen van de wettelijke rente aan te passen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek wordt gewijzigd als volgt:
Aan artikel 119 wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing op een terugvordering of ongedaanmaking van steun als bedoeld in artikel 212a lid 1. De begunstigde van de steunmaatregel is rente verschuldigd, die wordt berekend overeenkomstig artikel 14 lid 2 van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van de Europese Unie van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PbEG L 83) en de op artikel 27 van genoemde verordening gebaseerde regels.
In artikel 120, eerste lid, wordt «Algemene maatregel van bestuur» telkens vervangen door: ministeriële regeling.
Na afdeling 3 van titel 4 wordt een afdeling toegevoegd, luidende:
AFDELING 4 TERUGVORDERING EN ONGEDAANMAKING VAN STEUN
1. Ter uitvoering van een beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van de artikelen 11 lid 2, 14 lid 1 of 16 jo. 14 lid 1 van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van de Europese Unie van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PbEG L 83) of van een onherroepelijke rechterlijke uitspraak is een rechtspersoon die, of een lichaam dat steun als bedoeld in artikel 87 lid 1 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap heeft verstrekt, jegens de begunstigde gerechtigd tot terugvordering of ongedaanmaking van de steun.
2. De artikelen 306 tot en met 326 van Boek 3 zijn niet van toepassing op een vordering op grond van lid 1.
De Algemene wet bestuursrecht, zoals deze komt te luiden indien het bij koninklijke boodschap van 22 juli 2004 ingediende voorstel van wet tot aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht (Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht) (Kamerstukken 29 702) tot wet is verheven en in werking treedt, wordt gewijzigd als volgt:
Artikel 4:15, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:
1. In onderdeel a wordt «, of» vervangen door een puntkomma.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door «, of» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
c. de aanvrager mededeelt dat voor de beschikking op de aanvraag op grond van artikel 88, derde lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap het oordeel van de Commissie van de Europese Gemeenschappen omtrent de verenigbaarheid met artikel 87 van genoemd verdrag is gevraagd, tot de dag waarop zij haar beslissing heeft bekendgemaakt.
Aan artikel 4:35 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. De subsidie wordt voorts geweigerd indien de Commissie van de Europese Gemeenschappen met toepassing van artikel 88, tweede lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap heeft vastgesteld dat de subsidie onverenigbaar is met de gemeenschappelijke markt.
Artikel 4:46, tweede lid, wordt gewijzigd als volgt:
1. In onderdeel c wordt «, of» vervangen door een puntkomma.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door «, of» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
e. toepassing wordt gegeven aan artikel 4:80b.
Artikel 4:48, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:
1. In onderdeel d wordt «, of» vervangen door een puntkomma.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door «, of» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
f. toepassing wordt gegeven aan artikel 4:80b.
Artikel 4:49 wordt gewijzigd als volgt:
1. Het eerste lid wordt gewijzigd als volgt:
1°. In onderdeel b wordt «, of» vervangen door een puntkomma.
2°. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door «, of» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. indien toepassing wordt gegeven aan artikel 4:80b.
2. Na het derde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Het derde lid is niet van toepassing (op intrekking of wijziging) in het geval, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d.
Aan artikel 4:57 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. Het vierde lid is niet van toepassing bij terugvordering op grond van artikel 4:80b.
Na titel 4.2 wordt een titel ingevoegd, luidende:
TITEL 4.2A TERUGVORDERING VAN STAATSSTEUN
Deze titel is van toepassing op steun als bedoeld in artikel 87, eerste lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap die bij beschikking is verstrekt, dan wel voortvloeit uit een wettelijk voorschrift dat een verplichting tot betaling uitsluitend aan of door een bestuursorgaan regelt.
1. Ter uitvoering van een beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van de artikelen 11, tweede lid, 14, eerste lid, of 16 jo. 14, eerste lid, van Verordening (EG), nr. 659/1999 van de Raad van de Europese Unie van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-verdrag (PbEG L 83) of van een onherroepelijke rechterlijke uitspraak, kan het bestuursorgaan dat de steun heeft verstrekt deze bij de begunstigde terugvorderen. Voor zover de steun bij beschikking is verstrekt, kan het bestuursorgaan deze beschikking wijzigen of intrekken.
2. Bij de beschikking tot terugvordering van de steun wordt rente gevorderd. Deze rente wordt berekend overeenkomstig artikel 14, tweede lid, van de in het eerste lid genoemde verordening en de op artikel 27 van die verordening gebaseerde regels.
3. Het bestuursorgaan kan het terug te vorderen bedrag bij dwangbevel invorderen.
4. De artikelen 4.4.2.2 tot en met 4.4.2.7 en afdeling 4.4.3 zijn niet van toepassing op de terugvordering.
5. Voor zover de steun bestond uit vermindering van belasting, vindt de terugvordering van deze steun ingevolge dit artikel plaats met toepassing van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de Invorderingswet 1990.
De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt gewijzigd als volgt:
Na artikel 5 wordt in hoofdstuk I een artikel ingevoegd, luidende:
Ter zake van de bevoegdheid van herziening van een ingevolge de belastingwet gegeven beschikking blijft een ter zake van die bevoegdheid in de belastingwet opgenomen beperking buiten toepassing ingeval de herziening voortvloeit uit terugvordering van steun als bedoeld in titel 4.2A van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 16 wordt gewijzigd als volgt:
1. Aan het tweede lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
c. steun als bedoeld in titel 4.2A van de Algemene wet bestuursrecht met toepassing van artikel 4:80b van die wet moet worden teruggevorderd.
2. Na het zesde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:
7. Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing in geval van navordering als bedoeld in het tweede lid, onderdeel c.
Aan artikel 20 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing in geval van naheffing ter terugvordering van steun als bedoeld in titel 4.2A van de Algemene wet bestuursrecht met toepassing van artikel 4:80b van die wet.
Na artikel 30k wordt in Hoofdstuk VA een artikel ingevoegd, luidende:
In afwijking van dit hoofdstuk wordt, voor zover een navorderingsaanslag dan wel een naheffingsaanslag wordt vastgesteld ter terugvordering van steun als bedoeld in titel 4.2A van de Algemene wet bestuursrecht, rente berekend overeenkomstig artikel 4:80b, tweede lid, van die wet.
Op de wijzigingen in artikel I, zijn de artikelen 69, onderdelen c en d, en 73a lid 2 van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek niet van toepassing.
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,