Ontvangen 17 december 2008
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel 2, tweede lid, wordt «de Wet educatie en beroepsonderwijs» vervangen door: artikel 7.4.11 van de Wet educatie en beroepsonderwijs.
Na artikel 2 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Het college is belast met bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen taken ten aanzien van de uitvoering van de centrale examinering in het beroepsonderwijs, bedoeld in artikel 7.4.3a van de Wet educatie en beroepsonderwijs, en de op dit artikel gebaseerde uitvoeringsvoorschriften.
Na artikel 7 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Na artikel 7.4.3 van de Wet educatie en beroepsonderwijs wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 7.4.3a. Centrale examinering onderdelen beroepsopleidingen
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen onderdelen van een beroepsopleiding worden aangewezen waarvan de examinering geschiedt volgens bij of krachtens die algemene maatregel van bestuur te geven voorschriften.
De indieners beogen met dit amendement het College voor examens ook te belasten met de taken die samenhangen met de beoogde centrale examens in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), zoals ook de Onderwijsraad heeft geadviseerd. De regering heeft de centrale examinering in het mbo aangekondigd in de brief van 28 april 2008 (Kamerstukken II 2007/08, 27 451, nr. 88). De wijzigingen bieden nu reeds een grondslag om taken aan te wijzen die het College voor examens in dit kader gaat uitvoeren.
In onderdeel A wordt geëxpliciteerd dat artikel 2, tweede lid, alleen ziet op de centrale examens voortgezet onderwijs en de centrale examens voortgezet algemeen volwassenenonderwijs. De grondslag voor het College voor examens om taken te gaan uitvoeren op het gebied van centrale examinering in het beroepsonderwijs wordt opgenomen in artikel 2a (zie onderdeel B). Onderdeel C wijzigt tenslotte de Wet educatie en beroepsonderwijs: artikel 7.4.3a van laatstgenoemde wet biedt de grondslag om onderdelen van beroepsopleidingen aan te wijzen en voorschriften te geven over de examinering daarvan.
Jan de Vries
Besselink
Bosma